Home

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 21-07-2015, ECLI:NL:GHARL:2015:5437, 14/00700

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 21-07-2015, ECLI:NL:GHARL:2015:5437, 14/00700

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Datum uitspraak
21 juli 2015
Datum publicatie
14 augustus 2015
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2015:5437
Zaaknummer
14/00700

Inhoudsindicatie

Wet Woz. Waardevaststelling twee-onder-een-kap-woning. Gemeente slaagt in bewijslast.

Uitspraak

Afdeling belastingrecht

Locatie Arnhem

nummer 14/00700

uitspraakdatum: 21 juli 2015

Uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)

tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 5 juni 2014, nummer UTR 13/5200, in het geding tussen belanghebbende en

de heffingsambtenaar van Belastingsamenwerking gemeenten & hoogheemraadschap Utrecht (hierna: de heffingsambtenaar),

betreffende een beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: de Wet WOZ).

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

De heffingsambtenaar heeft bij beschikking de waarde van de onroerende zaak [a-straat] 100 te [Z] (hierna: de onroerende zaak) voor het kalenderjaar 2013, naar waardepeildatum 1 januari 2012, vastgesteld op € 403.000.

1.2.

De heffingsambtenaar heeft bij uitspraak op bezwaar van 27 augustus 2013 de vastgestelde waarde gehandhaafd.

1.3.

Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen. De rechtbank Midden-Nederland (hierna: de Rechtbank) heeft bij uitspraak van 5 juni 2014, aan partijen verzonden op 12 juni 2014, het beroep ongegrond verklaard.

1.4.

Belanghebbende heeft bij faxbericht van 23 juli 2014 tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.

1.5.

De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.

1.6.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 17 juni 2015 te Arnhem. Belanghebbende is vertegenwoordigd door mr. [A] , werkzaam bij [B] te [C] . De heffingsambtenaar is vertegenwoordigd door mr. [D] en [E] .

1.7.

Belanghebbende heeft ter zitting, met instemming van de heffingsambtenaar, een kopie van het voorblad van de verkoopfolder van het object [a-straat] 97 te [Z] , overgelegd aan het Hof en de wederpartij.

1.8.

Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat aan deze uitspraak is gehecht.

1.9.

De heffingsambtenaar heeft na de zitting een afschrift van de Gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking gemeenten en hoogheemraadschap Utrecht 2015 ingebracht, waarin in artikel 30, lid 3, is opgenomen dat de uitvoering van de Wet WOZ door de gemeente Bunnik is overgedragen aan de Belastingsamenwerking gemeenten & hoogheemraadschap Utrecht. Verder heeft de heffingsambtenaar toegestuurd het Aanwijzingsbesluit bevoegde ambtenaren belastingen BghU 2013, het Besluit mandaat, volmacht en machtiging belastingtaken BghU 2013, en het Mandaatbesluit senior taxateurs.

1.10.

Bij brief van 9 juli 2015 zijn voornoemde stukken ter kennisneming aan belanghebbende toegezonden.

2 Feiten

Belanghebbende is eigenaar van de onroerende zaak. Het betreft een twee-onder-een-kapwoning met twee vrijstaande schuren. De woning is gebouwd in 1930, heeft een inhoud van 350 m³ en is gelegen op een perceel met een oppervlakte van 1580 m². De schuur met de metalen wand is gebouwd in 1997 en heeft een oppervlakte van 420 m², de stenen schuur is gebouwd in 1930 en heeft een oppervlakte van 136 m². De woning is direct gelegen aan een parallelweg van een drukke provinciale weg.

3 Geschil

3.1.

In geschil is de waarde van de onroerende zaak op de waardepeildatum 1 januari 2012.

3.2.

Belanghebbende staat een waarde voor van € 225.000. Ter onderbouwing daarvan wijst belanghebbende op de verkoop van het object [a-straat] 97 te [Z] , welk object op 15 juni 2014 voor € 225.000 is verkocht.

3.3.

De heffingsambtenaar verdedigt de vastgestelde waarde van € 403.000. Ter staving daarvan wijst de heffingsambtenaar op een taxatiematrix die bij de Rechtbank is ingebracht.

3.4.

Belanghebbende concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank, tot vernietiging van de uitspraak van de heffingsambtenaar en tot vermindering van de vastgestelde waarde tot € 225.000. De heffingsambtenaar concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.

4 Beoordeling van het geschil

5 Proceskosten

6 Beslissing