Gerechtshof Amsterdam, 16-01-2018, ECLI:NL:GHAMS:2018:164, 17/00103
Gerechtshof Amsterdam, 16-01-2018, ECLI:NL:GHAMS:2018:164, 17/00103
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Amsterdam
- Datum uitspraak
- 16 januari 2018
- Datum publicatie
- 24 januari 2018
- ECLI
- ECLI:NL:GHAMS:2018:164
- Zaaknummer
- 17/00103
Inhoudsindicatie
Precariobelasting; belanghebbende kan worden aangemerkt als partij bij de ‘Nieuwe Precario-overeenkomst’ en de gemeente is bevoegd – dat is in die overeenkomst bepaald – om de hier betwiste precariobelasting in te voeren
Uitspraak
kenmerk 17/00103
16 januari 2018
uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[X] B.V. (voorheen: N.V. [xxx] ), belanghebbende,
gemachtigde: mr. [naam bedrijfsjurist] , bedrijfsjurist in dienst van belanghebbende,
tegen de uitspraak van 15 september 2016 in de zaak met kenmerk UTR 15/228 van de rechtbank Midden-Nederland (hierna: de rechtbank) in het geding tussen
belanghebbende
en
de heffingsambtenaar van de gemeente Eemnes, de heffingsambtenaar.
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft met dagtekening 28 februari 2014 aan belanghebbende voor het tijdvak 1 juli tot en met 31 december 2013 een aanslag precariobelasting opgelegd van € 390.500.
Na daartegen gemaakt bezwaar, heeft de heffingsambtenaar bij uitspraak van 22 december 2014 de aanslag gehandhaafd.
De rechtbank heeft het daartegen ingestelde beroep bij de uitspraak van 15 september 2016 ongegrond verklaard.
Het tegen de uitspraak van de rechtbank ingestelde hoger beroep is ingekomen bij het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 10 oktober 2016. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.
Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft het hoger beroep bij beslissing van 21 februari 2017 voor verdere behandeling verwezen naar het Hof.
Belanghebbende heeft bij brief van 15 november 2017 een nader stuk ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 6 december 2017. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat met deze uitspraak wordt meegezonden. Het hoger beroep van belanghebbende is gelijktijdig behandeld met haar hoger beroep betreffende de aanslag precariobelasting 2014 van de gemeente Renswoude, kenmerk 17/00102, en het hoger beroep van [Y] B.V. betreffende de aanslag precariobelasting 2014 van de gemeente Renswoude, kenmerk 17/00103.
2 Feiten
Belanghebbende is juridisch eigenaar van de in de gemeente Eemnes gelegen netwerken voor het transport van elektriciteit en gas. Economisch eigenaar en netbeheerder is [Y] B.V.
Tussen de gemeente Eemnes (hierna: de gemeente) en de [A] N.V. is op 20 februari 1990 het volgende overeengekomen:
“KABELLEGREGELING(…)Artikel 11.1. De gemeente zal met inachtneming van het bepaalde in de volgende artikelen aan [A] op haar verzoek schriftelijk goedkeuring verlenen om in, aan, op of boven gemeentelijke eigendommen, al dan niet met een openbare bestemming, en eigendommen van [A] of anderen, voor zover deze laatsten een openbare bestemming hebben en daarvoor op grond van enig publiekrechtelijk voorschrift aan de gemeente vergunning of ontheffing moet worden gevraagd, om niet werken aan te brengen, te hebben, houden, gebruiken, onderhouden, wijzigen en verwijderen.1.2. De gemeente zal ook in de toekomst geen recognities, retributies of vergoedingen vorderen voor aktiviteiten van [A] ten behoeve van haar elektriciteits- en telekommunikatienet en de elektriciteitsvoorziening.(…)Artikel 9
Deze regeling wordt geacht in werking te zijn getreden op 1 januari 1990 en zal na 20 jaar eindigen, terwijl zij daarna telkens voor 10 jaar op dezelfde voorwaarden wordt gekontinueerd, tenzij een der partijen haar uiterlijk drie maanden voor de expiratiedatum schriftelijk heeft opgezegd. De bij het einde van deze regeling ingevolge de eerste drie artikelen bestaande rechten van [A] zullen – in afwachting van nadere afspraken tussen partijen – door de gemeente worden geëerbiedigd.(…)9.5. Deze overeenkomst eindigt van rechtswege, indien de Rijksconcessie van [A] geheel of gedeeltelijk wordt ingetrokken of vervallen wordt verklaard op grond van de in de concessie genoemde redenen. (…).”
