Besluit rijksbijdragen bijstands- en bestrijdingskosten
Besluit rijksbijdragen bijstands- en bestrijdingskosten
Opschrift
Aanhef
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 27 november 2001, nr. EB2001/97219;
Gelet op artikel 11, tweede lid, van de Brandweerwet 1985 en artikel 25, derde lid, van de Wet rampen en zware ongevallen;
De Raad van State gehoord (advies van 8 januari 2002, nr. W04/01.0637/I);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 16 januari 2002, nr. EB2002/51992;
Hebben goedgevonden en verstaan:
§ 1. Begripsbepalingen
Artikel 1
In dit besluit wordt verstaan onder:
Onze Minister: Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;
bijstand: bijstand door een veiligheidsregio als bedoeld in artikel 51, eerste lid, van de Wet veiligheidsregio’s;
kosten: de kosten voor bijstand of de bestrijding van een ramp die niet in de begroting van het jaar waarin de ramp heeft plaatsgevonden hadden kunnen worden voorzien;
overeenkomsten: de op 14 november 1984 te Den Haag tot stand gekomen Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk België inzake wederzijdse bijstandsverlening bij het bestrijden van rampen en ongevallen (Trb. 1984, nr. 155) en de op 7 juni 1988 te Bonn tot stand gekomen Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake wederzijdse bijstandsverlening bij het bestrijden van rampen, zware ongevallen daaronder begrepen (Trb. 1988, nr. 95).