Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 25-08-2015, ECLI:NL:GHARL:2015:6337, 14/00971
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 25-08-2015, ECLI:NL:GHARL:2015:6337, 14/00971
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 25 augustus 2015
- Datum publicatie
- 4 september 2015
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2015:6337
- Formele relaties
- Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGEL:2014:4585, Bekrachtiging/bevestiging
- Cassatie: ECLI:NL:HR:2016:491
- Zaaknummer
- 14/00971
Inhoudsindicatie
Inkomstenbelasting. Directeur-enig aandeelhouder claimt MKB-winstvrijstellling of terbeschikkingstellingsvrijstelling. Schending discriminatieverbod?
Uitspraak
Afdeling belastingrecht
Locatie Arnhem
nummer 14/00971
uitspraakdatum: 25 augustus 2015
Uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 24 juli 2014, nummer AWB 14/435, in het geding tussen belanghebbende en
de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Enschede (hierna: de Inspecteur)
1 Ontstaan en loop van het geding
Aan belanghebbende is voor het jaar 2012 een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 77.767 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 2.400.
Op het bezwaarschrift van belanghebbende heeft de Inspecteur bij uitspraak op bezwaar de aanslag gehandhaafd.
Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep bij uitspraak van 24 juli 2014 ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. De Inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.
Tot de stukken van het geding behoort, naast de hiervoor vermelde stukken, het van de Rechtbank ontvangen dossier dat op deze zaak betrekking heeft.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 1 juli 2015 te Arnhem. Daarbij zijn verschenen en gehoord belanghebbende bijgestaan door mr. [A] , alsmede drs. [B] namens de Inspecteur, bijgestaan door drs. [C] en mr. [D] .
Belanghebbende heeft een pleitnota overgelegd.
Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 De vaststaande feiten
Belanghebbende is enig aandeelhouder van [E] bv (hierna: [E] bv). Belanghebbende is bij [E] bv in dienstbetrekking als directeur en heeft in 2012 een loon van € 90.626 ontvangen.
[E] bv heeft een deelneming in [F] bv. In [F] bv wordt een accountants- en belastingadvieskantoor gedreven. De bv heeft een managementovereenkomst met [F] bv gesloten op grond waarvan belanghebbende als fiscaal adviseur werkzaamheden in laatstgenoemde vennootschap verricht.
Belanghebbende heeft verzocht om toepassing van de MKB-winstvrijstelling (artikel 3.79a van de Wet op de inkomstenbelasting 2001, hierna: de Wet) dan wel de terbeschikkingstellingsvrijstelling (artikel 3.99b van de Wet) op het loon dat hij als directeur uit [E] bv heeft genoten.
3 Het geschil, de standpunten en conclusies van partijen
In geschil is of de MKB-winstvrijstelling en de terbeschikkingstellingsvrijstelling in strijd zijn met het discriminatieverbod van artikel 26 van het Internationaal verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (hierna: IVBPR) en artikel 14 van het Europese Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (hierna: EVRM), doordat deze enkel van toepassing zijn op ondernemers respectievelijk aanmerkelijkbelanghouders die vermogensbestanddelen aan hun bv ter beschikking stellen en of belanghebbende als directeur/aanmerkelijkbelanghouder als gevolg daarvan recht heeft op toepassing van een van deze vrijstellingen.
Belanghebbende beantwoordt deze vragen bevestigend en de Inspecteur beantwoordt deze ontkennend.
Beide partijen hebben voor hun standpunt aangevoerd wat is vermeld in de van hen afkomstige stukken. Daaraan hebben zij ter zitting toegevoegd hetgeen is vermeld in het proces-verbaal van de zitting.
Belanghebbende concludeert tot vernietiging van de uitspraken van de Rechtbank en de Inspecteur en vermindering van het inkomen uit werk en woning met € 10.875 (12% van € 90.626) tot € 66.892.
De Inspecteur concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.