Gerechtshof Amsterdam, 01-03-2016, ECLI:NL:GHAMS:2016:822, 14/00899
Gerechtshof Amsterdam, 01-03-2016, ECLI:NL:GHAMS:2016:822, 14/00899
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Amsterdam
- Datum uitspraak
- 1 maart 2016
- Datum publicatie
- 9 maart 2016
- ECLI
- ECLI:NL:GHAMS:2016:822
- Zaaknummer
- 14/00899
Inhoudsindicatie
Bpm. De inspecteur heeft de historische nieuwprijs juist vastgesteld. Partijen zijn het eens over de handelsinkoopwaarde (in onbeschadigde staat). Het Hof oordeelt dat de inspecteur heeft voldaan aan de op hem rustende bewijslast dat niet alle herstelkosten in mindering kunnen worden gebracht op de handelsinkoopwaarde.
Uitspraak
Kenmerk 14/00899
1 maart 2016
uitspraak van de tweede meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[X] te [Z] , belanghebbende,
en het incidenteel hoger beroep van
de inspecteur van de Belastingdienst, de inspecteur,
tegen de uitspraak in de zaak met kenmerk HAA 14/1381 van de rechtbank Noord-Holland (hierna: de rechtbank) in het geding tussen
belanghebbende
en
de inspecteur.
1 Ontstaan en loop van het geding
Belanghebbende heeft op 20 november 2012 aangifte van belasting van personenauto’s
en motorrijwielen (hierna: BPM) gedaan ter zake van de registratie van een personenauto van het merk BMW, type X1 xDrive 2.0D, met het voertuigidentificatienummer [identificatienummer] voor een te betalen bedrag van € 372. Belanghebbende heeft dit bedrag op aangifte voldaan.
De inspecteur heeft met dagtekening 29 oktober 2013 aan belanghebbende een naheffingsaanslag BPM opgelegd voor een bedrag van € 4.282.
De inspecteur heeft bij uitspraak, gedagtekend 4 april 2014, het bezwaar tegen de naheffingsaanslag ongegrond verklaard en de naheffingsaanslag gehandhaafd.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de inspecteur op regelmatige wijze beroep ingesteld bij de rechtbank. Bij uitspraak van 17 november 2014 heeft de rechtbank als volgt op het ingestelde beroep beslist, waarbij belanghebbende als ‘eiser’ en de inspecteur als ‘verweerder’ wordt aangeduid:
“De rechtbank:
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraak op bezwaar;
- vermindert de naheffingsaanslag tot een, berekend naar een inkoopwaarde (handelswaarde met aanwezige schade incl. btw en bpm) van het voertuig van € 15.250;
- kent aan eiser een dwangsom toe van € 260;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 1.217;
- draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 165 aan eiser te vergoeden.”
Het tegen deze uitspraak door belanghebbende ingestelde hoger beroep is bij het Hof per faxbericht ingekomen op 2 december 2014. De inspecteur heeft een verweerschrift ingediend alsmede incidenteel hoger beroep ingesteld. Belanghebbende heeft een reactie op het incidenteel hoger beroep ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 19 januari 2016. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat met deze uitspraak wordt meegezonden.
2 Feiten
De rechtbank heeft in haar uitspraak de navolgende feiten vastgesteld. Belanghebbende wordt daarin aangeduid als ‘eiser’, de inspecteur als ‘verweerder’.
“1. Eiser heeft op 20 november 2012 aangifte bpm gedaan voor een personenauto van het merk BMW, type X1, met een datum van eerste toelating van 11 april 2011 (hierna: het voertuig). Het VIN is [identificatienummer] . Eiser heeft de inkoopwaarde met behulp van een koerslijst berekend op € 30.116 en de inkoopwaarde na aftrek van de door [B.V.1] (hierna: [B.V.1] ) gecalculeerde schade van € 28.599 berekend op € 1.517.
2. [B.V.2] (hierna: [B.V.2] ) heeft op verzoek van verweerder een hertaxatie van het voertuig uitgevoerd. De schade wordt in het hertaxatierapport berekend op € 19.000. De grondslag voor de bpm-heffing is als volgt berekend:
Consumentenprijs € 54.635,00
AF:
Afschrijving consumentenprijs € 18.535,00
Afschrijving accessoires € 1.300,00
Ontbrekende delen € 0,00
Subtotaal aftrek € 19.835,00
Meer/minder kilometers € 1.700,00
Totaal aftrek € 18.135,00
Verkoopwaarde € 36.500,00
Handelsmarge € 6.250,00
Waardevermindering wegens schade € 11.500,00
Handelswaarde met aanwezige schade (incl. btw en bpm) € 18.750,00
3. Op 29 oktober 2013 heeft verweerder een naheffingsaanslag opgelegd van € 4.282.”
Het Hof gaat voor de beslechting van het geschil uit van voormelde feiten.
3 Geschil in hoger beroep
In geschil is het antwoord op de vraag of de inspecteur de naheffingsaanslag terecht en tot het juiste bedrag heeft vastgesteld. Het geschil spitst zich toe op de vaststelling van de historische nieuwprijs en de handelsinkoopwaarde van de referentieauto, ter bepaling van het afschrijvingspercentage.
Partijen doen hun standpunten steunen op de gronden welke door hen zijn aangevoerd in de van hen afkomstige stukken. Voor hetgeen zij daaraan ter zitting hebben toegevoegd wordt verwezen naar het van het verhandelde ter zitting opgemaakte proces-verbaal.