Home

Gerechtshof Amsterdam, 07-01-2016, ECLI:NL:GHAMS:2016:141, 14/00894

Gerechtshof Amsterdam, 07-01-2016, ECLI:NL:GHAMS:2016:141, 14/00894

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Datum uitspraak
7 januari 2016
Datum publicatie
27 januari 2016
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2016:141
Zaaknummer
14/00894
Relevante informatie
Wet waardering onroerende zaken [Tekst geldig vanaf 01-01-2023 tot 01-01-2024] art. 17

Inhoudsindicatie

WOZ. Heffingsambtenaar heeft vastgestelde waarde voldoende aannemelijk gemaakt. Specifieke ligging, kavelomvang, hogere kubieke meterprijs en omstandigheid dat rechtbank onvoldoende betekenis heeft toegekend aan door belanghebbende overgelegd taxatierapport geen redenen voor correctie op vastgestelde waarde.

Uitspraak

kenmerk 14/00894

7 januari 2016

uitspraak van de derde enkelvoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

[X] te [Z] , belanghebbende,

gemachtigde: P.J.M. van Diepen

tegen de uitspraak in de zaak met kenmerk ALK 13/2135 van de rechtbank Noord-Holland (hierna: de rechtbank) van 20 oktober 2014 in het geding tussen

belanghebbende

en

de heffingsambtenaar van de gemeente [Y] , de heffingsambtenaar.

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

De heffingsambtenaar heeft bij beschikking krachtens artikel 22 van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) met dagtekening 28 februari 2013 de waarde op de waardepeildatum 1 januari 2012 (hierna: de waardepeildatum) van de onroerende zaak [a-straat] [1] te [Z] (gemeente [Y] ) voor het kalenderjaar 2013 vastgesteld op € 309.000.

1.2.

Na daartegen gemaakt bezwaar heeft de heffingsambtenaar bij uitspraak, gedagtekend 8 november 2013, de beschikking gehandhaafd.

1.3.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak op bezwaar beroep ingesteld bij de rechtbank. Bij uitspraak van 20 oktober 2014 heeft de rechtbank het door belanghebbende ingestelde beroep ongegrond verklaard.

1.4.

Het tegen deze uitspraak ingestelde hoger beroep is bij het Hof ingekomen op 28 november 2014 en aangevuld bij brief van 29 december 2014. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.

1.5.

Het Hof heeft op 8 november 2015 nadere stukken met bijlagen van belanghebbende ontvangen en in kopie doorgezonden aan de inspecteur.

1.6.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 18 november 2015. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat aan partijen is verzonden.

2 Tussen partijen vaststaande feiten

2.1.

Belanghebbende is eigenaar van de onroerende zaak, inclusief bijbehorende garage, gelegen aan het adres [a-straat] [1] te [Z] (hierna: de woning). De woning heeft als bouwjaar 1900 en is vrijstaand. De inhoud van de woning, inclusief een aanbouw bedraagt volgens een tot de stukken behorend ‘taxatieverslag woningen’ 294 m³ en het perceeloppervlak bedraagt in totaal 453 m².

2.2.

Uit (onder meer) een door de heffingsambtenaar ter zitting overgelegde luchtfoto van de woning blijkt dat deze niet rechtstreeks aan de openbare weg is gelegen, maar is gelegen achter een andere woning, waarlangs, zoals ter zitting is verklaard, de woning – zoals mede blijkt uit een tot de stukken behorende foto, ook met een motorvoertuig – vrij bereikbaar is. Aan de achterzijde van de woning grenst deze aan een onbebouwd agrarisch terrein.

3 Geschil in hoger beroep

In hoger beroep is evenals in eerste aanleg in geschil of de waarde van de woning te hoog is vastgesteld. In het bijzonder is in geschil of daarbij voldoende rekening is gehouden met de ligging van de woning.

4 Beoordeling van het geschil

5 5. Kosten

6 Beslissing