Beschikking van het Hof (Zesde kamer) van 28 april 2016

1. Prejudiciële vragenAntwoord dat duidelijk uit de rechtspraak kan worden afgeleidToepassing van artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering (Art. 267 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Hof, art. 99) (cf. punten 18, 19)

2. LandbouwGemeenschappelijk landbouwbeleidRegelingen inzake rechtstreekse steunverleningGemeenschappelijke voorschriftenBetalingen verricht op grond van die regelingenVerplichting om de betalingen volledig aan de begunstigden te verrichtenNationale regeling die deze betalingen aan de inkomstenbelasting onderwerptToelaatbaarheid (Verordening nr. 73/2009 van de Raad, overweging 25 en art. 29, lid 1) (cf. punten 25‑31 en dictum)

Dictum

Artikel 29, lid 1, van verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad van 19 januari 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening aan landbouwers in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, tot wijziging van verordeningen (EG) nr. 1290/2005, (EG) nr. 247/2006, (EG) nr. 378/2007 en tot intrekking van verordening (EG) nr. 1782/2003 moet aldus worden uitgelegd dat het zich niet verzet tegen een nationale regeling als die in het hoofdgeding, waarbij inkomstenbelasting wordt geheven over de betalingen die zijn verricht op grond van de in bijlage I bij die verordening genoemde steunregelingen.