Gerechtshof Amsterdam, 19-12-2013, ECLI:NL:GHAMS:2013:4873, 12/00142
Gerechtshof Amsterdam, 19-12-2013, ECLI:NL:GHAMS:2013:4873, 12/00142
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Amsterdam
- Datum uitspraak
- 19 december 2013
- Datum publicatie
- 15 januari 2014
- ECLI
- ECLI:NL:GHAMS:2013:4873
- Zaaknummer
- 12/00142
Inhoudsindicatie
Het Hof oordeelt dat geen sprake is van overmacht op grond waarvan het productschap de geldigheidsduur van het invoercertificaat had behoren te verlengen.
Uitspraak
Kenmerken 12/00142
19 december 2013
uitspraak van de meervoudige douanekamer
op het hoger beroep van
[A] te Hendrik-Ido-Ambacht, belanghebbende,
gemachtigde:[X] ([B])
tegen de uitspraak in de zaak met kenmerk AWB 10/1816 van de rechtbank Haarlem (hierna: de rechtbank) in het geding tussen
belanghebbende
en
het Productschap voor Pluimvee en Eieren te Zoetermeer,
het Productschap.
1 Ontstaan en loop van het geding
Het Productschap heeft bij beschikking van 28 mei 2008 het verzoek van [A] (belanghebbende) om verlenging van het invoercertificaat met nummer [...] afgewezen en voor een bedrag van € 171.645 de zekerheid behorende bij voormeld invoercertificaat verbeurd verklaard.
Na daartegen gemaakt bezwaar heeft het Productschap bij uitspraak, gedagtekend 19 november 2009, de beschikking gehandhaafd.
Bij uitspraak van 22 december 2011 heeft de rechtbank het door belanghebbende ingestelde beroep ongegrond verklaard.
Het tegen deze uitspraak ingestelde hoger beroep is bij het Hof ingekomen op 1 februari 2012 en aangevuld bij brief van 28 februari 2012. Het Productschap heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 19 november 2013. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt.
2 Feiten
Op 11 juni 2007 heeft belanghebbende een aanvraag voor een invoercertificaat ingediend voor de invoer uit Argentinië van 343.290 kilogram producten uit groepsnummer 6 van Verordening 616/2007 (bereidingen van vlees van hanen of van kippen, gekookt of gebakken, GN-code 1602 3219). In vak 13 is vermeld dat kuikenborstfilet zal worden ingevoerd.
Op 1 juli 2007 heeft het Productschap een invoercertificaat afgegeven onder het nummer [...], voor de gevraagde hoeveelheid van 343.290 kilogram. Vak 8 vermeldt Argentinië als (niet verplicht) land van oorsprong. Vak 12 vermeldt als laatste dag van geldigheid 27 december 2007.
Belanghebbende heeft het gebruiksrecht van het certificaat, blijkens de vermeldingen in vak 6, vanaf 12 september 2007 overgedragen aan [B]. [B] heeft op 1 juli 2007 zelf ook een certificaat verworven voor de invoer van 343.290 kilogram bereide kip. De daadwerkelijke invoer van de 686.580 kilogram bereide kip zou geschieden door [C], een werkmaatschappij van [B].
Op 30 november 2007 is aan het Productschap verzocht om de geldigheidsduur van het invoercertificaat te verlengen tot 30 juni 2008. Het Productschap heeft bij brief van 19 december 2007 belanghebbende in de gelegenheid gesteld om bewijs te leveren van de door belanghebbende als overmacht beschouwde omstandigheden.
Op 8 februari 2008 heeft het Productschap het invoercertificaat geheel onbenut terugontvangen.
Bij brief met dagtekening 3 maart 2008 heeft belanghebbende aangegeven welke omstandigheden volgens haar overmacht vormen.
Bij beschikking van 28 mei 2008 heeft het Productschap het verzoek om verlenging van de geldigheidstermijn van het invoercertificaat afgewezen en de gestelde zekerheid verbeurd verklaard.
3 Geschil in hoger beroep
In geschil is het antwoord op de vraag of sprake is van als overmacht te beschouwen omstandigheden, als bedoeld in artikel 39 van Verordening 376/2008 van de Commissie, op grond waarvan de geldigheidsduur van het invoercertificaat dient te worden verlengd, zoals belanghebbende stelt doch het Productschap bestrijdt.
Belanghebbende heeft verzocht het Productschap op de voet van artikel 8:73 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) te veroordelen tot vergoeding van haar schade.