De ene Partij zal te allen tijde de onderdanen en vennootschappen van de andere Partij, alsmede hun eigendommen, ondernemingen en andere belangen, behoorlijk en rechtvaardig behandelen.
Verdrag van vriendschap, handel en scheepvaart tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika
Verdrag van vriendschap, handel en scheepvaart tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika
Opschrift
Verdrag van vriendschap, handel en scheepvaart tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika
Verdrag van vriendschap, handel en scheepvaart tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika
Preambule
Het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Staten van Amerika,
verlangend de banden van vrede en vriendschap, welke van oudsher tussen hen bestaan, te versterken en nauwere economische en culturele betrekkingen tussen hun volkeren aan te moedigen, en zich bewust van de bijdragen welke te dien einde kunnen worden geleverd door overeenkomsten welke wederzijds voordelig handelsverkeer bevorderen, beleggingen tot wederzijds voordeel aanmoedigen en wederzijds rechten en voorrechten vastleggen,
hebben besloten een Verdrag van vriendschap, handel en scheepvaart te sluiten, waaraan in het algemeen de beginselen van het wederzijds toekennen van nationale behandeling en van onvoorwaardelijke meestbegunstiging ten grondslag liggen,
en hebben te dien einde benoemd als hun Gevolmachtigden:
Hare Majesteit de Koningin der Nederlanden:
Z.E. Mr. J. W. Beyen, Minister van Buitenlandse Zaken, en
Z.E. Mr. J. M. A. H. Luns, Minister zonder Portefeuille,
en de President van de Verenigde Staten van Amerika:
Z.E. de Heer H. Freeman Matthews, buitengewoon en gevolmachtigd Ambassadeur van de Verenigde Staten van Amerika te 's-Gravenhage,
die, na elkander hun volmachten te hebben overgelegd, welke in orde werden bevonden, als volgt zijn overeengekomen: