Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 22-03-2016, ECLI:NL:GHARL:2016:2290, 15/00751 en 15/00752
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 22-03-2016, ECLI:NL:GHARL:2016:2290, 15/00751 en 15/00752
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 22 maart 2016
- Datum publicatie
- 1 april 2016
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2016:2290
- Zaaknummer
- 15/00751 en 15/00752
Inhoudsindicatie
Inkomstenbelasting. Aftrek specifieke zorgkosten. Navordering. Nieuw feit? Vertrouwensbeginsel. Arbeidskorting. Interne compensatie zonder nieuw feit?
Uitspraak
Afdeling belastingrecht
Locatie Arnhem
nummers 15/00751 en 15/00752
uitspraakdatum: 22 maart 2016
Uitspraak van de vierde meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 28 mei 2015, nummers AWB 14/5088, AWB 14/5089 en AWB 14/5165, in het geschil tussen belanghebbende en
de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Arnhem (hierna: de Inspecteur)
1 Ontstaan en loop van het geding
Aan belanghebbende is over het jaar 2008 een navorderingsaanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (hierna: IB/PVV) opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 20.108. Daarnaast is bij beschikking een bedrag van € 145 aan heffingsrente in rekening gebracht en is bij afzonderlijke beschikking een vergrijpboete van € 439 opgelegd.
Aan belanghebbende is over het jaar 2009 een navorderingsaanslag IB/PVV opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 27.791. Daarnaast is bij beschikking een bedrag van € 113 aan heffingsrente in rekening gebracht en is bij afzonderlijke beschikking een vergrijpboete van € 480 opgelegd.
Op de bezwaarschriften van belanghebbende heeft de Inspecteur bij uitspraken op bezwaar van 25 juli 2014 de navorderingsaanslagen en de heffingsrentebeschikkingen gehandhaafd en de boetebeschikkingen vernietigd.
Belanghebbende is tegen die uitspraken op bezwaar in beroep gekomen. De rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank) heeft bij uitspraak van 28 mei 2015 de beroepen ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. De Inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.
Tot de stukken van het geding behoren, naast de hiervoor vermelde stukken, de van de Rechtbank ontvangen dossiers die op deze zaak betrekking hebben alsmede alle stukken die nadien, al dan niet met bijlagen, door partijen in hoger beroep zijn overgelegd.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 11 februari 2016 te Arnhem. Daarbij is belanghebbende verschenen, vergezeld van zijn echtgenote [A] , alsmede [B] en [C] namens de Inspecteur.
Belanghebbende heeft ter zitting een pleitnota overgelegd en voorgedragen.
Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 De feiten
Belanghebbende is geboren [in] 1942 en woont samen met mevrouw [A] . Zij zijn [in] 2010 gehuwd.
Belanghebbende lijdt sinds 1980 aan het slaap-apneu-syndroom. Hij maakt in verband daarmee gebruik van een Continuous Positive Airway Pressure (hierna: CPAP)-apparaat dat belanghebbende ondersteuning biedt bij de moeizame ademhaling in verband met zijn slaap-apneu.
Belanghebbende heeft in zijn aangifte IB/PVV 2008 buitengewone uitgaven wegens ziekte (hierna: ziektekosten) in aftrek gebracht. Het grootste deel van de ziektekosten heeft betrekking op uitgaven ten behoeve van het CPAP-apparaat. De geclaimde aftrek van ziektekosten is als volgt door hem berekend:
€ €
Voorgeschreven medicijnen 162
Overige hulpmiddelen 4.712
Vervoerskosten 196
Huisapotheek 23
Uitgaven ziektekosten vóór toepassing verhoging 5.093
Verhoging 113% x € 5.093 5.756
In totaal 10.849
Uitgaven wegens ouderdom 821
Uitgaven wegens chronische ziekte 821
Reiskosten ziekenbezoek 760
In totaal 2.402
In totaal 13.251
Af: drempel -/- 497
Aftrekbaar 12.754
Belanghebbende heeft in zijn aangifte IB/PVV 2009 ziektekosten in aftrek gebracht. Het grootste deel van de ziektekosten heeft betrekking op uitgaven ten behoeve van het CPAP-apparaat. De geclaimde aftrek van ziektekosten is als volgt door hem berekend:
€
Genees- en heelkundige hulp 4.788
Reiskosten ziekenbezoek 430
Vervoerskosten 315
Verhoging specifieke zorgkosten 356
In totaal 5.889
Af: drempel -/- 490
Aftrekbaar 5.399
De Inspecteur heeft in zijn aan belanghebbende gerichte brief van 5 november 2013, waarin navorderingsaanslagen IB/PVV 2008 en 2009 worden aangekondigd, onder meer het volgende geschreven:
‘Bij de behandeling van uw bezwaarschrift tegen de definitieve aanslag 2010 heb ik vastgesteld dat u ziektekosten heeft opgevoerd die u niet gemaakt heeft. U voert, volgens uw mededeling al méér dan twintig jaar, de kosten op voor het gebruik van een CPAP-apparaat in verband met uw apneu. In de aangifte 2010 voert u aan elektriciteitskosten voor het gebruik van het CPAP-apparaat een bedrag op van € 1.092. (Volgens de jaarafrekeningen 2010 en 2011 van uw stroomleverancier bedragen de stroomkosten resp, € 954 en € 905 op jaarbasis.) U voert dus méér dan de totale stroomkosten voor uw gehele huishouden, op als ziektekosten. Volgens mijn berekening … bedragen de stroomkosten ongeveer € 73 op jaarbasis. In de aangifte 2010 voert u kosten op voor het gebruik van gedestilleerd water voor het CPAP-apparaat … U kunt hiervan echter geen enkel bewijs overleggen. Ook niet van recente datum (in 2013).’
