Home

Hof van Justitie EU 18-12-1997 ECLI:EU:C:1997:626

Hof van Justitie EU 18-12-1997 ECLI:EU:C:1997:626

Gegevens

Instantie
Hof van Justitie EU
Datum uitspraak
18 december 1997

Uitspraak

Arrest van het Hof (Eerste kamer)

18 december 1997(*)

In zaak C-382/95,

betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van het Bundesfinanzhof, in het aldaar aanhangige geding tussen

Techex Computer + Grafik Vertriebs GmbH

en

Hauptzollamt München

HET HOF VAN JUSTITIE (Eerste kamer),

samengesteld als volgt: M. Wathelet, kamerpresident, D. A. O. Edward (rapporteur) en L. Sevón, rechters,

advocaat-generaal: C. O. Lenz

griffier: H. A. Rühl, hoofdadministrateur

  1. gelet op de schriftelijke opmerkingen ingediend door:

    • Techex Computer + Grafik Vertriebs GmbH, vertegenwoordigd door W. Jordan, advocaat te München,

    • de Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door F. de Sousa Fialho, lid van haar juridische dienst, als gemachtigde, bijgestaan door H.-J. Rabe, en G. M. Berrisch, advocaten te Brussel en Hamburg,

gezien het rapport ter terechtzitting,

gehoord de mondelinge opmerkingen van de Commissie ter terechtzittingen van 29 mei 1997 en 16 september 1997,

gehoord de conclusie van de advocaat-generaal ter terechtzitting van 2 oktober 1997,

het navolgende

Arrest

1 Bij beschikking van 7 november 1995, ingekomen bij het Hof op 7 december daaraanvolgend, heeft het Bundesfinanzhof krachtens artikel 177 EG-Verdrag drie prejudiciële vragen gesteld over de uitlegging van de gecombineerde nomenclatuur van het gemeenschappelijk douanetarief (hierna: „gecombineerde nomenclatuur”), opgenomen in bijlage I bij verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB 1987, L 256, biz. 1), zoals gewijzigd in de bijlagen bij de verordeningen (EEG) nr. 3174/88 van de Commissie van 21 september 1988 (PB 1988, L 298, blz. 1), nr. 2886/89 van de Commissie van 2 augustus 1989 (PB 1989, L 282, biz. 1) en nr. 2472/90 van de Commissie van 31 juli 1990 (PB 1990, L 247, blz. 1).

2 Deze vragen zijn gerezen in een geding tussen Techex Computer + Grafik Vertriebs GmbH (hierna: „Techex”) en het Hauptzollamt München over de tariefindeling van „Vista Boards”.

3 Volgens de verwijzingsbeschikking bestaat een „Vista Board” uit gedrukte schakelingen die zijn bestemd voor installatie in automatische gegevensverwerkende machines en die van geïntegreerde schakelingen (onder meer grafische processoren en geheugens) en van actieve en passieve componenten zijn voorzien. Deze gedrukte schakelingen dienen hetzij ter verwerking, namelijk de invoer, behandeling en vastlegging van via een externe videobron ontvangen beeldinformatie in de vorm van standaardtelevisiesignalen hetzij ter vervaardiging van grafieken.

4 In de jaren 1988 tot en met 1991 heeft Techex verschillende „Vista Boards” ingevoerd, die in het vrije verkeer zijn gebracht en aangegeven onder post 8473 van de gecombineerde nomenclatuur, als zijnde onderdelen voor machines van post 8471 betreffende „Automatische gegevensverwerkende machines en eenheden daarvoor; magnetische en optische lezers, machines voor het in gecodeerde vorm op dragers overzetten van gegevens en machines voor het verwerken van die gegevens, elders genoemd noch elders onder begrepen”. Op deze goederen is een invoerrecht geheven van 4 %.

5 Na controle heeft het Hauptzollamt München bij naheffingsaanslag van 7 november 1991 en een op bezwaarschrift gegeven beschikking van 28 december 1991 beslist, dat deze goederen niet onder post 8471 van de gecombineerde nomenclatuur konden worden ingedeeld, omdat de verwerking van via een externe bron ontvangen beeldinformatie in de vorm van standaardtelevisiesignalen een „eigen functie” opleverde in de zin van aantekening 5 B, laatste alinea, van hoofdstuk 84 van de gecombineerde nomenclatuur.

6 De laatste alinea van deze aantekening 5 Β luidt als volgt:

„Machines die een automatische gegevensverwerkende machine bevatten of daarmede in samenhang worden gebruikt en een eigen functie vervullen, worden niet onder post 8471 ingedeeld. Dergelijke machines worden ingedeeld onder de post die overeenkomstig hun functie in aanmerking komt of, bij ontbreken daarvan, onder een sluitpost.”

