Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 12-06-2018, ECLI:NL:GHARL:2018:5277, 17/00559 t/m 17/00562
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 12-06-2018, ECLI:NL:GHARL:2018:5277, 17/00559 t/m 17/00562
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 12 juni 2018
- Datum publicatie
- 25 juni 2018
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2018:5277
- Zaaknummer
- 17/00559 t/m 17/00562
Inhoudsindicatie
Zuiveringsheffing. Indeling waterklasse. Bejaardencentra of Verpleegtehuizen?
Uitspraak
locatie Arnhem
nummers 17/00559 tot en met 17/00562
uitspraakdatum: 12 juni 2018
Uitspraak van de tweede meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking gemeenten en hoogheemraadschap Utrecht (BghU) (hierna: de heffingsambtenaar)
tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 4 april 2017, nummers UTR 16/3248, UTR 16/3249, UTR 16/3250 en UTR 16/3253, ECLI:NL:RBMNE:2017:2718, in het geding tussen de heffingsambtenaar en
Stg [X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft aanslagen Zuiveringsheffing bedrijven aan belanghebbende opgelegd voor de jaren 2013 tot en met 2016.
Op de bezwaarschriften van belanghebbende heeft de heffingsambtenaar bij vier uitspraken op bezwaar de aanslagen gehandhaafd.
Belanghebbende is tegen die uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank Midden-Nederland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft de beroepen gegrond verklaard, de uitspraken op bezwaar vernietigd, de heffingsambtenaar opgedragen binnen zes weken nieuwe uitspraken op bezwaar te doen op basis van indeling in waterklasse 7, de heffingsambtenaar opgedragen het betaalde griffierecht te vergoeden en de heffingsambtenaar veroordeeld in de proceskosten van belanghebbende.
De heffingsambtenaar heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 6 februari 2018. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 Vaststaande feiten
De heffingsambtenaar heeft aanslagen Zuiveringsheffing bedrijven aan belanghebbende opgelegd voor de jaren 2013 tot en met 2016. De heffingsambtenaar heeft de locatie Vijverhof van belanghebbende daarbij ingedeeld in waterklasse 8.
Op de website van belanghebbende staat de Vijverhof vermeld als een locatie voor kleinschalig groepswonen. De Vijverhof en het aldaar aangeboden kleinschalig groepswonen worden op de website van belanghebbende als volgt omschreven:
“Vijverhof
Vijverhof is een modern zorgcentrum aan de rand van [Z] . Dit rustieke dorp ligt nog net in het groene hart van Nederland. Het centrum met diverse winkels is op enkele minuten loopafstand. In de directe omgeving is een grote dierenweide te vinden.
Vijverhof bestaat uit vier aparte, lage gebouwen met een verdieping. Via gangen op de begane grond zijn de gebouwen gekoppeld. De bewoners hebben daardoor privacy en bewegingsruimte. Er zijn twee soort woningen:
20 kleinschalige groepswoningen (6 personen) voor mensen met psychogeriatrische (dementie) en psychiatrische klachten
24 individuele appartementen waarvan 12 voor mensen met psychiatrische en 12 voor mensen met lichamelijke problemen.
(…)
Kleinschalig (groeps)wonen
Binnen De Rijnhoven zijn diverse mogelijkheden als u een woning zoekt waar u in een kleine groep van zes personen of individueel woont in een kleinschalig complex.
Uw dagelijks leven gaat er door zoals u gewend bent. Met alles wat in elk huishouden gebeurt. Van samen koken en eten, tot boodschappen doen en de was verzorgen.
Een vast team van medewerkers ondersteunt en begeleidt u hierbij. Er is 24 uur per dag iemand van hen aanwezig. De dagindeling en alle werkzaamheden staan zoveel mogelijk in het teken van het huiselijke, dagelijkse leven.
Bewoners ontvangen -binnen hun indicatie- alle zorg en begeleiding die ze nodig hebben.
Wij stemmen die zorg zoveel mogelijk af op de mogelijkheden, wensen en voorkeuren van elke bewoner. Die persoonlijke aanpak noemen we ‘belevingsgerichte zorg’. Specialisten uit het behandel- en adviescentrum van De Rijnhoven zorgen voor de benodigde medische en paramedische ondersteuning. Vooral bij de dagelijkse activiteiten zijn ook mantelzorgers en vrijwilligers actief. Familie, gasten en vrijwilligers zijn altijd welkom.”
