Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 02-07-2013, ECLI:NL:GHARL:2013:5463, BK 11-00303
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 02-07-2013, ECLI:NL:GHARL:2013:5463, BK 11-00303
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 2 juli 2013
- Datum publicatie
- 25 juli 2013
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2013:5463
- Zaaknummer
- BK 11-00303
Inhoudsindicatie
In hoger beroep is enkel nog in geschil het antwoord op de volgende vragen:
-Is in de navorderingsaanslagen IB/PVV voor de jaren 2002 en 2003 terecht IB/PVV begrepen in verband met privégebruik van de auto’s met kenteken XX-YY-00 en XX-ZZ-00?
-Is terecht omzetbelasting nageheven over het jaar 2004 in verband met privégebruik van de auto’s met kenteken XX-YY-00 en XX-ZZ-00?
-Heeft de Inspecteur terecht en voor een juist bedrag vergrijpboetes opgelegd in verband met deze navorderingen respectievelijk naheffing?
Uitspraak
Afdeling belastingrecht
Zittingsplaats Leeuwarden
Nummer: 11/00303, 11/00304 en 11/00305
uitspraakdatum: 2 juli 2013
Uitspraak van de eerste meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Leeuwarden van 31 augustus 2011, nummers AWB 10/2481, 10/2672 en 10/2673, in het geding tussen belanghebbende, en
de inspecteur van de Belastingdienst/Noord, kantoor Emmen (hierna: de Inspecteur)
1 Ontstaan en loop van het geding
Aan belanghebbende is voor het jaar 2002 een navorderingsaanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (IB/PVV) opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 53.951. Aan heffingsrente is daarbij een bedrag berekend van € 2.478. Tevens heeft de Inspecteur aan belanghebbende bij beschikking een vergrijpboete opgelegd voor het bedrag van € 5.051.
De Inspecteur heeft bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar de navorderingsaanslag verminderd tot een opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 49.202, de vergrijpboete verminderd tot een bedrag van € 3.816 en de in rekening gebrachte heffingsrente verminderd tot € 1.664.
Aan belanghebbende is voor het jaar 2003 een navorderingsaanslag IB/PVV opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 163.577. Aan heffingsrente is daarbij een bedrag berekend van € 15.596. Voorts heeft de Inspecteur aan belanghebbende bij beschikking een vergrijpboete opgelegd ten bedrage van € 35.734.
De Inspecteur heeft bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar de navorderingsaanslag verminderd tot een opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 67.224, de opgelegde vergrijpboete verminderd tot een bedrag van € 10.682 en de in rekening gebrachte heffingsrente verminderd tot een bedrag van € 4.659.
Aan belanghebbende is over het tijdvak 1 januari 2004 tot en met 31 december 2004 een naheffingsaanslag in de omzetbelasting opgelegd ten bedrage van € 20.562. Aan heffingsrente is daarbij een bedrag berekend van € 4.268. Tevens heeft de Inspecteur aan belanghebbende bij beschikking een vergrijpboete van € 10.281 opgelegd.
De Inspecteur heeft bij uitspraken op bezwaar de naheffingsaanslag verminderd tot een bedrag van € 10.288, de heffingsrente verminderd tot een bedrag van € 2.135 en de boete verminderd tot een bedrag van € 5.144.
Belanghebbende is tegen voormelde uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank Leeuwarden (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep bij uitspraak van 31 augustus 2011 gegrond verklaard voor zover het de drie boetebeschikkingen betreft en voor het overige ongegrond. De Rechtbank heeft de twee bij de navorderingsaanslagen IB/PVV opgelegde vergrijpboetes verminderd tot boetes van 45% van de door de Inspecteur nagevorderde IB/PVV over de bijtellingen wegens privégebruik auto’s. Tevens heeft de Rechtbank de bij de naheffingsaanslag omzetbelasting opgelegde vergrijpboete verminderd tot een boete van 45% van de door de Inspecteur nageheven omzetbelasting wegens het privégebruik van de auto’s. Voor het overige is de uitspraak van de Inspecteur in stand gelaten. De Rechtbank heeft de Inspecteur veroordeeld in de proceskosten van belanghebbende ten bedrage van € 291,33 voor elk van de drie zaken en gelast dat de Inspecteur het betaalde griffierecht aan belanghebbende vergoedt.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.De Inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.
