Home

Gerechtshof Amsterdam, 30-04-2019, ECLI:NL:GHAMS:2019:1783, 18/00433

Gerechtshof Amsterdam, 30-04-2019, ECLI:NL:GHAMS:2019:1783, 18/00433

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Datum uitspraak
30 april 2019
Datum publicatie
17 juli 2019
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2019:1783
Zaaknummer
18/00433

Inhoudsindicatie

Beschikking Loonheffingen Sectoraansluiting. Belanghebbende is op het verkeerde been gezet door de rechtsmiddelverwijzing in de nadere beslissing op bezwaar. Het beroepschrift wordt met toepassing van artikel 6:15 Awb als bezwaarschrift ter behandeling aan de inspecteur gezonden. Proceskostenvergoeding.

Uitspraak

Kenmerk 18/00433

30 april 2019

uitspraak van de vierde meervoudige belastingkamer

op het beroep van

[X] B.V., gevestigd te [plaats] , belanghebbende,

(gemachtigde: P. Gruijs),

tegen een uitspraak van

de inspecteur van de Belastingdienst, de inspecteur.

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

De inspecteur heeft bij beschikking Loonheffingen Sectoraansluiting (hierna: de beschikking) van 28 juli 2017 belanghebbende in het kader van de sectorindeling ingedeeld in sector 3 Bouwbedijf.

1.2.

Na daartegen bij brief van 15 januari 2018 (ontvangen door de inspecteur op 16 januari 2018) gemaakt bezwaar (hierna: het bezwaarschrift) heeft de inspecteur bij uitspraak, gedagtekend 29 maart 2018, het bezwaar niet-ontvankelijk verklaard. In de ambtshalve beoordeling concludeert de inspecteur dat belanghebbende terecht is ingedeeld in sector 3. In deze uitspraak ontbreekt een rechtsmiddelenverwijzing. Tot de gedingstukken behoort voorts een geschrift van 13 juni 2018 met als aanhef “uitspraak op bezwaar inzake sectoraansluiting” (hierna: de nadere beslissing op bezwaar). In dit geschrift is een rechtsmiddelenverwijzing opgenomen.

1.3.

Tegen de uitspraak van 29 maart 2018 heeft voornoemde gemachtigde beroep ingesteld bij brief van 11 juli 2018 (hierna: het beroepschrift), bij het Hof per fax ingekomen op 13 juli 2018.

1.4.

De inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.

1.5.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 26 maart 2019. Aldaar zijn namens belanghebbende verschenen haar gemachtigde voornoemd, [naam directeur] (directeur van belanghebbende) en C. Bos. Van de zijde van de inspecteur zijn verschenen mr. R.P. Bourne, G. Kuster en mr. M.J. van Vuuren. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat aan deze uitspraak is gehecht.

2 Tussen partijen vaststaande feiten

Gelet op hetgeen ter zitting van het Hof tussen partijen is afgesproken stelt het Hof geen feiten vast.

3 Geschil in beroep

3.1.

In geschil is of belanghebbende kan worden ontvangen in zijn beroep. Als deze vraag bevestigend moet worden beantwoord, is in geschil of het bezwaar van belanghebbende terecht niet-ontvankelijk is verklaard. Indien deze vraag ontkennend moet worden beantwoord, is vervolgens in geschil het antwoord op de vraag of belanghebbende terecht is ingedeeld in sector 3.

3.2.

Partijen doen hun standpunten steunen op de gronden die door hen zijn aangevoerd in de van hen afkomstige stukken. Voor hetgeen zij daaraan ter zitting van het Hof hebben toegevoegd wordt verwezen naar het van het verhandelde ter zitting opgemaakte proces-verbaal.

4 Beoordeling van het geschil

5 Kosten

6 Beslissing