De Inspecteur heeft de door belanghebbende in de aangifte IB/PVV 2008 in aftrek gebrachte ziektekosten gecorrigeerd en nader vastgesteld op € 7.783:
€ €
Voorgeschreven medicijnen 162
Overige hulpmiddelen 2.764
Vervoerskosten 196
Huisapotheek 23
Uitgaven ziektekosten vóór toepassing verhoging 3.145
Verhoging 113% x € 3.145 3.554
In totaal 6.699
€ €
Uitgaven wegens ouderdom 821
Uitgaven wegens chronische ziekte 0
Reiskosten ziekenbezoek 760
In totaal 1.581
In totaal 8.280
Af: drempel -/- 497
Aftrekbaar 7.783
De Inspecteur heeft de door belanghebbende in de aangifte IB/PVV 2009 in aftrek gebrachte ziektekosten gecorrigeerd en nader vastgesteld op € 1.417:
€
Overige hulpmiddelen 150
Vervoerskosten 315
Reiskosten ziekenbezoek 430
Uitgaven ziektekosten vóór toepassing verhoging 895
Verhoging 113% x € 895 1.012
In totaal 1.907
Af: drempel -/- 490
Aftrekbaar 1.417
Met dagtekeningen 7 december 2013 zijn de navorderingsaanslagen, de heffingsrentebeschikkingen en de boetebeschikkingen opgelegd.
Bij uitspraken op bezwaar heeft de Inspecteur de navorderingsaanslagen en de heffingsrentebeschikkingen gehandhaafd en de boetebeschikkingen vernietigd.
De Rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard.
3 Het geschil, de standpunten en conclusies van partijen
In geschil is of de Inspecteur de navorderingsaanslagen terecht heeft opgelegd. Meer in het bijzonder is in geschil of de Inspecteur beschikt over een navordering rechtvaardigend nieuw feit, en zo ja, of het vertrouwensbeginsel meebrengt dat de navorderingsaanslagen moeten worden vernietigd. Belanghebbende beantwoordt de eerste vraag ontkennend en de tweede vraag bevestigend. De Inspecteur is de tegengestelde mening toegedaan.
Beide partijen hebben voor hun standpunt aangevoerd wat is vermeld in de van hen afkomstige stukken. Daaraan hebben zij ter zitting toegevoegd hetgeen is vermeld in het proces-verbaal van de zitting.
Belanghebbende concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank, vernietiging van de uitspraken op bezwaar inzake de navorderingsaanslagen en de heffingsrentebeschikkingen en vernietiging van de navorderingsaanslagen en de heffingsrentebeschikkingen.
De Inspecteur concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank voor zover het betreft de navorderingsaanslag IB/PVV 2009 en de bijbehorende heffingsrentebeschikking, vernietiging van de uitspraken op bezwaar inzake de navorderingsaanslag IB/PVV 2009 en de bijbehorende heffingsrentebeschikking en vermindering van de navorderingsaanslag IB/PVV 2009 tot een naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 25.159 en dienovereenkomstige vermindering van de heffingsrentebeschikking. Wat betreft de navorderingsaanslag IB/PVV 2008 en de bijbehorende heffingsrentebeschikking concludeert de Inspecteur tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.