7 Het Hauptzollamt München heeft daarom de betrokken goederen ingedeeld onder post 8543 van de gecombineerde nomenclatuur: „Elektrische machines, apparaten en toestellen, met een eigen functie, niet genoemd of niet begrepen onder andere posten van dit hoofdstuk”, en een invoerrecht geheven van 7 %. Het Hauptzollamt heeft het verschil nagevorderd.

8 Het Finanzgericht heeft op 6 oktober 1994 het tegen deze beschikkingen ingestelde beroep verworpen, waarna Techex „Revision” heeft ingesteld bij het Bundesfinanzhof, betogend dat de „Vista Board” geen „eigen functie” heeft, omdat beeldverwerking niets anders zou zijn dan een vorm van „gegevensverwerking” in ruimere technologische zin.

9 In die omstandigheden heeft het Bundesfinanzhof besloten, de behandeling van de zaak te schorsen en het Hof de volgende prejudiciële vragen te stellen:

  1. Moet aantekening 5 Β bij hoofdstuk 84 van het gemeenschappelijk douanetarief (gecombineerde nomenclatuur 1988-1991) aldus worden uitgelegd, dat de verwerking van beelden zoals die met de in de motivering beschreven ‚Vista Boards’ kan worden uitgevoerd, als een ‚eigen’ functie in de zin van genoemde regel, dus als een andere functie dan gegevensverwerking aan te merken is, met als gevolg dat indeling van zulke goederen onder post 8471 is uitgesloten?

  2. Zo ja, moet dan post 8543 (in casu: postonderverdeling 8543 80 80 GN 1991, postonderverdeling 8543 80 90 voor de GN van 1988 t/m 1990) aldus worden uitgelegd, dat de omschrijving ‚(andere) elektrische machines (...) met een eigen functie, niet genoemd of niet begrepen onder andere posten van (...) hoofdstuk 85’ mede producten als de in de eerste vraag bedoelde ‚Vista Boards’ omvat, ook wanneer deze zodanige eigenschappen bezitten dat zij niet alleen voor beeldverwerking, maar ook als grafische kaarten voor gegevensverwerkende machines zijn te gebruiken?

  3. In geval van een ontkennend antwoord op de tweede vraag:

    Welke andere tariefpost komt voor indeling van producten als de in de eerste vraag bedoelde ‚Vista Boards’ in aanmerking?”

De eerste vraag

10 Met zijn eerste vraag wil de verwijzende rechter in wezen weten, of beeldverwerking, zoals die kan worden uitgevoerd met een eenheid van een automatische gegevensverwerkende machine die onder meer een analoog-digitaal omvormer, een grafische processor met vergrote capaciteit en een digitaal-analoogomvormer omvat, moet worden beschouwd als een „eigen functie” in de zin van aantekening 5 B, laatste alinea, van hoofdstuk 84 van de gecombineerde nomenclatuur.

11 Zoals het Hof herhaaldelijk heeft beslist, moet het doorslaggevende criterium voor de tariefindeling van goederen in beginsel worden gezocht in hun objectieve kenmerken en eigenschappen, zoals omschreven in de tekst van de post van het gemeenschappelijk douanetarief en in de aantekeningen bij de afdelingen of hoofdstukken (zie onder meer arrest van 19 mei 1994, zaak C-11/93, Siemens Nixdorf, Jurispr. 1994, blz, I-1945, r. o. 11).

12 Zowel de aantekeningen bij de hoofdstukken van het gemeenschappelijk douanetarief als de toelichtingen van de Internationale Douaneraad vormen belangrijke middelen ter verzekering van een uniforme toepassing van dit tarief en kunnen derhalve als waardevolle hulpmiddelen bij de uitlegging ervan worden beschouwd (arrest Siemens Nixdorf, reeds aangehaald, r. o. 12).

13 Volgens de omschrijving van post 8471 van de gecombineerde nomenclatuur omvat deze post automatische gegevensverwerkende machines en eenheden daarvoor. In de toelichting van de Internationale Douaneraad op deze tariefpost wordt onder I, eerste alinea, verklaard: „Gegevensverwerking houdt de bewerking in van alle soorten informatie in tevoren —met het oog op een bepaald doel of bepaalde doeleinden — vastgestelde logische volgorde.”

14 Volgens aantekening 5 B, eerste alinea, van hoofdstuk 84 van de gecombineerde nomenclatuur wordt elke eenheid die op de centrale eenheid van een gegevensverwerkend systeem kan worden aangesloten en die in staat is gegevens te ontvangen of te leveren in een vorm — code of signalen — die bruikbaar is voor het systeem, geacht deel uit te maken van het complete systeem van een automatische gegevensverwerkende machine, en moet zij onder post 8471 worden ingedeeld.