Tot de stukken van het geding behoren, naast de hiervoor vermelde stukken, het van de Rechtbank ontvangen dossier dat op deze zaak betrekking heeft alsmede alle stukken die nadien, al dan niet met bijlagen, door partijen in hoger beroep zijn overgelegd.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 29 januari 2013 te Leeuwarden. Daarbij is verschenen en gehoord namens belanghebbende mr. [A] en, namens de Inspecteur, mr. [B] en [C].
Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 De vaststaande feiten
Belanghebbende exploiteerde in de jaren 2002 tot en met 2004 onder de naam “[D]” een handelsonderneming in de vorm van een eenmanszaak. De onderneming beschikte over een showroom, kantoorruimte en opslagruimte, gevestigd in een gehuurde bedrijfsruimte aan het adres [a-straat] 14-B te [L]. Niet in geschil is dat belanghebbende in deze periode ondernemer was als bedoeld in de Wet op de omzetbelasting 1968 (hierna: de Wet op de omzetbelasting) en als in de Wet op de inkomstenbelasting 2001 (hierna: de Wet IB 2001).
Belanghebbende woonde in de onderhavige jaren samen met de heer [E] op het adres [b-straat] 9 te [Z]. Belanghebbende voerde samen met de heer [E] de administratie van de onderneming.
Op de ondernemingsbalans stond in het jaar 2002 een aantal personenauto’s waaronder, van 1 februari 2002 tot en met 31 december 2002, een Mercedes met kenteken [XX-YY-00].
Op de ondernemingsbalans stonden in het jaar 2003, onder meer, de volgende personenauto’s:
- -
-
van 1 januari 2003 tot en met 31 december 2003 een Mercedes met kenteken [XX-YY-00], en
- -
-
van 1 februari 2003 tot en met 31 december 2003 een Mercedes met kenteken [XX-ZZ-00].
Belanghebbende heeft de volgende personenauto’s voor toepassing van de omzetbelasting tot het ondernemingsvermogen gerekend en terzake bij de aangiften omzetbelasting over 2004 voorbelasting in aftrek gebracht:
- -
-
de Mercedes met kenteken [XX-YY-00], en
- -
-
de Mercedes met kenteken [XX-ZZ-00].
De Belastingdienst heeft bij belanghebbende op 18 april 2007 een boekenonderzoek ingesteld naar de aanvaardbaarheid van de aangiften IB/PVV voor de jaren 2002, 2003 en 2004 alsmede naar de aangiften omzetbelasting over de periode 1 januari 2003 tot en met 31 december 2007. Belanghebbende heeft gedurende het boekenonderzoek aangegeven een rittenadministratie te hebben bijgehouden voor de auto met kenteken [XX-YY-00] en de auto met kenteken [XX-ZZ-00] maar heeft deze gedurende het onderzoek desgevraagd niet overgelegd. Met dagtekening 16 oktober 2008 is een rapport opgemaakt van het boekenonderzoek. In het rapport is vermeld dat navorderingsaanslagen IB/PVV zullen worden opgelegd over de jaren 2002 en 2003, alsmede omzetbelasting over het jaar 2004 zal worden nageheven.
In de over het jaar 2002 opgelegde navorderingsaanslag IB/PVV heeft de Inspecteur het bij de aanslag vastgestelde belastbaar inkomen uit werk en woning (de winst uit onderneming) verhoogd met een bedrag van € 19.419 wegens privégebruik auto. Als gevolg van deze correctie heeft de Inspecteur het bedrag van de zelfstandigenaftrek verlaagd en het belastbaar inkomen uit werk en woning vastgesteld op € 53.951. De Inspecteur heeft een vergrijpboete opgelegd van 50% van de nagevorderde belasting over de bijgetelde winst. In de bezwaarfase heeft belanghebbende alsnog een rittenadministratie overgelegd voor de Mercedes met kenteken
[XX-YY-00] voor het jaar 2002. Belanghebbende heeft desgevraagd geen agenda(’s) voor het jaar 2002 overgelegd. Bij uitspraak op bezwaar is de bijtelling ter zake van het privégebruik van de auto’s verminderd tot een bedrag van € 14.670 en is de navorderingsaanslag IB/PVV voor het jaar 2002 verminderd tot een opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 49.202, vermeerderd met heffingsrente. De vergrijpboete is verminderd tot een bedrag van € 3.816.
