Home

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 26-06-2018, ECLI:NL:GHARL:2018:6062, 17/00995

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 26-06-2018, ECLI:NL:GHARL:2018:6062, 17/00995

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Datum uitspraak
26 juni 2018
Datum publicatie
27 juli 2018
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2018:6062
Zaaknummer
17/00995

Inhoudsindicatie

MRB. Verzoek toepassing kwarttarief kampeerauto’s. Vertrouwensbeginsel.

Uitspraak

locatie Arnhem

nummer 17/00995

uitspraakdatum: 26 juni 2018

Uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)

tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 22 september 2017, nummer AWB 17/1047, in het geding tussen belanghebbende en

de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Apeldoorn (hierna: de Inspecteur)

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

Belanghebbende heeft op 6 mei 2016 een verzoek gedaan om toepassing van het kwarttarief motorrijtuigenbelasting. De Inspecteur heeft dit verzoek bij voor bezwaar vatbare beschikking van 23 september 2016 afgewezen.

1.2.

Na daartegen gemaakt bezwaar heeft de Inspecteur heeft bij uitspraak op bezwaar van 30 januari 2017 de beschikking gehandhaafd.

1.3.

Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.

1.4.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.

1.5.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 30 mei 2018. Het onderzoek ter zitting is geschorst en op de voet van artikel 8:50, lid 1, van de Algemene wet bestuursrecht, is op 30 mei 2018 een onderzoek ter plaatse ingesteld. Vervolgens is het onderzoek ter zitting hervat. Van de zitting en het onderzoek ter plaatse zijn processen-verbaal opgemaakt, die aan deze uitspraak zijn gehecht.

2 Vaststaande feiten

2.1.

Belanghebbende is houder van een personenauto, merk Citroën, type C8 2.0 HDI, met kenteken [YY-000-Y] , waaraan belanghebbende aanpassingen heeft verricht met het oog op gebruik als kampeerauto (hierna: de kampeerauto).

2.2.

Belanghebbende heeft meermaals telefonisch gesproken met medewerkers van de Belastingdienst, met zowel zogenoemde eerstelijnsmedewerkers als tweedelijnsmedewerkers. Een van de tweedelijnsmedewerkers is de heer [A] (hierna: [A] ). In de aantekeningen die belanghebbende van de telefoongesprekken heeft gemaakt is onder andere het volgende vermeld:

“Vóór 24-3-2016 [A] : belastingdienst 25% tarief motorrijtuigen belasting Apeldoorn 2x

1.30x0,9 m (afronding geen probleem) hierin mag alles zijn aangebracht -bebouwing ook binnen deze maat. Keukenblokje min 60 cm hoog mag het op een stoel? :'Ja dat mag" Eisen bed 2 pers 110x180 cm matras op de grond is dat een bed? -> vaste constructie mag niet schuiven- bedconstructie. RDW=camper->verzoek bijzonder tarief, foto's->twijfels langssturen +/-6wk tijdelijke blokkade

(…)

8-9-16 16:30 Mw [B] : 130 constr.bodem tot het nwe dak, maar dat moet dus kunnen klappen naar 1,70 over lengte van 1 m breedte 90 cm -> heeft dus niets te maken met de achterklep/deurhoogte later (na het telefoongesprek): letterlijk accoord 130 incl opbouwvloer en isolatie in dak Y (ik vroeg) : klopt dit absoluut? :'ja absoluut zeker!' dus onderschrijft eerdere uitspraken [A] .”

2.3.

In de beschikking van 23 september 2016 is, voor zover van belang, het volgende opgenomen:

“Uit de ontvangen informatie/documenten blijkt dat het motorrijtuig niet voldoet aan de voorwaarde(n). Het motorrijtuig met kenteken [YY-000-Y] is geen 130 cm. hoog in de binnenruimte. Waardoor het bijzonder tarief voor een kampeerauto niet kan worden toegepast.”

2.4.

Op 5 oktober 2016 heeft onderzoek aan de kampeerauto plaatsgevonden. Van het onderzoek is een rapport opgemaakt. In bijlage 1 bij het rapport is het volgende opgenomen:

“(1) Aan de vereiste lengte van 200cm en de daarbij behorende breedte van 90 cm wordt voldaan.

Aan de vereiste hoogte van 130 cm wordt echter niet voldaan.

Gemeten vanaf de vloer tot aan het plafond van het voertuig bedraagt de hoogte 123 cm.

(In de binnenruimte zijn materialen aangebracht op de vloer (verhoogde vloer) en het plafond.

Zou ik vanaf de metalenvloer, binnen de uitsparingen waar de stoelen in geplaatst, zijn meten en de plafondplaten worden verwijdert zou waarschijnlijk net de 130cm gehaald worden IMG12

Binnenruimte-eisen voor een kampeerauto:

Let op: wanneer aan de binnenkant van de binnenruimte materialen zijn aangebracht tegen de wanden, de vloer of het plafond, dan wordt voor de beoordeling of wordt voldaan aan de hieronder (1, 2 en 3) vermelde afmetingen uitgegaan van de verkleinde ruimte , dus meten tussen het plafond en de vloer en de wanden van de kampeerauto. Het hele blok moet in de binnenruimte passen. De binnenruimte begint direct achter de voorstoelen waarbij de voorstoelen in de fabrieksmatig achterste stand moeten worden gezet.

