Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 25-08-2015, ECLI:NL:GHARL:2015:6338, 14/01090
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 25-08-2015, ECLI:NL:GHARL:2015:6338, 14/01090
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 25 augustus 2015
- Datum publicatie
- 4 september 2015
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2015:6338
- Zaaknummer
- 14/01090
Inhoudsindicatie
Inkomstenbelasting. Informatiebeschikking. Exploitant horecagelegenheid. Schending administratieplicht? Omkering en verzwaring bewijslast?
Uitspraak
Afdeling belastingrecht
Locatie Arnhem
nummer 14/01090
uitspraakdatum: 25 augustus 2015
Uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 4 september 2014, nummer AWB 14/304, in het geding tussen belanghebbende en
de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Arnhem (hierna: de Inspecteur)
1 Ontstaan en loop van het geding
Ten aanzien van belanghebbende heeft de Inspecteur een informatiebeschikking genomen als bedoeld in artikel 52a, eerste lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (hierna: AWR) in verband met op te leggen navorderingsaanslagen inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (hierna: IB/PVV) over de jaren 2007 tot en met 2011, naheffingsaanslagen loonheffing (hierna: LH) over de jaren 2007 tot en met 2011 en naheffingsaanslagen omzetbelasting (hierna: OB) over de tijdvakken vanaf 1 januari 2007 tot en met 31 december 2011.
Op het bezwaarschrift van belanghebbende heeft de Inspecteur bij uitspraak op bezwaar de informatiebeschikking gehandhaafd.
Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep bij uitspraak van 4 september 2014 ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. De Inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.
Tot de stukken van het geding behoren, naast de hiervoor vermelde stukken, het van de Rechtbank ontvangen dossier dat op deze zaak betrekking heeft alsmede alle stukken die nadien, al dan niet met bijlagen, door partijen in hoger beroep zijn overgelegd.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 14 juli 2015 te Arnhem. Daarbij zijn verschenen en gehoord de gemachtigde van belanghebbende, prof. dr. [A] , alsmede [B] namens de Inspecteur, bijgestaan door [C] .
De Inspecteur heeft een pleitnota overgelegd.
Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 De vaststaande feiten
Belanghebbende heeft tot 24 september 2013 als eenmanszaak een onderneming gedreven genaamd “Chinees-Indisch restaurant [D] ” te [E] . Hij heeft de onderneming in 2000 inclusief een geautomatiseerd kassasysteem overgenomen van een derde.
De Inspecteur heeft op 23 januari 2013 een boekenonderzoek ingesteld bij belanghebbende naar de aanvaardbaarheid van de aangiften IB/PVV, LH en OB over de periode 2007 tot en met 2011.
Naar aanleiding van zijn bevindingen bij het boekenonderzoek heeft de Inspecteur een informatiebeschikking aan belanghebbende gezonden, waarin hij onder meer het volgende heeft vermeld:
“Administratieplicht
(…)
Bij een geobjectiveerde benadering kom ik tot het oordeel dat uw administratie op belangrijke onderdelen niet aan de wettelijke norm voldoet. En wel op de volgende onderdelen en/of om de volgende reden(en):
- In de gecontroleerde jaren heeft geen voorraadopname plaatsgevonden en zijn er ook geen voorraadlijsten bijgehouden. Het betreft hier een Chinees Indisch afhaal en a la carte restaurant, waarbij een juiste voorraadopname een wezenlijk onderdeel vormt van de winstberekening.
- In de gecontroleerde jaren zijn geen urenlijsten bijgehouden/opgemaakt m.b.t. het gewerkte aantal uren door het personeel. Hierdoor is geen zicht en/of controle mogelijk op de volledigheid en juistheid inzake de loonkosten.
- De kontant uitbetaalde salarissen worden in de kasadministratie achteraf verwerkt, waardoor er geen sprake is van een juiste kasadministratie. De kontante salarissen worden geboekt per einde van een maand, maar daadwerkelijk uitbetaald in de eerste of tweede week van de daaropvolgende maand.
Het op deze manier boeken van de kontante lonen geeft een onjuiste weergave van het kassaldo.
- Gebleken is dat de dagelijkse administratie, welke per kwartaal door de belastingplichtige wordt aangeleverd, door het administratiekantoor, ruim achteraf (eenmaal per jaar) wordt geboekt in een computerboekhouding. Hierdoor worden ondermeer de aangiften omzetbelasting op schattingsbasis gedaan a.h.v. de aangifte over het voorgaand jaar. Dit is niet toegestaan. Enerzijds vormt de computerboekhouding geen adequate weergave van de dagelijkse administratie en is dus geen administratieve controle mogelijk c.q. vindt niet plaats op de juistheid en volledigheid van de aangeleverde bescheiden, anderzijds worden de aangiften omzetbelasting niet conform de werkelijke financiële mutaties gedaan.