In de Vijverhof verblijven bewoners met zorgzwaarteprofielen (hierna ook: zzp) 5 tot en met 8 in de sector verzorging en verpleging. In de Vijverhof wonen in de onderhavige jaren het volgende aantal bewoners met de volgende zzp-indicatie:
Aantal bewoners |
Zorgzwaartepakket |
88 |
Zzp 5 |
19 |
Zzp 6 |
34 |
Zzp 7 |
3 |
Zzp 8 |
Totaal: 144 |
Een zzp-indicatie is opgebouwd uit vier componenten: 1) woonzorg, 2) dagbesteding, 3) behandelaars en 4) verblijf. De woonzorg bestaat uit drie zorgvormen: persoonlijke verzorging, begeleiding en verpleging. Blijkens de Wet langdurige zorg is persoonlijke verzorging het “ondersteunen bij of het overnemen van activiteiten op het gebied van de persoonlijke verzorging, gericht op het opheffen van een tekort aan zelfredzaamheid”, betreft begeleiding “activiteiten waarmee een persoon wordt ondersteund bij het uitvoeren van algemene dagelijkse levensverrichtingen en bij het aanbrengen en behouden van structuur in en regie over het persoonlijk leven” en betreft verpleging “handelingen, gericht op herstel of voorkoming van verergering van de aandoening, beperking of handicap”.
In bijlage A bij artikel 2.1 van de Regeling langdurige zorg (versie 1 januari 2015) is - voor zover hier van belang - het volgende opgenomen ten aanzien van de zorgzwaarteprofielen. Het Hof gaat uit van deze omschrijving nu de voor de eerdere jaren van toepassing zijnde Regeling en de latere versies van bijlage A (nagenoeg) gelijkluidende omschrijvingen van de zorgzwaarteprofielen bevatten.
“
VV Beschermd wonen met intensieve dementiezorg |
5 VV |
VV Beschermd wonen met intensieve verzorging en verpleging |
6 VV |
VV Beschermd wonen met zeer intensieve zorg, vanwege specifieke aandoeningen, met de nadruk op begeleiding |
7 VV |
VV Beschermd wonen met zeer intensieve zorg, vanwege specifieke aandoeningen, met de nadruk op verzorging/verpleging |
8 VV |
(…)
VV Beschermd wonen met intensieve dementiezorg
“De cliënten hebben vanwege ernstige dementiële problematiek behoefte aan intensieve begeleiding en intensieve verzorging. De cliënten zijn (bijna) geheel zorgafhankelijk.
De cliënten hebben ten aanzien van hun sociale redzaamheid op alle aspecten in ieder geval hulp en vaak overname van zorg nodig. Er is bij deze cliënten sprake van vergaand verlies van zelfregie. Er kan sprake zijn van zwerfgedrag. De cliënten hebben geen greep meer op hun eigen doen en laten.
Ze hebben ten aanzien van de verschillende psychosociale/cognitieve functies continu hulp, toezicht en sturing nodig, omdat de cliënten veel beperkingen hebben met betrekking tot oriëntatie, concentratie en geheugen en denken. Er is sprake van volledige desoriëntatie naar tijd, plaats en persoon.
Ten aanzien van ADL is betreffende alle aspecten hulp of overname van zorg nodig, waaronder eten en drinken, kleine verzorgingstaken, de persoonlijke zorg voor tanden, haren, nagels en huid, de toiletgang, het wassen en het kleden.
Ten aanzien van mobiliteit hebben de cliënten vaak hulp of overname van zorg nodig. Binnenshuis kan de cliënt zich zeer beperkt zelfstandig bewegen, buitenshuis kan dat helemaal niet.
Als gevolg van de kwetsbare gezondheid is verpleegkundige aandacht noodzakelijk (o.a. voorkomen van decubitus en infecties).
De cliënten kunnen soms gedragsproblematiek vertonen. Dit betreft dan met name dwangmatig gedrag, ongecontroleerd/ontremd gedrag of reactief gedrag met betrekking tot interactie.
Bij een deel van de cliënten komt psychiatrische problematiek voor, vooral passief van aard.
De aard van het begeleidingsdoel heeft meestal betrekking op begeleiding bij achteruitgang.
De cliënten hebben een structurele behoefte aan zorg, op meerdere momenten per dag.
Het beperkingenbeeld van deze cliënten verandert langzaam tot snel.
De dominante grondslag voor dit cliëntprofiel is meestal een psychogeriatrische ziekte/aandoening. (…)
VV Beschermd wonen met intensieve verzorging en verpleging
“De cliënten hebben vanwege ernstige somatische beperkingen op veel momenten van de dag behoefte aan begeleiding, intensieve verzorging en verpleging, in een beschermende woonomgeving.
