Home

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 23-05-2018, ECLI:NL:GHARL:2018:4487, 16/00456

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 23-05-2018, ECLI:NL:GHARL:2018:4487, 16/00456

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Datum uitspraak
23 mei 2018
Datum publicatie
1 juni 2018
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2018:4487
Formele relaties
Zaaknummer
16/00456

Inhoudsindicatie

BPM. Vergunning. Importeur? Zelf vaststellen catalogusprijs? Gelijkheidsbeginsel.

Uitspraak

locatie Arnhem

nummer 16/00456

uitspraakdatum: 23 mei 2018

Uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

[X] B.V. te [Z] (hierna: belanghebbende)

tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 3 maart 2016, nummer AWB 15/188, in het geding tussen belanghebbende en

de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Doetinchem (hierna: de Inspecteur)

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

Bij beschikking van 23 maart 2012 heeft de Inspecteur aan belanghebbende een vergunning verleend om de belasting van personenauto’s en motorrijwielen (hierna: BPM) per tijdvak te betalen onder de voorwaarden die in de beschikking en de bijlagen zijn vermeld.

1.2.

De Inspecteur heeft bij uitspraak op bezwaar de beschikking gehandhaafd.

1.3.

Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.

1.4.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.

1.5.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 24 april 2018. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.

2 Vaststaande feiten

2.1.

Belanghebbende is [in] 2011 opgericht en houdt zich bedrijfsmatig bezig met de import en export van nieuwe en gebruikte personenauto’s en lichte bedrijfsauto’s alsmede met (de bemiddeling bij) de verkoop van personen- en lichte bedrijfsauto’s aan de groothandel. Belanghebbende voert auto’s van diverse merken in en is geen officiële importeur van enig merk.

2.2.

[A] (hierna: [A] ) heeft zijn bedrijfsactiviteiten ingebracht in belanghebbende. [A] beschikte ten tijde van de inbreng over een vergunning om de BPM per tijdvak te betalen. Deze vergunning is op 25 januari 2006 bij beschikking aan hem verleend.

2.3.

De aan [A] verleende vergunning is op zijn verzoek bij beschikking van 19 juli 2010 uitgebreid met de versnelde regeling afgifte kentekenbewijzen deel I. Deze regeling is uitsluitend van toepassing op nog niet eerder op de weg toegelaten voertuigen/motorrijwielen waarvoor door de RDW of door een goedkeuringsinstantie van een andere lidstaat een Europese/nationale typegoedkeuring als bedoeld in de Wegenverkeerswet 1994 is afgegeven. Met voertuigen/motorrijwielen waarvoor de versnelde regeling niet geldt dient [A] zich te melden bij het aangiftepunt BPM te Groningen.

2.4.

De Inspecteur heeft de vergunning bij beschikking van 23 maart 2012 aan belanghebbende verleend. In de beschikking is onder meer het volgende opgenomen:

Nieuw en ongebruikte motorvoertuigen met ETG

Voor de import van nieuw en ongebruikte motorvoertuigen met Europese TypeGoedkeuring (hierna: ETG) kwalificeert u niet als 'importeur' op basis van wet- en regelgeving en vaste jurisprudentie van de Hoge Raad. Voor de catalogusprijs en de daarmee samenhangende bpm voor elk motorvoertuig moet u zich conformeren aan de in Nederland door de fabrikant of importeur aan wederverkopers kenbaar gemaakte prijs welke naar zijn inzicht bij verkoop aan de uiteindelijke afnemer valt te berekenen. Voor het deel van de heffing met als grondslag CO2 dient u voor het motorvoertuig uit te gaan van de verleende typegoedkeuring, bedoeld in artikel 22 Wegenverkeerswet 1994, danwel het door de fabrikant ter zake afgegeven Certificaat van Overeenstemming (hierna: CVO).

Overige motorvoertuigen

Dit zijn motorvoertuigen waarvoor reeds eerder een registratie heeft plaatsgevonden of het zijn nieuw en ongebruikte motorvoertuigen waarvoor geen ETG is afgegeven.

Voor deze motorvoertuigen maakt u gebruik van de Regeling individuele afgifte ongedateerde kentekenbewijzen delen 1A. In deze gevallen moet u zich met het motorvoertuig melden bij een keuringsstation van de RDW en bij het aangiftepunt bpm Groningen.”

2.5.

In bijlage I bij de vergunning is, voor zover van belang, het volgende opgenomen:

“De vergunninghouder moet een administratie voeren die voldoet aan de in artikel 6 van de Uitvoeringsregeling belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 gestelde voorwaarden. De vergunninghouder moet, per afzonderlijk voertuig, ten minste de navolgende gegevens in de administratie vastleggen:

(...)

-

Netto catalogusprijs voertuig

-

Netto catalogusprijs opties/accessoires

-

Bpm bedrag op basis van catalogusprijs

(...)”

2.6.

Belanghebbende beschikt over een vergunning versnelde afgifte kentekenbewijzen delen 1A.

3 Geschil

3.1.

In geschil is primair of belanghebbende importeur is als bedoeld in artikel 9, vierde lid, van de Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992 (tekst 2012; hierna: Wet BPM). Belanghebbende is van mening dat hij als importeur is aan te merken en daarmee zelf de catalogusprijs mag vaststellen. De Inspecteur is de tegenovergestelde mening toegedaan.

3.2.

Subsidiair is in geschil of het gelijkheidsbeginsel wordt geschonden.

4 Beoordeling van het geschil

5 Griffierecht en proceskosten

6 Beslissing