- Gebleken is dat de, door het administratiekantoor, gevoerde computerboekhouding niet of nauwelijks journaalpostomschrijvingen bevat; ook is er verdicht geboekt. Deze wijze van administreren maakt een controle binnen een redelijke termijn niet mogelijk.
Bewaarplicht
U heeft (onderdelen van) uw administratie niet gedurende de wettelijke termijn bewaard. (…) De volgende onderdelen van uw administratie zijn weggegooid en/of vernietigd, dan wel ontbreken:
- kladnotities reserveringen restaurant;
- kladnotities bestelinformatie restaurant;
- de dagelijkse afslagen pinbetalingen;
- het proces-verbaal inzake een boete 2010 van de Arbeids Inspectie Dienst;
- de keukenbonnen over de jaren 2007 t/m actueel ten behoeve van de bestellingen naar de keuken;
- de digitale data van de in het jaar 2010 weggegooide kassa-pc;
- de digitale data van het kassaregistratiesysteem;
- de digitale detailgegevens van de bestelbonnen over de jaren 2007 t/m actueel;
- de back-up gegevens van het kassaregistratiesysteem over de jaren 2007 t/m actueel;
- de digitale vastleggingen in het logboek van het restaurant en de afhaal over de jaren 2007 t/m actueel met betrekking tot de wijzigingen in aantallen, prijzen en de annuleringen;
- de geprinte logboeken over de jaren 2007 t/m actueel.
Naar aard en omvang van de onderneming behoren deze gegevens tot de administratie van de onderneming. Door het niet bewaren van deze gegevens is een toets op bijvoorbeeld de volledigheid van de verantwoorde omzet niet of onvoldoende mogelijk.”
Na de bespreking van het boekenonderzoek heeft belanghebbende de server van het geautomatiseerde kassasysteem dat in de jaren 2007 tot en met 2011 in het restaurant in gebruik was, aan de Inspecteur ter beschikking gesteld.
De Inspecteur heeft het geautomatiseerde kassasysteem onderzocht en daarbij het volgende geconstateerd:
– De bestellingen worden in het systeem ingevoerd, waarna het systeem bestelbonnen print. De bestelbonnen heeft belanghebbende niet bewaard. Na de dagafsluiting of uiterlijk de volgende ochtend om 4:00 uur zouden de bestelbonnen door het systeem weggeschreven moeten worden naar de archiefbestanden voor bestelbonnen. De archiefbestanden zijn leeg.
– Belanghebbende heeft na 2005 geen back-ups gemaakt van het systeem.
– In de administratie van belanghebbende zijn dagoverzichten uit het kassasysteem aangetroffen waarop de omzet wordt vermeld geordend naar het omzetbelastingtarief. Deze dagoverzichten zijn gebruikt voor de kasadministratie. Op de dagoverzichten is een datumaanduiding afgedrukt.
– Het geautomatiseerde kassasysteem maakt een logboek aan waarin onder andere de annuleringen en wijziging van bestellingen worden vastgelegd. De zoon van belanghebbende heeft regelmatig het logboek geprint, waarna de inhoud van het logboek in het kassasysteem is leeggemaakt. De prints zijn weggegooid.
Van de voorraadadministratie zijn enkel de inkoopfacturen aanwezig.
Belanghebbende heeft het kasboek niet dagelijks bijgehouden en betalingen van lonen op een andere dag in het kasboek geboekt, dan dat deze lonen zijn uitbetaald.
De Arbeidsinspectie heeft op 14 december 2010 twee werknemers in belanghebbendes onderneming aangetroffen, waarvan geen gegevens in de loonadministratie waren opgenomen. Evenmin heeft de Inspecteur in de kasadministratie betalingen aan deze werknemers aangetroffen. Belanghebbende heeft in 2011 twee werknemers in dienst genomen, waarvan de gegevens wel in de loon- en kasadministratie zijn verwerkt.
3 Het geschil, de standpunten en conclusies van partijen
In geschil is of de Inspecteur terecht een informatiebeschikking heeft vastgesteld. Belanghebbende beantwoordt deze vraag ontkennend en de Inspecteur beantwoordt deze bevestigend.
Beide partijen hebben voor hun standpunt aangevoerd wat is vermeld in de van hen afkomstige stukken. Daaraan hebben zij ter zitting toegevoegd hetgeen is vermeld in het proces-verbaal van de zitting.
Belanghebbende concludeert tot vernietiging van zowel de uitspraak van de Rechtbank, de uitspraak op het bezwaar als de informatiebeschikking.
De Inspecteur concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.