De cliënten hebben ten aanzien van hun sociale redzaamheid een begeleidingsbehoefte betreffende het begrijpen wat anderen zeggen, het begrijpelijk maken naar anderen. Soms is hierbij toezicht en stimulatie nodig. Betreffende de overige aspecten van sociale redzaamheid is in het algemeen hulp bij of overname van zorg nodig, hieronder vallen initiëren en uitvoeren van eenvoudige en complexe taken. De cliënt is niet zijn zelfregie kwijt.
De cliënten hebben ten aanzien van de psychosociale/cognitieve functies, betreffende concentratie, motivatie en psychosociaal welbevinden, vaak of continu hulp, toezicht of sturing nodig, vanwege een combinatie van fysieke en psychische moeilijkheden (zoals snel vermoeid, minder controle over armen en benen, vertraagd denkvermogen).
De cliënten hebben ten aanzien van de verschillende aspecten van ADL in het algemeen overname van zorg nodig. Betreffende eten en drinken kan toezicht en stimulatie in sommige situaties voldoende zijn (de cliënt is meestal goed in staat om zelf te bepalen welke hulp nodig is en hoe hij die hulp wil krijgen).
De cliënten hebben zowel binnenshuis- als buitenshuis op het gebied van mobiliteit overname van zorg nodig (vaak met behulp van een rolstoel).
De cliënt heeft continu behoefte aan verpleegkundige aandacht (o.a. wondverzorging, pijnbestrijding).
Van gedragsproblematiek is bij deze cliënten in het algemeen geen sprake.
Bij deze cliënten kan ook psychiatrische problematiek voorkomen, vooral passief van aard (bijvoorbeeld depressiviteit).
De aard van het begeleidingsdoel heeft meestal betrekking op begeleiding bij achteruitgang maar kan ook gericht zijn op stabilisatie.
De cliënten hebben een structurele behoefte aan zorg, op meerdere momenten per dag.
Het beperkingenbeeld van deze cliënten verandert vaak snel.
De dominante grondslag voor dit cliëntprofiel is meestal een somatische ziekte/aandoening.(…)
VV Beschermd wonen met zeer intensieve zorg, vanwege specifieke aandoeningen, met de nadruk op begeleiding
De cliënten hebben op grond van een chronische ziekte specifieke begeleiding nodig in combinatie met zeer intensieve verzorging en verpleging in een beschermende woonomgeving.
De cliënten hebben ten aanzien van hun sociale redzaamheid volledige begeleiding nodig, overname van taken is noodzakelijk. Met name bestaat er sterke behoefte aan het bieden van dagstructurering. Ze kunnen niet of nauwelijks zelfstandig deelnemen aan het maatschappelijk leven, communiceren, zelfstandig besluiten nemen, complexe taken initiëren en regie voeren over hun eigen leven. Deze cliënten hebben behoefte aan een vaste structuur en hulp bij het organiseren van de dag.
De cliënten hebben ten aanzien van de psychosociale/cognitieve functies continu hulp, toezicht of sturing en begeleiding nodig, omdat er onder andere sprake is van beperkingen op het gebied van oriëntatie, geheugen en denken, concentratie en motivatie. Daarnaast kan extra begeleiding nodig zijn om familieleden te leren omgaan met de veranderde persoon.
De cliënten hebben ten aanzien van de verschillende aspecten van ADL veel hulp nodig. Met name bij kleine verzorgingstaken, de persoonlijke zorg voor tanden, haren, nagels en huid en bij het wassen kan ook behoefte zijn aan overname van zorg.
De cliënten hebben ten aanzien van mobiliteit binnenshuis veelal hulp nodig. Ten aanzien van mobiliteit buitenshuis is overname van zorg nodig (er is altijd een begeleider nodig). Verpleging is nodig om de chronische ziekte in de gaten te houden en eventueel passende maatregelen te nemen.
Er is bij deze cliënten vaak sprake van gedragsproblematiek, waardoor in die situaties vaak of continu hulp, toezicht of sturing nodig is. De aard van de gedragsproblematiek is divers, maar reactief gedrag met betrekking tot interactie en verbaal agressief gedrag komen in veel situaties voor. Een deel van de cliënten vertoont psychiatrische problematiek, zowel passief als actief van aard.
De aard van het begeleidingsdoel heeft meestal betrekking op begeleiding bij geleidelijke achteruitgang.
De cliënten hebben een structurele behoefte aan zorg, op meerdere momenten per dag. Het beperkingenbeeld van deze cliënten verandert vaak langzaam.
