Gerechtshof Amsterdam, 12-03-2015, ECLI:NL:GHAMS:2015:931, 14/00420
Gerechtshof Amsterdam, 12-03-2015, ECLI:NL:GHAMS:2015:931, 14/00420
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Amsterdam
- Datum uitspraak
- 12 maart 2015
- Datum publicatie
- 8 april 2015
- ECLI
- ECLI:NL:GHAMS:2015:931
- Zaaknummer
- 14/00420
- Relevante informatie
- Gemeentewet [Tekst geldig vanaf 01-04-2023 tot 01-01-2024] art. 225
Inhoudsindicatie
Een ten tijde van het Kwakoefestival 2013 verleende ontheffing van het verbod de F-buurt in te rijden kon redelijkerwijs niet de indruk hebben gewekt dat voor het parkeren in die wijk geen belasting was verschuldigd als de ontheffing achter de voorruit was aangebracht.
Uitspraak
kenmerk 14/00420
12 maart 2015
uitspraak van de negende enkelvoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[X] te Amsterdam, belanghebbende,
tegen de uitspraak in de zaak met kenmerk AMS 13/5067 van de rechtbank Amsterdam (hierna: de rechtbank) van 9 mei 2014, verzonden op 19 mei 2014, in het geding tussen
belanghebbende
en
de heffingsambtenaar van de gemeente Amsterdam, de heffingsambtenaar.
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft aan belanghebbende op 14 juli 2013 de onderhavige naheffingsaanslag opgelegd ten bedrage van € 57,30.
Na daartegen gemaakt bezwaar heeft de heffingsambtenaar bij uitspraak, gedagtekend 23 augustus 2013, het bezwaar ongegrond verklaard.
Het tegen deze uitspraak ingestelde beroep is door de rechtbank ongegrond verklaard.
Het tegen deze uitspraak ingestelde hoger beroep is bij het Hof ingekomen op 23 juni 2014. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.
Op 12 februari 2015 zijn nadere stukken van belanghebbende ontvangen. Een afschrift hiervan is naar de heffingsambtenaar gezonden.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 25 februari 2015. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat met deze uitspraak wordt meegezonden.
2 Feiten
De rechtbank heeft in onderdeel 1 van haar uitspraak (waarin belanghebbende wordt aangeduid als ‘eiseres’ en de heffingsambtenaar als ‘verweerder’) de volgende feiten vastgesteld:
“Op 14 juli 2013 omstreeks 19.34 uur heeft een parkeercontroleur van de gemeente [geconstateerd] dat de auto van eiseres met kenteken [00-00-00], op de Florijn te Amsterdam Zuidoost ter hoogte van huisnummer 102 geparkeerd stond. Bij controle heeft de parkeercontroleur geen geldig parkeerbewijs in de auto aangetroffen. De parkeercontroleur heeft vervolgens aan eiseres een naheffingsaanslag in de parkeerbelasting opgelegd ter hoogte van € 57,30. Het nageheven bedrag bestaat uit € 1,40 (parkeerbelasting) en € 55,90 (kosten van de naheffingsaanslag).”
Nu geen bezwaren zijn gericht tegen de door de rechtbank vastgestelde feiten, zal het Hof ook van die feiten uitgaan. Het voegt hier nog de volgende feiten aan toe.
Belanghebbende heeft voor het op 14 juli 2013 parkeren op de onder 2.1.1 vermelde locatie geen parkeerbelasting voldaan.
Ten tijde van het parkeren was onderstaande, door het Stadsdeel Amsterdam Zuidoost ‘aan de bewoners van dit pand’ verzonden, brief (hierna: de ontheffing) achter de voorruit van de auto geplaatst:
“ZOMERFESTIVAL 2013
datum: juni 2013
Onderwerp: Wijkafsluiting tijdens Zomerfestival 2013
Geachte bewoner(s),
Op zaterdag 13 juli 2013 gaat het Zomerfestival 2013 in het Bijlmerpark van start. Het festival duurt 4 weekeinden en eindigt op zondag 04 augustus 2013. Om parkeeroverlast in uw wijk tegen te gaan wordt uw woonwijk gedurende dit festival afgesloten voor verkeer.
Om als bewoner met uw (personen)auto toegang tot de wijk te krijgen kunt u op deze brief uw kenteken invullen. (…)
Deze brief voorzien van kenteken dient op de festivaldagen zichtbaar achter de voorruit van uw auto geplaatst te zijn.
(…)
VUL HIER UW KENTEKEN IN
F-BUURT
[00-00-00]
[Hof: handmatig ingevuld]”
De auto met voormeld kenteken staat op naam van belanghebbende. Belanghebbende woont niet in de F-buurt. Zij had de ontheffing gekregen van haar zuster.
3 Geschil in hoger beroep
Evenals bij de rechtbank is in hoger beroep in geschil of de onderhavige naheffingsaanslag parkeerbelasting rechtmatig is opgelegd. Daarbij is – naar het oordeel van het Hof: terecht – tussen partijen niet in geschil dat voor het parkeren op de bewuste locatie gewoonlijk parkeerbelasting is verschuldigd. In geschil is dan ook uitsluitend of voor het parkeren in de F-buurt op 14 juli 2013 om 19.34 uur belasting was verschuldigd indien werd geparkeerd met een auto die, zoals die van belanghebbende, was voorzien van de achter de voorruit geplaatste ontheffing.