Arrest van het Gerecht (Negende kamer) van 15 september 2016
Arrest van het Gerecht (Negende kamer) van 15 september 2016
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof EU
- Datum uitspraak
- 15 september 2016
Uitspraak
Arrest van het Gerecht (Negende kamer) van 15 september 2016 –
Molinos Río de la Plata e.a / Raad
(Zaken T‑112/14–T‑116/14 en T‑119/14)
"Dumping - Invoer van biodiesel van oorsprong uit Argentinië - Definitief antidumpingrecht - Beroep tot nietigverklaring - Handelsvereniging - Rechtstreekse geraaktheid - Individuele geraaktheid - Ontvankelijkheid - Artikel 2, lid 5, van verordening (EG) nr. 1225/2009 - Normale waarde - Productiekosten"
1. Beroep tot nietigverklaringNatuurlijke personen of rechtspersonenHandelingen die hen rechtstreeks en individueel rakenBeroep ingesteld door een beroepsvereniging die de belangen van haar leden vertegenwoordigt en behartigtOntvankelijkheidVoorwaardenBeroep dat tegelijk door een lid wordt ingesteldNiet-ontvankelijkheid van het beroep ingesteld door de vereniging (Art. 263, vierde alinea, VWEU) (zie punten 33‑37, 63, 64)
2. Beroep tot nietigverklaringNatuurlijke personen of rechtspersonenHandelingen die hen rechtstreeks en individueel rakenIndividuele geraaktheidCriteriaVerordening tot instelling van antidumpingrechten (Art. 263, vierde alinea, VWEU) (zie punten 40‑61)
3. Beroep tot nietigverklaringNatuurlijke personen of rechtspersonenHandelingen die hen rechtstreeks en individueel rakenRechtstreekse geraaktheidCriteriaVerordening tot instelling van antidumpingrechten (Art. 263, vierde alinea, VWEU) (zie punt 62)
4. Gemeenschappelijke handelspolitiekBescherming tegen dumpingpraktijkenDumpingmargeVaststelling van de normale waardeToepassing van de aangenomen waardeBerekening van de productiekosten op basis van de boekhoudregistersAfwijkingKosten in verband met de productie en de verkoop van het product waarnaar onderzoek wordt gevoerd, zonder dat die kosten naar behoren in die registers zijn opgenomenBewijslast rustend op de instellingenRechterlijk toezichtOmvang (Verordeningen van de Raad nr. 1972/2002, overweging 4, en nr. 1225/2009, art. 2, leden 3, tweede alinea, en 5, eerste tot en met derde alinea) (zie punten 71‑76, 80‑103)
5. Beroep tot nietigverklaringVoorwerpGedeeltelijke nietigverklaringVoorwaardeScheidbaarheid van de bestreden bepalingenBepaling van een verordening waarbij definitieve antidumpingrechten zijn opgelegdNietigverklaring die leidt tot een inhoudelijke wijziging van de verordening (Art. 263 VWEU; verordening nr. 1194/2013 van de Raad, art. 1) (zie punten 107‑109)
Voorwerp
Verzoeken op grond van artikel 263 VWEU tot, in zaak T‑119/14, nietigverklaring van uitvoeringsverordening (EU) nr. 1194/2013 van de Raad van 19 november 2013 tot instelling van een definitief antidumpingrecht en tot definitieve inning van het voorlopige recht op biodiesel van oorsprong uit Argentinië en Indonesië (PB 2013, L 315, blz. 2) en, in de zaken T‑112/14 tot en met T‑116/14, nietigverklaring van deze verordening voor zover verzoeksters in deze zaken een antidumpingrecht wordt opgelegd
Dictum
1) De zaken T‑112/14, T‑113/14, T‑114/14, T‑115/14, T‑116/14 en T‑119/14 worden gevoegd voor de beslissing die een einde maakt aan het geding.
2) De artikelen 1 en 2 van uitvoeringsverordening (EU) nr. 1194/2013 van de Raad van 19 november 2013 tot instelling van een definitief antidumpingrecht en tot definitieve inning van het voorlopige recht op biodiesel van oorsprong uit Argentinië en Indonesië worden nietig verklaard voor zover zij betrekking hebben op Molinos Río de la Plata SA, Oleaginosa Moreno Hermanos SAFICI y A, Vicentin SAIC, Aceitera General Deheza SA en Bunge Argentina SA.
3) In de zaak T‑119/14 wordt het beroep verworpen voor het overige.
4) In de zaken T‑112/14 tot en met T‑116/14 draagt de Raad van de Europese Unie zijn eigen kosten. Hij draagt tevens de kosten van Molinos Río de la Plata in zaak T‑112/14, van Oleaginosa Moreno Hermanos in zaak T‑113/14, van Vicentin in zaak T‑114/14, van Aceitera General Deheza in zaak T‑115/14 en van Bunge Argentina in zaak T‑116/14.
5) In zaak T‑119/14 dragen Cámara Argentina de Biocombustibles (Carbio) en de Raad hun eigen kosten.
6) De Europese Commissie en European Biodiesel Board (EBB) dragen hun eigen kosten.