Gerechtshof Amsterdam, 27-07-2021, ECLI:NL:GHAMS:2021:2375, 20/00338
Gerechtshof Amsterdam, 27-07-2021, ECLI:NL:GHAMS:2021:2375, 20/00338
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Amsterdam
- Datum uitspraak
- 27 juli 2021
- Datum publicatie
- 18 augustus 2021
- ECLI
- ECLI:NL:GHAMS:2021:2375
- Zaaknummer
- 20/00338
Inhoudsindicatie
WOZ woning
Uitspraak
kenmerk 20/00338
27 juli 2021
uitspraak van de tweede meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[X] , wonende te Amsterdam, belanghebbende,
tegen de uitspraak van 9 april 2020 in de zaak met kenmerk AMS 19/1455 van de rechtbank Amsterdam (hierna: de rechtbank) in het geding tussen
belanghebbende
en
de heffingsambtenaar van de gemeente Amsterdam, de heffingsambtenaar.
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft bij beschikking krachtens artikel 22 van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: de Wet WOZ) met dagtekening 31 maart 2018 de waarde van de onroerende zaak [A-straat] 25H te Amsterdam (hierna: de woning) voor het jaar 2018 vastgesteld op € 1.002.000. In hetzelfde geschrift is de aanslag onroerendezaakbelasting voor het jaar 2018 bekendgemaakt.
De heffingsambtenaar heeft het daartegen gemaakte bezwaar bij uitspraak op bezwaar van 30 januari 2019 ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft daartegen beroep bij de rechtbank ingesteld. De rechtbank heeft het beroep in haar uitspraak van 9 april 2020 ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de rechtbank op 20 mei 2020 hoger beroep bij het Hof ingesteld. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 13 juli 2021. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat met deze uitspraak wordt meegezonden.
2 Feiten
Belanghebbende is eigenaar en verhuurder van de woning. Het betreft een benedenwoning met een kelder, een berging en een tuin. Het oppervlak van het woningdeel is 161 m² en dat van de tuin 60 m². Het bouwjaar van de woning is 1909.
3 Geschil in hoger beroep
Evenals bij de rechtbank is in hoger beroep in geschil of de WOZ-waarde van de woning niet te hoog is vastgesteld.
Partijen doen hun standpunten steunen op de gronden die door hen zijn aangevoerd in de van hen afkomstige stukken. Voor hetgeen zij daaraan ter zitting van het Hof hebben toegevoegd wordt verwezen naar het van het verhandelde ter zitting opgemaakte proces-verbaal.