Home

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 29-04-2014, ECLI:NL:GHARL:2014:3613, 13/00870

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 29-04-2014, ECLI:NL:GHARL:2014:3613, 13/00870

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Datum uitspraak
29 april 2014
Datum publicatie
9 mei 2014
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2014:3613
Formele relaties
Zaaknummer
13/00870

Inhoudsindicatie

Inkomstenbelasting. Terbeschikkingstellingsregeling. Verhuur onroerende zaak. Terbeschikkingstelling inventaris? Aftrekbaarheid diverse kosten.

Uitspraak

Afdeling belastingrecht

Locatie Arnhem

nummer 13/00870

uitspraakdatum: 29 april 2014

Uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)

tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 2 juli 2013, nummer AWB 13/50, in het geding tussen belanghebbende

en

de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Almelo (hierna: de Inspecteur)

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1

Aan belanghebbende is voor het jaar 2008 een aanslag in de inkomstenbelasting/ premie volksverzekeringen (hierna: IB/PVV) opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 88.166 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 191.303. Aan heffingsrente is daarbij een bedrag berekend van € 3.530.

1.2

Op het bezwaarschrift van belanghebbende heeft de Inspecteur bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar de bezwaren gegrond verklaard, de aanslag verminderd tot een aanslag berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 10.439 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 190.374. De heffingsrente is verminderd tot een bedrag van € 746.

1.3

Belanghebbende is tegen de uitspraken op bezwaar in beroep gekomen bij de rechtbank. De Rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank) heeft bij uitspraak van 2 juli 2013 het beroep ongegrond verklaard.

1.4

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. De Inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.

1.5

Tot de stukken van het geding behoren, naast de hiervoor vermelde stukken, het van de Rechtbank ontvangen dossier dat op deze zaak betrekking heeft alsmede alle stukken die nadien door partijen in hoger beroep zijn overgelegd.

1.6

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 26 maart 2014 te Arnhem. Belanghebbende is daar verschenen. Namens de Inspecteur zijn verschenen mr.drs. [A] en mr. [B].

1.7

Belanghebbende heeft ter zitting een pleitnota voorgedragen en exemplaren daarvan overgelegd aan het Hof en aan de wederpartij.

1.8

Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat aan deze uitspraak is gehecht.

2 De vaststaande feiten

2.1

Belanghebbende is sinds 2005 eigenaar van de onroerende zaak aan de [a-straat] 7/[b-straat] 14 te [L] (hierna: de onroerende zaak).

2.2

De onroerende zaak is vanaf 1 januari 2005 verhuurd aan [C] BV, een besloten vennootschap waarin belanghebbendes kinderen middellijk gerechtigd zijn. De in de huurovereenkomst vermelde huurprijs bedraagt € 2.500 per maand. Tevens is in deze overeenkomst bepaald dat de verhuurder niet aansprakelijk is voor het achterstallig onderhoud, dat de huurder het totale onderhoud – zowel binnen als buiten – voor haar rekening zal nemen gedurende de periode tot 31 december 2009 en dat de huurder aan de door haar uitgevoerde verbeteringen geen rechten kan ontlenen omdat deze verbeteringen in de huurprijs zijn ingecalculeerd.

2.3

In de overeenkomst tot beëindiging van de huur van 11 februari 2008 met [C] BV is – voor zover van belang – bepaald:

‘Overeenkomst tot beëindiging huur,

Tevens van koop en verkoop van Activa

De ondergetekenden,

1. de heer [X] … ten deze handelende zowel namens zichzelf, alsook als bevoegde directeur van de besloten vennootschap [D] B.V., gevestigd te …, verder ieder voor zich en tezamen te noemen ‘[X]’

(…).

Tussen partijen zijn verschillen van mening opgetreden, ten gevolge waarvan zij hebben besloten hun relatie te beëindigen, waartoe zij

ZIJN OVEREENGEKOMEN ALS VOLGT:

(…).

4. [C] draagt bij deze aan [X], in casu [D] B.V., over:

a. Alle aan [C] … in eigendom toebehorende materiele activa, waaronder inventarissen … bij partijen voldoende bekend. (…).

c. De volledige bedrijfsexploitatie ingaande 1 januari 2008; die exploitatie wordt geacht ingaande 1 januari 2008 te hebben plaats gevonden voor rekening en risico van [X]. (…).

5. Partijen beëindigen de tussen hen bestaande huurovereenkomst ingaande 1 januari 2008. (…).’

2.4

Belanghebbende heeft in april 2008 een huurovereenkomst met [D] BV gesloten, van welke besloten vennootschap belanghebbende middellijk alle aandelen houdt. De huur is ingegaan op 1 januari 2008 en de maandelijkse huurprijs bedraagt € 7.000. Voorts is in deze huurovereenkomst bepaald dat de aanwezige inventaris eigendom blijft van belanghebbende en dat belanghebbende de inventaris vanaf 1 april 2008 ter beschikking stelt tegen een maandelijkse huurprijs van € 2.500.

2.5

Op 2 juli 2008 is [D] BV failliet verklaard.

2.6

Op 10 juli 2008 heeft een derde zich per email tot belanghebbende gewend en daarbij het bod gedaan om de onroerende zaak met ingang van 1 augustus 2008 te huren tegen 9% van de omzet en de goodwill/inventaris te kopen voor € 100.000, mits de inventaris niet in het faillissement valt.