De dominante grondslag voor dit cliëntprofiel is meestal een somatische ziekte/aandoening of een psychogeriatrische ziekte/aandoening.(…)
VV Beschermd wonen met zeer intensieve zorg, vanwege specifieke aandoeningen, met de nadruk op verzorging/verpleging.
De cliënten hebben op grond van een ernstige somatische aandoening/ziekte behoefte aan specifieke en zeer intensieve verzorging en verpleging in combinatie met begeleiding in een beschermende woonomgeving.
De cliënten hebben ten aanzien van hun sociale redzaamheid volledige begeleiding nodig, overname van taken is noodzakelijk. Deze begeleiding komt voort uit beperkingen die de ziekte met zich meebrengt en meestal niet uit het ontbreken van zelfregie. Met name bestaat er sterke behoefte aan het bieden van dagstructurering. Ze kunnen niet of nauwelijks zelfstandig deelnemen aan het maatschappelijk leven, complexe taken initiëren en regie voeren over hun eigen leven.
De cliënten hebben ten aanzien van de psychosociale/cognitieve functies overname nodig als gevolg van beperkingen op het gebied van concentratie en motivatie. Mede vanwege veranderingen in karakter en persoonlijkheid kunnen ook de partner en/of kinderen behoefte hebben aan begeleiding.
De cliënten hebben ten aanzien van alle aspecten van ADL ten gevolge van hun specifieke aandoeningen/ziektes minimaal hulp dan wel overname van zorg nodig.
De cliënten hebben ten aanzien van mobiliteit, zowel binnenshuis als buitenshuis, behoefte aan hulp of overname.
De cliënten hebben ten gevolge van de specifieke aandoeningen/ziektes continu behoefte aan veel (gespecialiseerde) verpleegkundige aandacht (voorkomen van decubitus, infecties, longontsteking).
Van gedragsproblematiek is bij deze cliënten in het algemeen geen sprake. Bij deze cliënten is meestal geen sprake van psychiatrische problematiek.
De aard van het begeleidingsdoel heeft meestal betrekking op begeleiding bij achteruitgang van de zorgsituatie.
De cliënten hebben een structurele behoefte aan zorg, op meerdere momenten per dag.
Het beperkingenbeeld van deze cliënten verandert vaak langzaam.
De dominante grondslag voor dit cliëntprofiel is meestal een somatische ziekte/aandoening (…)”
In het Uitvoeringsbesluit verontreiniging rijkswateren (Stb. 1970, 536) waren in 1980 verpleeghuizen en bejaardencentra samen met onderwijsinstellingen, kazernes, ziekenhuizen, woonwagencentra en internaten in één waterklasse ingedeeld (waterklasse 41). Deze waterklasse is tussentijds uitgebreid met recreatie- en horecabedrijven.
Het in september 1986 door de Coördinatie Commissie Uitvoering WVO (hierna: CUWVO) gepubliceerde rapport ‘Afvalwaterproblematiek van ziekenhuizen, aanbevelingen met betrekking tot de sanering van de lozingen van ziekenhuizen’ meldt - voor zover hier van belang - het volgende:
“Het onderzoek dat ten grondslag heeft gelegen aan dit rapport heeft zich tot algemene en academische ziekenhuizen beperkt.
Onder ‘ziekenhuis’ wordt verstaan een inrichting van intramurale gezondheidszorg, waaraan tenminste één laboratorium is verbonden.
(…)
In het algemeen kan gesteld worden dat het ziekenhuisafvalwater veel overeenkomst met huishoudelijk afvalwater vertoont met dien verstande, dat;
- de gehalten van sommige zware metalen, in het ziekenhuisafvalwater, op een niveau hoger liggen. (…).
- organische microverontreinigingen, die een relatie vertonen met gebruikte organische oplosmiddelen, desinfectiemiddelen en schoonmaakmiddelen, goed aantoonbaar zijn.
- door het relatief grote waterverbruik in het ziekenhuis het ziekenhuisafvalwater minder belast lijkt te zijn met zuurstofbindende stoffen.
(…)
Dit onderzoek dat zich tot een zestal ziekenhuizen heeft beperkt (…)
(…)
De instellingen voor extramurale gezondheidszorg omvatten instituten als b.v. huisartspraktijken, kruisorganisaties, bedrijfsgeneeskundige diensten, tandartspraktijken etc. Voor deze aanbevelingen blijven ze verder buiten beschouwing. Instellingen voor intramurale gezondheidszorg zijn ziekenhuizen in wijde betekenis. Een gebruikelijke indeling en enige kerncijfers zijn in onderstaande tabel weergegeven.
