Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 04-12-2018, ECLI:NL:GHARL:2018:10440, 17/01309
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 04-12-2018, ECLI:NL:GHARL:2018:10440, 17/01309
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 4 december 2018
- Datum publicatie
- 14 december 2018
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2018:10440
- Zaaknummer
- 17/01309
Inhoudsindicatie
Wet Woz. Waardevaststelling woning.
Uitspraak
locatie Arnhem
nummer 17/01309
uitspraakdatum: 4 december 2018
Uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 13 oktober 2017, nummer UTR 16/5357, in het geding tussen belanghebbende en
de heffingsambtenaar van de gemeente Gooise Meren (hierna: de heffingsambtenaar)
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft bij beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: de Wet WOZ) de waarde van de onroerende zaak [a-straat] 60 te [Z] , per waardepeildatum 1 januari 2015 en naar de toestand op die datum, voor het jaar 2016 vastgesteld op € 518.000. Tegelijk met deze beschikking is de aanslag onroerendezaakbelasting 2016 (OZB) voor zover het betreft het eigenaarsgedeelte vastgesteld op € 411,29.
Op het bezwaarschrift van belanghebbende heeft de heffingsambtenaar bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar de beschikking en de aanslag gehandhaafd.
Belanghebbende is tegen die uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank Midden-Nederland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 14 november 2018. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 Vaststaande feiten
Belanghebbende is eigenaar en gebruiker van de onroerende zaak [a-straat] 60 te [Z] (hierna: de woning). Het betreft een eindwoning met bouwjaar 1920 met een dakkapel en een berging. Het perceel heeft een oppervlakte van 187 m2. De gebruiksoppervlakte bedraagt volgens de Basisregistratie adressen en gebouwen (BAG) 157 m2.
3 Geschil
In geschil is de waarde van de onroerende zaak op de waardepeildatum.
Belanghebbende bepleit een waarde van € 438.000 en concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank, tot vernietiging van de uitspraken op bezwaar en tot vermindering van de vastgestelde waarde alsmede tot vermindering van de bestreden belastingaanslag.
De heffingsambtenaar bepleit dat de waarde van € 518.000 niet te hoog is vastgesteld en concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.