Overgangsregeling Invorderingswet 1990
Overgangsregeling Invorderingswet 1990
Opschrift
Aanhef
De staatssecretaris van Financiën,
Gelet op artikel LXI van de Invoeringswet Invorderingswet 1990 (Stb. 222),
Besluit:
Artikel 1
Schuldvorderingen, andere dan belastingaanslagen, waarvan de invordering tot 1 juni 1990 geschiedde door de rijksbelastingdienst, worden met ingang van 1 juni 1990 voor de toepassing van artikel LVII van de Invoeringswet Invorderingswet 1990 aangemerkt als belastingaanslagen.
Artikel 2
Met betrekking tot belastingaanslagen en andere schuldvorderingen waaraan tot 1 juni 1990 ingevolge of op de voet van artikel 12 van de wet van 22 mei 1845 op de invordering van 's Rijks directe belastingen het recht van voorrang toekwam en waaraan met ingang van 1 juni 1990 dat recht toekomt ingevolge of op de voet van artikel 21 van de Invorderingswet 1990, blijft artikel 12, derde en vierde lid, van eerstgenoemde wet van toepassing, met dien verstande dat in artikel 12, vierde lid, onderdeel b, in plaats van ‘het tweede lid van artikel 17’ moet worden gelezen: artikel 25 van de Invorderingswet 1990.
Artikel 3
Uitstel van betaling verleend op de voet van artikel 17, tweede lid, van de wet van 22 mei 1845 op de invordering van 's Rijks directe belastingen dat op 1 juni 1990 nog niet was geëindigd, wordt met ingang van 1 juni 1990 aangemerkt als uitstel van betaling verleend op de voet van artikel 25 van de Invorderingswet 1990.