15 Ingevolge punt E, sub 2, van de Algemene opmerkingen met betrekking tot hoofdstuk 84 in de toelichtingen van de Internationale Douaneraad kan een machine, aangeboden met een automatische gegevensverwerkende machine en bestemd om in samenhang daarmee te worden gebruikt, slechts worden geacht een eigen functie te vervullen wanneer zij een andere functie vervult dan „gegevensverwerking”.

16 In het hoofdgeding is de verwijzende rechter van mening, dat beeldverwerking een andere functie is dan gegevensverwerking. Nochtans volgt uit de bij het Hof ingediende opmerkingen van Techex en de Commissie, dat de drie elementen van de „Vista Board”, te weten een analoog-digitaalomvormer, een grafische processor met vergrote capaciteit alsmede een digitaal-analoogomvormer, technisch gezien niets anders doen dan gegevens verwerken.

17 Het begrip gegevensverwerking omvat immers mede de verwerking van beelden, die een vorm van gegevens zijn.

18 De Commissie betoogt evenwel, dat de „Vista Board” weliswaar gegevens verwerkt, maar niettemin een eigen functie vervult als bedoeld in aantekening 5 B, laatste alinea, van hoofdstuk 84 van de gecombineerde nomenclatuur, aangezien een automatische gegevensverwerkende machine met dit onderdeel in staat is een specifieke technische functie uit te voeren, namelijk de verwerking van beelden, welke functie de nationale douane-instanties bij de invoer van de goederen in aanmerking moeten nemen.

19 In dit verband zij erop gewezen, dat deze beoordeling niet berust op de objectieve kenmerken en eigenschappen van de betrokken eenheid, maar op de functies die de automatische gegevensverwerkende machine als geheel dank zij die eenheid kan uitvoeren.

20 Bovendien staat vast, dat de „Vista Board”, een eenheid die bestemd is voor installatie in een automatische gegevensverwerkende machine, als functie heeft, enerzijds externe analoge signalen om te zetten in een vorm die de machine in staat stelt ze te verwerken, en anderzijds de resultaten van de door de machine verrichte handelingen op het scherm te visualiseren. Zo bezien vervullen de „Vista Boards” geen andere functie dan „gegevensverwerking”.

21 Op de eerste vraag dient derhalve te worden geantwoord, dat beeldverwerking, zoals die kan worden uitgevoerd met een eenheid van een automatische gegevensverwerkende machine die onder meer een analoog-digitaalomvormer, een grafische processor met vergrote capaciteit en een digitaal-analoogomvormer omvat, niet is te beschouwen als een „eigen functie” als bedoeld in aantekening 5 B, laatste alinea, van hoofdstuk 84 GN.

De tweede en de derde vraag

22 De tweede en de derde vraag zijn slechts gesteld voor het geval de eerste vraag bevestigend zou worden beantwoord, en zijn dus zonder voorwerp geraakt.

Kosten

23 De kosten door de Commissie van de Europese Gemeenschappen wegens indiening van haar opmerkingen bij het Hof gemaakt, kunnen niet voor vergoeding in aanmerking komen. Ten aanzien van de partijen in het hoofdgeding is de procedure als een aldaar gerezen incident te beschouwen, zodat de nationale rechterlijke instantie over de kosten heeft te beslissen.

HET HOF VAN JUSTITIE (Eerste kamer),

uitspraak doende op de door het Bundesfinanzhof bij beschikking van 7 november 1995 gestelde vragen, verklaart voor recht:

Beeldverwerking, zoals die kan worden uitgevoerd met een eenheid van een automatische gegevensverwerkende machine die onder meer een analoog-digitaalomvormer, een grafische processor met vergrote capaciteit en een digitaal-analoogomvormer omvat, is niet te beschouwen als een „eigen functie” als bedoeld in aantekening 5 B, laatste alinea, van hoofdstuk 84 van de gecombineerde nomenclatuur van het gemeenschappelijk douanetarief, opgenomen in bijlage I bij verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief, zoals gewijzigd in de bijlagen bij de verordeningen (EEG) nr. 3174/88 van de Commissie van 21 september 1988, nr. 2886/89 van de Commissie van 2 augustus 1989, en nr. 2472/90 van de Commissie van 31 juli 1990.

Wathelet

Edward

Sevón

Uitgesproken ter openbare terechtzitting te Luxemburg op 18 december 1997.

De griffier

R. Grass

De president van de Eerste kamer

M. Wathelet