(2) Als bed is er een constructie gemaakt van een soort hangmat die aan de handvaten boven de deuren worden bevestigd, deze constructie voldoet wel aan de daarvoor gestelde afmetingen of het sterk genoeg is om het gewicht van (twee) volwassenen te dragen? IMG_7en 8

(3) De vaste afsluitbare opbergfaciliteiten, zijn 2 uitneembare roosters waar aan zakjes zijn bevestigd waarin wat kan worden opgeborgen. IMG_10

(4) Als vast keukenblok is een miniatuur keukenblok aangebracht waarvan het werkblad zich op een hoogte bevind van 57 cm gemeten vanaf de vloer. Het kooktoestel is voorzien van een miniatuur gaspatroontje.Waarbij als afvoer een doorgesneden frisdrank fles was bevestigd.

IMG_6 en IMG_11

(5) Als tafel wil de BLP tevens een omgekeerde stoel gebruiken waarop een hard stuk karton is bevestigd.

IMG_4”

2.5.

Belanghebbende heeft het bezwaar in zijn brief van 25 november 2016 als volgt gemotiveerd:

“N.a.v. de afwijzing van mijn verzoek om toepassing tarief Kampeerauto 10-05-2016 door u ontvangen, zie ik me genoodzaakt om bezwaar te maken op uw besluit.

Na uitgebreid advies te hebben ingewonnen bij u, heb ik mijn camper aangeschaft, na de noodzakelijke door u aangegeven aanpassingen is mijn verzoek niet goedgekeurd i.t.t. het advies van 15 van uw collega's waarmee ik o.a. ook zeer specifiek de hoogte eisen heb besproken.

Uw besluit kwam dan ook totaal onverwacht.

Graag wil ik in een persoonlijk onderhoud overleg om verdere tijdrovende en arbeidsintensieve procedures te voorkomen.

Ik begrijp niet dat zo iets cruciaals en simpels fout kan gaan, met deze enorme gevolgen voor mij. Graag wil ik mijn auto goedgekeurd hebben, zoals continue besproken is met uw 15 collega's waarbij ik al alle afspraken heb voldaan, waardoor ik een gerechtvaardigd vertrouwen heb in uw collega's (inclusief meerderen van uw beoordelingsafdeling).

Vanuit dit standpunt bezien klopt het niet dat mijn camper niet voldoet.”

Bij het bezwaarschrift heeft belanghebbende een lijst met medewerkers van de Belastingdienst gevoegd en een nadere toelichting op het bezwaar.

2.6.

De Rechtbank heeft onder meer overwogen dat belanghebbende naar haar oordeel onvoldoende duidelijk heeft gemaakt wat hij met [A] heeft besproken, welke informatie belanghebbende aan [A] heeft verstrekt en of [A] over alle relevante informatie over de kampeerauto beschikte. De Rechtbank heeft daarom het beroep op het vertrouwensbeginsel verworpen en het beroep ongegrond verklaard.

2.7.

In hoger beroep is een door [A] ondertekende verklaring overgelegd met dagtekening 9 september 2017, waarin het volgende wordt verklaard:

“Wat ik mij nog van gesprekken met de heer [X] kan herinneren, is dat ik heb aangegeven dat de binnenruimte moet voldoen aan de vereiste afmetingen. Dat geldt voor het blok van 130x200x90 cm. En ook voor de hoogte van 170 cm die doormiddel van een hefdak bereikt kan worden.

Verder klopt het dat ik aan de heer [X] heb gevraagd, of hij foto's kon mailen van de inrichting waarop doormiddel van een rolmaat kon worden gezien. Dat de binnenruimte een hoogte van 130cm werd bereikt. Dit puur ter verduidelijking.

Ik heb geen belofte gedaan dat de auto aan de hand van deze foto's goed gekeurd zou worden.

Ik lees in de notities van de heer [X] op de vraag: Mag het keukenblokje op een stoel? Ik zou hebben gezegd: Ja dat mag.

Dit heb ik niet gezegd.

Naar mijn weten heb ik ook uitleg gegeven over de vaste slaapplaatsen en de afmetingen daarvan.

Dit zijn zo'n beetje de punten die ik mij kan herrinneren.”

3 Geschil

In hoger beroep is in geschil het antwoord op de volgende vragen:

- of bij belanghebbende het in rechte te beschermen vertrouwen is gewekt dat het kwarttarief van toepassing is op de kampeerauto;

- of het evenredigheidsbeginsel is geschonden, en in het bijzonder of de Inspecteur de belangen op de juiste wijze heeft gewogen.

4 Beoordeling van het geschil

5 Griffierecht en proceskosten

6 Beslissing