Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 14-01-2014, ECLI:NL:GHARL:2014:229, 13/00333
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 14-01-2014, ECLI:NL:GHARL:2014:229, 13/00333
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 14 januari 2014
- Datum publicatie
- 24 januari 2014
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2014:229
- Zaaknummer
- 13/00333
Inhoudsindicatie
BIZ-bijdrage. Heffing van eigenaar Chinees-Indisch restaurant. Onderscheid gebruikers en eigenaren terecht?
Uitspraak
Afdeling belastingrecht
Locatie Arnhem
nummer 13/00333
uitspraakdatum: 14 januari 2014
Uitspraak van de tweede meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
Restaurant “[X]” V.O.F. gevestigd te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Nederland, locatie Zwolle van 6 februari 2013, nummer AWB 12/2372 in het geding tussen belanghebbende en
de heffingsambtenaar van de gemeente Dinkelland (hierna: de heffingsambtenaar)
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft aan belanghebbende een aanslag in de BIZ-bijdrage [Z] 2012 voor het jaar 2010 opgelegd ten bedrage van € 595.
Op het bezwaarschrift van belanghebbende heeft de heffingsambtenaar bij uitspraak het bezwaar de aanslag gehandhaafd.
Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de rechtbank Oost- Nederland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep bij uitspraak van 6 februari 2013 ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.
Tot de stukken van het geding behoren, naast de hiervoor vermelde stukken, het van de Rechtbank ontvangen dossier dat op deze zaak betrekking heeft alsmede alle stukken die nadien, al dan niet met bijlagen, door partijen in hoger beroep zijn overgelegd.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 5 november 2013 te Arnhem. Daarbij zijn verschenen en gehoord mr. [A], [B] en [C] namens de heffingsambtenaar. Belanghebbende is zonder voorafgaande kennisgeving aan het Hof niet verschenen. De uitnodiging voor het onderzoek ter zitting op 5 november 2013 ter zake van het hoger beroep, is bij aangetekende brief van 17 september 2013 naar het in het hogerberoepschrift vermelde adres van belanghebbende verstuurd. Blijkens gegevens van Track & Trace van PostNL is de aangetekende brief op 18 september 2013 afgeleverd op dat adres en is voor ontvangst van de brief getekend.
2 De vaststaande feiten
Belanghebbende is bij het begin van het jaar 2010 gebruiker van de onroerende zaak [a-straat] 4 te [Z] (hierna: de onroerende zaak). De onroerende zaak, waarin een Chinees-Indisch restaurant wordt geëxploiteerd, dient niet in hoofdzaak tot woning.
De gemeenteraad van de gemeente Dinkelland heeft op 20 december 2011 de Verordening op de heffing en invordering van een BIZ-bijdrage en op subsidie voor de BI-zone [Z] 2012 (hierna: de Verordening) vastgesteld. De Verordening bevat een kaart met de aangewezen BI-zone [Z] (hierna: de BI-zone). In deze verordening is de Stichting Ondernemersfonds Dinkelland aangewezen als de stichting die de opbrengst van de belasting als subsidie ontvangt.
De onroerende zaak is gelegen in de bij de Verordening ingestelde BI-zone.
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dinkelland heeft met toepassing van artikel 4 van de Experimentenwet BI-zones een stemming georganiseerd onder de bij de gemeente bekende bijdrageplichtigen in de BI-zone. Van de vaststelling van de uitslag van deze stemming is door [D], gerechtsdeurwaarder, een proces-verbaal opgemaakt. Daarin is – voor zover van belang – het volgende vermeld:
“Voor het stemgebied [Z] zijn uitgereikt 123 (eenhonderd drieëntwintig) stemkaarten aan ondernemers.
Hiervan zijn ingeleverd: 93 (drieënnegentig) stemkaarten.
Aangezien dit meer is dan vijftig procent van het totaal uitgereikte stemkaarten is, namelijk 75%, worden de voor- en tegenstemmen geteld.
Voor de invoering van de BIZ zijn geteld: 74 (vierenzeventig) stemmen
Tegen de invoering van de BIZ zijn geteld: 18 (achttien) stemmen.
Ongeldig is 1 (één) stem
(…)
Uit een door requirante aan mij getoond overzicht is gebleken dat de totale waarde als bedoeld in de Wet waardering Onroerende zaken (WOZ-waarde) van de panden van de hiervoor bedoelde ondernemers € 34.869.000,- (vierendertig miljoen achthonderd negenenzestig duizend euro) bedraagt en dat de totale waarde als bedoeld in de Wet Waardering Onroerende Zaken (WOZ-waarde) van de panden van de hiervoor bedoelde ondernemers die voor invoering van de BIZ hebben gestemd € 23.433.000,- (drieëntwintig miljoen vierhonderd drieëndertig duizend) bedraagt. De waarde als bedoeld in de Wet Waardering Onroerende Zaken (WOZ-waarde) van de panden van de tegenstemmers bedraagt € 3.380.000,-( drie miljoen driehonderd tachtig duizend euro).”
3 Het geschil, de standpunten en conclusies van partijen
In geschil is of de heffingsambtenaar belanghebbende terecht de onderhavige aanslag heeft opgelegd.
Beide partijen hebben voor hun standpunt aangevoerd wat is vermeld in de van hen afkomstige stukken. Daaraan hebben zij ter zitting toegevoegd hetgeen is vermeld in het aan deze uitspraak gehechte proces-verbaal van de zitting.
Belanghebbende concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank, gegrondverklaring van het beroep tegen de uitspraak op bezwaar en vernietiging van de aanslag.
De heffingsambtenaar concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.