Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 29-08-2017, ECLI:NL:GHARL:2017:7458, 16/00450
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 29-08-2017, ECLI:NL:GHARL:2017:7458, 16/00450
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 29 augustus 2017
- Datum publicatie
- 22 september 2017
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2017:7458
- Zaaknummer
- 16/00450
Inhoudsindicatie
Wet Woz. Waardevaststelling boerderij.
Uitspraak
Belastingkamer
locatie Arnhem
nummer 16/00450
uitspraakdatum: 29 augustus 2017
Uitspraak van de vijfde meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Overijssel van 1 maart 2016, nummer AWB 15/2479, in het geding tussen belanghebbende en
de heffingsambtenaar van de Gemeente Ommen (hierna: de heffingsambtenaar)
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft bij beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: de Wet WOZ) de waarde van de onroerende zaak [a-straat] 5 te [Z] , per waardepeildatum 1 januari 2014 en naar de toestand op die datum, voor het jaar 2015 vastgesteld op € 312.000. Tegelijk met deze beschikking is de aanslag onroerendezaakbelasting 2015 (OZB) voor zover deze betreft het eigenaarsgedeelte vastgesteld op € 307.
De heffingsambtenaar heeft bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar de vastgestelde waarde verminderd tot € 265.000 en de opgelegde aanslag OZB dienovereenkomstig verminderd.
Belanghebbende is tegen die uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank Overijssel (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 16 juni 2017 te Arnhem. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 Vaststaande feiten
Belanghebbende is eigenaar van de onroerende zaak. Het betreft een twee-onder-een-kapwoonboerderij met bouwjaar 1939/1999, een inhoud van 324 m3 en een kaveloppervlakte van 1782 m2. Bij de onroerende zaak hoort een vrijstaande berging/schuur, een vrijstaande garage, een tuinhuis, een carport en extra grond (grasland en bosgrond) van 7803 m2. Het woongedeelte van de onroerende zaak staat met het woongedeelte van het onder dezelfde kap gelegen buurpand in verbinding door middel van een tussendeur en de bovenverdieping is deels in eigendom bij belanghebbende en deels in eigendom bij de buren. De bovenverdieping die in eigendom is bij de buren is in ieder geval deels gelegen boven de benedenverdieping die in eigendom is bij belanghebbende.
3 Geschil
In geschil is de waarde van de onroerende zaak op de waardepeildatum.
Belanghebbende bepleit een waarde van € 215.000 en concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank, tot vernietiging van de uitspraken op bezwaar en tot vermindering van de bestreden beschikking alsmede de bestreden belastingaanslag.
De heffingsambtenaar bepleit dat de waarde van € 265.000 niet te hoog is vastgesteld en concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.