Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 03-12-2013, ECLI:NL:GHARL:2013:9132, 12/00534
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 03-12-2013, ECLI:NL:GHARL:2013:9132, 12/00534
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 3 december 2013
- Datum publicatie
- 20 december 2013
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2013:9132
- Zaaknummer
- 12/00534
Inhoudsindicatie
Leges.
Bouwvergunning. Uitspraak door rechterlijk ambtenaar in opleiding.
Uitspraak
Afdeling belastingrecht
Locatie Arnhem
nummer: 12/00534
uitspraakdatum: 3 december 2013
Uitspraak van de tweede meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Utrecht van 13 juni 2012, nummer SBR 11/4339, in het geding tussen belanghebbende en
de heffingsambtenaar van de gemeente Lopik (hierna: de heffingsambtenaar)
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft bij schriftelijke kennisgeving, gedagtekend 2 augustus 2011, ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een bouwvergunning een bedrag van € 899 aan leges geheven van belanghebbende.
Op het bezwaarschrift van belanghebbende heeft de heffingsambtenaar bij uitspraak op bezwaar het bedrag aan leges gehandhaafd.
Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de rechtbank Utrecht (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep bij uitspraak van 13 juni 2012 ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.
Tot de stukken van het geding behoort, naast de hiervoor vermelde stukken, het van de Rechtbank ontvangen dossier dat op deze zaak betrekking heeft.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 3 september 2013 te Arnhem. Daarbij zijn verschenen en gehoord belanghebbende en [...], als de gemachtigde van belanghebbende, alsmede [...], namens de heffingsambtenaar, bijgestaan door [...].
Belanghebbende heeft een pleitnota overgelegd. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 De vaststaande feiten
Op 21 mei 2007 heeft de gemeente Lopik de aanvraag van belanghebbende ontvangen voor een reguliere bouwvergunning. De aanvraag heeft betrekking op de bouw van een schapenschuur op het perceel [a-straat 1] in[Q]. De bouwkosten bedragen € 35.500.
Het perceel valt binnen het gebied dat wordt bestreken door het ontwerpbestemmingsplan “Landelijk Gebied [Q]”. Voor dit gebied is op 27 maart 2007 door de gemeenteraad een voorbereidingsbesluit genomen, ingaande 12 april 2007. Op grond van artikel 50 van de Woningwet is de beslissing op de aanvraag aangehouden tot het moment waarop het bestemmingsplan in werking is getreden. Het bestemmingsplan is, voor zover hier van belang, goedgekeurd. De agrarische bestemming die het perceel in een vorig bestemmingsplan kende is in het nieuwe bestemmingsplan niet gehandhaafd.
Artikel 229, eerste lid, aanhef en onder b, van de Gemeentewet bepaalt dat rechten kunnen worden geheven ter zake van het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten.
De Verordening op de heffing en invordering van Leges 2007 (hierna: de Legesverordening) bepaalt onder meer:
“(…)
Artikel 2 Belastbaar feit Onder de naam 'leges' worden rechten geheven ter zake van het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten, genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
Artikel 3 Belastingplicht Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend.
(…)
Artikel 5 Tarieven
1. De leges worden geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 6 Wijze van heffing
De leges worden geheven bij wege van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
(…)
Artikel 9 Teruggaaf Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.
(…)”
Hoofdstuk 5.2.3. van de bij de Legesverordening behorende Tarieventabel 2007 bepaalt dat het tarief ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een reguliere bouwvergunning als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel p, van de Woningwet indien de bouwkosten € 25.000 en hoger zijn bedraagt 2,4% van de bouwkosten plus € 946,50. De berekende tarieven worden afgerond naar beneden op een veelvoud van € 1,00.
Hoofdstuk 5.3.3. van de Tarieventabel 2007 bepaalt dat indien de gevraagde vergunning niet wordt verleend, teruggaaf wordt verleend van 50% van de geheven leges.
3 Het geschil, de standpunten en conclusies van partijen
In geschil is of de heffingsambtenaar terecht ter zake van de aanvraag van de bouwvergunning leges heeft geheven.
Belanghebbende beantwoordt deze vraag ontkennend, de heffingsambtenaar bevestigend.
Beide partijen hebben voor hun standpunt aangevoerd wat is vermeld in de van hen afkomstige stukken. Daaraan hebben zij ter zitting toegevoegd hetgeen is vermeld in het aan deze uitspraak gehechte proces-verbaal van de zitting.
Belanghebbende concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank, tot vernietiging van de uitspraak op bezwaar en tot vernietiging van de kennisgeving.
De heffingsambtenaar concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.