(…)
(…)
*) In dit verband wordt opgemerkt dat in het rapport "begrippen en definities d.d. april 1982 van de technische commissie jaarenquêtes instellingen van intramurale gezondheidszorg" de term "ziekenhuis" (algemene, academische, categorale excl. psychiatrisch) wordt gedefinieerd als "een erkende instelling, waarin gedurende dag en nacht tenminste geboden worden: één of meer vormen van medisch specialistische hulp en de daarmee verband houdende verpleging en verzorging". Onder een psychiatrisch ziekenhuis wordt begrepen "eén erkende instelling, waarin gedurende dag en nacht hoofdzakelijk geboden worden: één of meer vormen van psychiatrische hulp en de daarmee verband houdende verpleging en verzorging". Hiermede zijn medebegrepen zg. sociowoningen, psychiatrische hostels, pensions, tehuizen en dependances van pensiontehuizen.
(…)
Verhoudingsgewijs lijkt het ziekenhuisafvalwater minder belast met zuurstofbindende stoffen dan huishoudelijk afvalwater van woningen (beide exclusief regenwater). Aangenomen mag worden dat in een ziekenhuis het afvalwater van huishoudelijke aard meer verdund zal zijn als gevolg van een groter waterverbruik op grond van hygiënische overwegingen, gebruik, van water voor koeldoeleinden, op laboratoria en water afkomstig van technische installaties. Uit de inventarisatie bij de zes ziekenhuizen bleek dat keukenafvalwater door vetafscheiders wordt geleid en etensresten over bet algemeen worden verzameld en afgevoerd naar de veehouderij; vuilversnijdende apparatuur werd niet aangetroffen, ook beschikt geen enkel bij het onderzoek betrokken ziekenhuis over een eigen wasserij; textielreiniging wordt uitbesteed.
(…)”
Met ingang van 1 januari 1985 is waterklasse 41 gesplitst in 41A voor ziekenhuizen, verpleeghuizen en psychiatrische inrichtingen en 41B voor de overige bedrijven van waterklasse 41 waaronder bejaardenhuizen. Het Staatsblad (Stb. 1985, 51) vermeldt ten aanzien van de splitsing het volgende:
“(…)
Nr. |
Bedrijf |
(…) |
Afvalwatercoëfficiënt |
41 |
A. Onderwijsinstellingen, kazernes, bejaardencentra, woonwagencentra, internaten, recreatiebedrijven (zoals campings, caravanterreinen etc.), horecabedrijven etc. |
(…) |
0,027 |
B. Ziekenhuizen, verpleeghuizen en psychiatrische inrichtingen |
(…) |
0,015 |
(…)
NOTA VAN TOELICHTING
(…)
De vaststelling van een nieuwe Tabel Afvalwatercoëfficiënten vloeit voort uit een terzake door de Coördinatiecommissie Uitvoering Wet Verontreiniging Oppervlaktewateren (CUWVO) uitgebracht advies. (…)
Tenslotte is thans een aparte coëfficiënt voor ziekenhuizen, verpleeghuizen en psychiatrische inrichtingen vastgesteld: nr. 41B (nieuw).
Uit metingen bij een groot aantal ziekenhuizen, verpleeghuizen en psychiatrische inrichtingen is namelijk gebleken dat toepassing van de tot nu toe voor deze categorieën geldende coëfficiënt (nr. 41(oud)) tot te hoge vervuilingswaarde leidt. Vanuit sommige van deze instellingen vinden aanzienlijke niet-verontreinigde waterlozingen plaats (bijvoorbeeld koelwater), die in mindering dienen te worden gebracht op het totale waterverbruik. Een voorwaarde daarbij is echter dat deze hoeveelheden door middel van afzonderlijke watermeters worden vastgesteld.”
Van Dale geeft de volgende omschrijving van verpleeg(te)huis: “instelling voor mensen die verpleging nodig hebben, maar niet in een ziekenhuis behandeld hoeven te worden”.
3 Geschil
In geschil is of de Vijverhof voor het bepalen van de hoogte van de aanslag Zuiveringsheffing bedrijven terecht is ingedeeld in waterklasse 8 ‘Bejaardencentra of Overig’, of in waterklasse 7 ‘Verpleegtehuizen’ moet worden ingedeeld.
De heffingsambtenaar staat indeling in waterklasse 8 voor en belanghebbende een indeling als verpleeghuis in waterklasse 7.
De heffingsambtenaar concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank en tot bevestiging van de uitspraken op bezwaar.
Belanghebbende concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.