2.7

Op 28 juli 2008 is een overeenkomst tussen belanghebbende en de curator van [D] BV gesloten, waarvan de inhoud – voor zover van belang – als volgt luidt:

‘b. [Hof: belanghebbende] eigenaar is van de onroerende zaak … Hij is tevens eigenaar van de inventaris. (…).

ZIJN OVEREEN GEKOMEN ALS VOLGT:

1. Huur

Met ingang van ondertekening van deze overeenkomst zullen de huurovereenkomsten van de onroerende en roerende zaken zijn geëindigd. Vanaf 2 juli tot de dag van ondertekening van deze overeenkomst zijn de verschuldigde huurpenningen boedelschuld.

2. Debiteuren

De curator verkoopt en levert aan [Hof: belanghebbende], die koopt en in eigendom aanvaardt, alle handelsvorderingen op failliet. In de koop zijn niet begrepen vorderingen die debiteuren ten tijde van ondertekening van deze overeenkomst reeds hebben voldaan.

3. Overige activa

De curator verkoopt en levert aan [Hof: belanghebbende] de intellectuele eigendomsrechten op de naam [E] en overige eventuele handelsnamen door failliet gevoerd, alsmede het (gebruik van het) telefoonnummer van [E], zijnde …

4. Koopsom

De koopsom voor debiteuren en overige activa bedraagt € 15.000,-- …

5. Overig

Vanaf de datum van ondertekening van deze overeenkomst zijn alle lasten met betrekking tot de onroerende zaak, zoals … voor rekening van [Hof: belanghebbende].’

2.8

Belanghebbende heeft op 1 september 2008 een huurovereenkomst met [F] BV (hierna: [F]) gesloten waarin de onroerende zaak per 1 oktober 2008 wordt verhuurd aan deze besloten vennootschap. De huurprijs bedraagt € 5.000 per maand, per 1 oktober 2009 € 6.000 per maand, per 1 oktober 2010 € 7.000 per maand en vanaf 1 oktober 2011 € 8.333,33 per maand. Tevens zijn partijen overeengekomen dat door [F] aanpassingen (opening keuken, egaliseren keuken, pantry, spoelkeuken en toilet prinsenzaal) zullen worden doorgevoerd waarbij belanghebbende de bouwmaterialen zal betalen en [F] de arbeid.

2.9

Belanghebbende heeft op 31 maart 2010 aangifte IB/PVV 2008 gedaan. In deze aangifte is het volgende vermeld:

€ €

Loon 82.498

Pensioen 8.659

ROW, commissarisvergoeding 3.000

ROW, terbeschikkingstelling:

ontvangen huur en rente 44.204

kosten (180.074)

(135.870)

Eigen woning (23.481)

Belastbaar inkomen uit werk en woning (65.194)

Voordeel uit sparen en beleggen 187.796

Onderhoudskosten rijksmonumenten (15.967)

Giften (3.100)

Belastbaar inkomen uit sparen en beleggen 168.729

2.10

De Inspecteur heeft bij belanghebbende een boekenonderzoek ingesteld naar onder meer de aanvaardbaarheid van de aangiften IB/PVV over de jaren 2005 tot en met 2008. De bevindingen hiervan zijn neergelegd in een rapport van 30 september 2010, opgesteld door [G]. In het rapport is onder meer vermeld dat van de in de aangifte IB/PVV 2008 opgevoerde kosten in verband met de terbeschikkingstelling enkel een bedrag van € 7.647 aftrekbaar is. Verder wordt, in verband met niet aangegeven bankrekeningen, het aangegeven voordeel uit sparen en beleggen verhoogd met € 3.507.

2.11

De Inspecteur heeft bij het vaststellen van de aanslag IB/PVV 2008 rekening gehouden met de in 2.10 vermelde correcties.

2.12

In de bezwaarfase heeft de Inspecteur de correcties verminderd. Wat betreft de tbs-kosten is ook een bedrag van € 77.728 geaccepteerd en verder is de correctie van het aangegeven voordeel uit sparen en beleggen verminderd tot een bedrag van € 2.578.

2.13

De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.

3 Het geschil, de standpunten en conclusies van partijen

3.1

In geschil is of de aanslag IB/PVV 2008 naar het juiste bedrag is opgelegd. Het geschil spitst zich allereerst toe op de vragen of de verhuur van de onroerende zaak aan [D] BV en beweerdelijk daarin aanwezige inventaris in 2008 kan worden beschouwd als een terbeschikkingstelling (hierna: tbs) als bedoeld in artikel 3.92 van de Wet inkomstenbelasting 2001 (hierna: Wet IB 2001) en, zo ja, of dan als kosten van terbeschikkingstelling (hierna: tbs-kosten) aftrekbaar zijn de afwaardering van inventaris (€ 50.800), de betaling aan de curator (€ 15.000), een bedrag van € 19.389, een bedrag van € 9.411 en huurschade (€ 68.000). Belanghebbende beantwoordt deze vragen bevestigend en de Inspecteur beantwoordt deze ontkennend, waarbij de Inspecteur ook nog een beroep doet op interne compensatie. Verder is in geschil de hoogte van het voordeel uit sparen en beleggen. Belanghebbende stelt dit voordeel op € 188.124 en de Inspecteur met een beroep op interne compensatie op € 190.374.

3.2

Belanghebbende concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank, tot vernietiging van de uitspraken op bezwaar en tot vermindering van de aanslag tot een aanslag berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van negatief € 133.194 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van (€ 188.124 -/- € 19.067 (persoonsgebonden aftrek) =) € 169.057.

3.3

De Inspecteur concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.

4 Beoordeling van het geschil

5 Proceskosten

6 Beslissing