Gerechtshof Amsterdam, 18-06-2019, ECLI:NL:GHAMS:2019:2098, 18/00117
Gerechtshof Amsterdam, 18-06-2019, ECLI:NL:GHAMS:2019:2098, 18/00117
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Amsterdam
- Datum uitspraak
- 18 juni 2019
- Datum publicatie
- 27 mei 2020
- ECLI
- ECLI:NL:GHAMS:2019:2098
- Zaaknummer
- 18/00117
Inhoudsindicatie
Rioolheffing; opbrengstlimiet overschreden?
Uitspraak
kenmerk 18/00117
18 juni 2019
uitspraak van de tweede meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[naam] , te [woonplaats] , belanghebbende,
(gemachtigde: mr. M. Gideonse)
tegen de uitspraak van 2 februari 2018 in de zaak met kenmerk HAA 16/2947 van de rechtbank Noord-Holland (hierna: de rechtbank) in het geding tussen
belanghebbende
en
de heffingsambtenaar van de gemeente Bergen, de heffingsambtenaar.
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft met dagtekening 29 februari 2016 aan belanghebbende voor het jaar 2016 een aanslag rioolheffing ten bedrage van € 329 opgelegd ter zake van het gebruik van de onroerende zaak [adres] te [plaats] (hierna: de aanslag).
Na daartegen gemaakt bezwaar heeft de heffingsambtenaar bij uitspraak op bezwaar, gedagtekend 25 april 2016, de aanslag gehandhaafd.
Bij uitspraak van 2 februari 2018 heeft de rechtbank het daartegen door belanghebbende ingestelde beroep ongegrond verklaard.
Het tegen deze uitspraak door belanghebbende ingestelde hoger beroep is bij het Hof ingekomen op 15 maart 2018. De inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.
Op 6 maart 2019 is bij het Hof een nader stuk van belanghebbende ingekomen.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 26 maart 2019. Belanghebbende is verschenen, vergezeld van zijn gemachtigde. Namens de heffingsambtenaar is verschenen
Mr. A.G. Hendriks. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat met deze uitspraak wordt meegezonden.
2 Feiten
De rechtbank heeft de volgende feiten vastgesteld (in de uitspraak wordt belanghebbende als ‘eiser’ en de heffingsambtenaar als ‘verweerder’ aangeduid):
“1. Eiser is eigenaar en gebruiker van de recreatiewoning [adres] . (hierna: de woning). De woning is gelegen op [naam recreatiepark] te [plaats] . De woning is via de riolering van het park aangesloten op de gemeentelijke riolering.
2. De aanslag is aan eiser opgelegd als gebruiker van de woning.”
Nu de hiervoor vermelde feiten door partijen op zichzelf niet zijn bestreden, zal ook het Hof daarvan uitgaan.
3 Geschil in hoger beroep
In geschil is of de aanslag rioolheffing terecht en op goede gronden aan eiser is opgelegd.