In de over het jaar 2003 opgelegde navorderingsaanslag IB/PVV heeft de Inspecteur het bij de aanslag vastgestelde belastbaar inkomen uit werk en woning (de winst uit onderneming) verhoogd met - onder meer - een bedrag van € 21.184 wegens privégebruik auto’s. Als gevolg van deze correctie heeft de Inspecteur het bedrag van de zelfstandigenaftrek verlaagd en het belastbaar inkomen uit werk en woning vastgesteld op € 163.577. De Inspecteur heeft een vergrijpboete opgelegd van 50% van de nagevorderde belasting over de bijgetelde winst. In de bezwaarfase heeft belanghebbendes gemachtigde een rittenadministratie overgelegd voor een auto met kenteken [YY-ZZ-00] voor het jaar 2003 (waarvan later is komen vast te staan dat bedoeld is de Mercedes met kenteken [XX-ZZ-00]), alsmede een voor de Mercedes met kenteken [XX-YY-00] voor het jaar 2003. Belanghebbende heeft, hoewel daarom wel was gevraagd, geen agenda(’s) voor het jaar 2003 overgelegd. Bij uitspraak op bezwaar is de bijtelling ter zake van het privégebruik van de auto’s – na interne compensatie – verhoogd tot een bedrag van € 21.665 en is de navorderingsaanslag IB/PVV voor het jaar 2003 verminderd tot een naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 67.224, vermeerderd met heffingsrente. De vergrijpboete is verminderd tot een bedrag van € 10.682.
Bij de over het jaar 2004 opgelegde naheffingsaanslag omzetbelasting heeft de Inspecteur op de voet van artikel 15 Uitvoeringsbeschikking omzetbelasting 1968 (hierna: de Uitvoeringsbeschikking) 12% omzetbelasting nageheven over de waarde van de auto’s met kenteken [XX-YY-00] en [XX-ZZ-00]. De Inspecteur heeft een vergrijpboete opgelegd van 50% van het nageheven bedrag van € 2.542. In de bezwaarfase heeft belanghebbende een rittenadministratie overgelegd voor de auto’s met kenteken [XX-YY-00] en met kenteken [XX-ZZ-00] voor het jaar 2004. Bij uitspraak op bezwaar is de naheffing omzetbelasting ter zake van het privégebruik van de auto’s verhoogd - na interne compensatie - tot een bedrag van € 2.675, vermeerderd met heffingsrente. De naheffingsaanslag is verminderd tot een bedrag van € 10.288, en de vergrijpboete is verminderd tot een bedrag van € 5.144.
De Rechtbank heeft het beroep betreffende de navorderingsaanslagen IB/PVV voor de jaren 2002 en 2003 alsmede het beroep betreffende de naheffingsaanslag omzetbelasting 2004 ongegrond verklaard. Vanwege een door de Rechtbank geconstateerde overschrijding van de redelijke termijn, heeft de Rechtbank de drie opgelegde vergrijpboetes verminderd tot boetes van elk 45%. Deze verminderingen hebben echter enkel betrekking op de boetes voor zover deze zien op de in geschil zijnde bijtellingen wegens privégebruik van de auto’s. Voor het overige heeft de Rechtbank de boetes in stand gelaten.
3 Het geschil, de standpunten en conclusies van partijen
In hoger beroep is enkel nog in geschil het antwoord op de volgende vragen:
- -
-
Is in de navorderingsaanslagen IB/PVV voor de jaren 2002 en 2003 terecht IB/PVV begrepen in verband met privégebruik van de auto’s met kenteken [XX-YY-00] en [XX-ZZ-00]?
- -
-
Is terecht omzetbelasting nageheven over het jaar 2004 in verband met privégebruik van de auto’s met kenteken [XX-YY-00] en [XX-ZZ-00]?
- -
-
Heeft de Inspecteur terecht en voor een juist bedrag vergrijpboetes opgelegd in verband met deze navorderingen respectievelijk naheffing?
Belanghebbende beantwoordt de hiervoor – onder 3.1 – gestelde vragen ontkennend en concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank, vernietiging van de uitspraak op bezwaar, vermindering van het belastbare inkomen uit werk en woning en vermindering van de opgelegde vergrijpboetes.
De Inspecteur beantwoordt de hiervoor – onder 3.1 – gestelde vragen bevestigend en concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.
De hoogte van de nagevorderde IB/PVV en nageheven omzetbelasting is tussen partijen niet in geschil.
Beide partijen hebben voor hun standpunt aangevoerd wat is vermeld in de van hen afkomstige stukken en hetgeen zij daaraan ter zitting hebben toegevoegd.