Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 26-11-2013, ECLI:NL:GHARL:2013:8938, 13/00634
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 26-11-2013, ECLI:NL:GHARL:2013:8938, 13/00634
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 26 november 2013
- Datum publicatie
- 13 december 2013
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2013:8938
- Zaaknummer
- 13/00634
Inhoudsindicatie
Invordering.
Aansprakelijkstelling bestuurder. Geen tijdige melding betalingsonmacht. Geen toelating weerlegging bewijsvermoeden.
Uitspraak
Afdeling belastingrecht
Locatie Arnhem
nummer 13/00634
uitspraakdatum: 26 november 2013
Uitspraak van de tweede meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Nederland van 5 februari 2013, nummer AWB 11/5354 in het geschil tussen belanghebbende en
de ontvanger van de Belastingdienst/Randmeren/[P] (hierna: de Ontvanger)
1 Ontstaan en loop van het geding
De Ontvanger heeft belanghebbende bij beschikking van 13 mei 2011 tot een bedrag van € 108.940 aansprakelijk gesteld voor onbetaald gebleven naheffingsaanslagen loonbelasting voor de tijdvakken juni, juli, augustus, september, oktober, november en december 2009 en januari 2010 en de daarmee verband houdende boetebeschikkingen en invorderingskosten, welke zijn opgelegd aan [Q] BV (hierna: [Q] BV).
Op het bezwaarschrift van belanghebbende heeft de Ontvanger de aansprakelijkstelling beperkt tot onbetaald gebleven naheffingsaanslagen loonbelasting voor de tijdvakken mei en juni 2009 en het bedrag van de aansprakelijkstelling beperkt tot € 29.811.
Belanghebbende is tegen die uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank Arnhem. De rechtbank Oost-Nederland (hierna: de Rechtbank) heeft als opvolger van de rechtbank Arnhem het beroep bij uitspraak van 5 februari 2013 gegrond verklaard en de aansprakelijkstelling beperkt tot een onbetaald gebleven naheffingsaanslag loonbelasting voor het tijdvak juni 2009, tot een bedrag van € 16.472.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. De Ontvanger heeft een verweerschrift ingediend.
Tot de stukken van het geding behoren, naast de hiervoor vermelde stukken, de van de Rechtbank ontvangen dossiers die op deze zaken betrekking hebben, alsmede alle stukken die nadien, al dan niet met bijlagen, door partijen in hoger beroep zijn overgelegd.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 10 september 2013 te Arnhem. Deze zaak is ter zitting met instemming van alle partijen gelijktijdig behandeld met de zaak van [A] (hierna: [A]) met rolnummer 13/00335. Verschenen en gehoord zijn belanghebbende, alsmede [X] en namens de Ontvanger [B].
Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 De feiten
[Q] BV is op 15 september 2008 opgericht en op 14 oktober 2008 ingeschreven in het handelsregister. Op 23 februari 2010 is [Q] BV in staat van faillissement komen te verkeren. Gedurende deze gehele periode zijn [A] en belanghebbende bestuurders van [Q] BV geweest.
Op 17 september 2009 heeft [A] telefonisch contact gehad met de Belastingdienst. Daarbij is namens [Q] BV medegedeeld dat betalingsproblemen bestonden met betrekking tot de aangifte loonheffing over mei 2009. Dit telefonische contact is aangemerkt als een melding betalingsonmacht.
3 Het geschil, de standpunten en conclusies van partijen
In geschil is of belanghebbende terecht aansprakelijk is gesteld.
De Inspecteur beantwoordt bovenstaande vraag bevestigend, belanghebbende ontkennend.
Beide partijen hebben voor hun standpunt aangevoerd wat is vermeld in de van hen afkomstige stukken. Daaraan hebben zij ter zitting toegevoegd hetgeen is vermeld in het aan deze uitspraak gehechte proces-verbaal van de zitting.