Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 27-01-2015, ECLI:NL:GHARL:2015:630, 14/00552
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 27-01-2015, ECLI:NL:GHARL:2015:630, 14/00552
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 27 januari 2015
- Datum publicatie
- 6 februari 2015
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2015:630
- Zaaknummer
- 14/00552
Inhoudsindicatie
Wet woz. Waarde bungalow niet te hoog vastgesteld door gemeente.
Uitspraak
Afdeling belastingrecht
Locatie Arnhem
nummer 14/00552
uitspraakdatum: 27 januari 2015
Uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[X] , wonende te [Z] (hierna: belanghebbende),
tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 24 april 2014, nummer UTR 13/3800, in het geding tussen belanghebbende en
de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking gemeenten & hoogheemraad-schap Utrecht (hierna: de heffingsambtenaar),
betreffende een beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: de Wet WOZ).
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft bij beschikking de waarde van de onroerende zaak [a-straat] 19 te [Z] (hierna: de onroerende zaak) voor het kalenderjaar 2013, naar waardepeildatum 1 januari 2012, vastgesteld op € 598.000.
De heffingsambtenaar heeft bij uitspraak op bezwaar van 5 juli 2013 de vastgestelde waarde gehandhaafd.
Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen. De rechtbank Midden-Nederland (hierna: de Rechtbank) heeft bij uitspraak van 24 april 2014, verzonden op 28 april 2014, het beroep ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft bij brief van 4 juni 2014, ingekomen bij het Hof op dezelfde datum, tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.
De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.
Belanghebbende heeft een nader stuk ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 7 januari 2015. Belanghebbende is verschenen. De heffingsambtenaar is vertegenwoordigd door mr. [A], bijgestaan door taxateur [B].
Belanghebbende heeft ter zitting een pleitnota voorgedragen en overgelegd.
Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 Feiten
Belanghebbende is eigenaar en gebruiker van de onroerende zaak. Het betreft een vrijstaande bungalow met inpandige berging. De bungalow is gebouwd in 1970, heeft een brutovloeroppervlakte van 250 m² en is gelegen op een perceel met een oppervlakte van 1.010 m².
3 Geschil
In geschil is de waarde van de onroerende zaak op de waardepeildatum 1 januari 2012.
Belanghebbende betoogt in hoger beroep dat de heffingsambtenaar bij de waardevaststelling ten onrechte geen of onvoldoende rekening heeft gehouden met de staat van onderhoud van de woning, met de slechte bereikbaarheid, met de verpaupering van de wijk en met de overlast ten gevolge van de achter het perceel gelegen jongerenontmoetingsplek en het aanwezige gemeentelijke groen. Verder heeft belanghebbende aangevoerd dat de waarde ten opzichte van de per 1 januari 2010 vastgestelde WOZ-waarde van € 640.000 en in het licht van de algemene waardeontwikkeling te hoog is vastgesteld.
Belanghebbende bepleit een waarde van € 480.000. Ter onderbouwing wijst belanghebbende op een taxatierapport van de Belastingdienst waarin de waarde per 1 januari 2011 is getaxeerd op € 527.500.
De heffingsambtenaar verdedigt de vastgestelde waarde van € 598.000. Ter staving daarvan wijst de heffingsambtenaar op het taxatierapport van WOZ-taxateur [C] van 7 augustus 2013 waarin de waarde is getaxeerd op € 598.000.
Belanghebbende concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank, tot vernietiging van de uitspraak van de heffingsambtenaar en tot vermindering van de vastgestelde waarde tot € 480.000. De heffingsambtenaar concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.