Tussen de gemeente en N.V. [B] is op 20 december 1989 het volgende overeengekomen:
“Exploitatie-overeenkomst(…)Artikel 11. De gemeente verleent met uitsluiting van ieder ander aan het [B] het recht om op het grondgebied van de gemeente werkzaam te zijn, terzake van de gasvoorziening (…).(…)Artikel 3De gemeente verbindt zich van het [B] geen retributies te heffen voor het hebben van voorwerpen in, op of boven voor de openbare dienst bestemde grond en geen recognities te vorderen voor zodanig gebruik van eigendommen van de gemeente.Artikel 4De gemeente verleent aan het [B], met uitsluiting van anderen dan de N.V. [C], vergunningen, ontheffingen of anderszins voor het leggen, aanbrengen, hebben, wijzigen, onderhouden en uitbreiden van voor de gasvoorziening van belang zijnde voorwerpen in, op of boven voor de openbare dienst bestemde grond en water.
(…)”
In een overeenkomst tussen de gemeente, N.V. [D] handelend onder de naam “[D]” of één van haar ‘Vennootschappen’, en N.V. [E] van maart 2003 (hierna: de precario-overeenkomst) is onder meer het volgende vermeld:
“OVERWEGENDE(A) de Gemeente houdt 30 aandelen in (…) “N.V. [B]”, (…) hierna te noemen “Houdster [B]”(B) Houdster [B] houdt 30% van alle aandelen (de “Aandelen”) in het kapitaal van [D] en (…) “N.V. [D] Houdstermaatschappij”, (…) hierna te noemen “Houdster [D]” en tezamen met Houdster [B], de “Verkopers” (…) houdt 70% van de Aandelen;(C) Op 18 december 2002 zijn de Verkopers met de Koper [Hof: N.V. [E]] een overeenkomst aangegaan (de “Overeenkomst”) waarbij de Koper alle aandelen in het kapitaal van [D] heeft gekocht van de Verkopers;(…)Artikel 1 Definities1.1 Begrippen en termen in deze Precario Overeenkomst die met een hoofdletter zijn aangeduid en niet anders zijn gedefinieerd, zullen de betekenis hebben als hieronder omschreven. Leveringsdatum: 10 maart 2003Netwerk: Het gas-, licht-, elektriciteits-, warmte-, en glasvezelnetwerk dat door één of meer van de Vennootschappen geëxploiteerd wordt en dat (voor wat betreft het gas- en elektriciteitsnet werk) rechtsgeldig wordt beheerd door één of meer van de
Vennootschappen in de zin van artikel 2 lid 1 Gaswet respectievelijk
artikel 10 lid 3 Elektriciteitswet 1998. Precario: De door de Gemeente geheven precario belasting zoals bedoeld in artikel 228 van de Gemeentewet terzake van de aanwezigheid en het gebruik van (delen van het) Netwerk voorzover dit zich bevindt in, op of boven gronden van de Gemeente.
(…)Vennootschappen: [D], Dochtermaatschappijen en Stichtingen, zoals gedefinieerd in de Overeenkomst of hun rechtsopvolgers.(…) Artikel 2 Precarioverhoging/Nieuwe Precario2.1 Gedurende een periode van 10 (tien) jaar na de Leveringsdatum zal de Gemeente niet overgaan tot een Precarioverhoging of het opleggen van een Nieuwe Precario, met uitzondering van Precarioverhogingen en/of Nieuwe Precario die voorgeschreven zijn door de centrale overheid of landelijk op de sector van toepassing worden verklaard.
Na afloop van de genoemde periode van 10 (tien) jaar, zal Gemeente gedurende de daarop volgende periode van 10 (tien) jaar niet overgaan tot een Precarioverhoging of het opleggen van een Nieuwe Precario indien en voorzover een dergelijke verhoging niet of niet volledig kan worden doorberekend in de transport- en aansluitingstarieven van één of meer van de Vennootschappen ingevolge een daartoe door de bevoegde autoriteiten genomen besluit, met uitzondering van Precarioverhogingen en/of Nieuwe Precario die voorgeschreven zijn door de centrale overheid of landelijk op de sector van toepassing worden verklaard.(…).”
De ‘Verordening precariobelasting Kabels en Leidingen 2013’, vastgesteld door de raad van de gemeente op 24 juni 2013 (hierna: de Verordening), luidt onder meer als volgt:
“Artikel 2 Belastbaar feitOnder de naam precariobelasting wordt een directe belasting geheven ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, bedoeld of genoemd in deze verordening.Artikel 3 Belastingplicht1. De precariobelasting wordt geheven van degene die het voorwerp of de voorwerpen onder de [voor] openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft, dan wel degene ten behoeve van wie dat voorwerp of dien voorwerpen onder de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond aanwezig zijn. (…)Artikel 4 VrijstellingenDe precariobelasting wordt niet geheven ter zake van het hebben van:(…)c. voorwerpen, welke op grond van een wettelijk voorschrift of anderszins rechtens moeten worden gedoogd; (…)Artikel 7 BelastingtijdvakHet belastingtijdvak is gelijk aan het tijdvak 1 juli 2013 tot en met 31 december 2013.
(…)”
3 Geschil in hoger beroep
Evenals voor de rechtbank is voor het Hof in geschil of de belastingaanslag precariobelasting terecht is opgelegd.