Home

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 03-01-2019, ECLI:NL:GHARL:2019:1, 18/00040

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 03-01-2019, ECLI:NL:GHARL:2019:1, 18/00040

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Datum uitspraak
3 januari 2019
Datum publicatie
11 januari 2019
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2019:1
Zaaknummer
18/00040

Inhoudsindicatie

Forensenbelasting. Artikel 223 van de Gemeentewet schrijft niet voor dat verband moet bestaan tussen enerzijds (de mate van) profijt dat de belastingplichtige van gemeentelijke voorzieningen trekt, en anderzijds het beloop van de door hem verschuldigde forensenbelasting.

Uitspraak

locatie Arnhem

nummer 18/00040

uitspraakdatum: 3 januari 2019

Uitspraak van de vijfde meervoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)

tegen de uitspraak van de rechtbank Overijssel van 19 december 2017, nummer AWB 16/2372, in het geding tussen belanghebbende en

de heffingsambtenaar van de gemeente Ommen (hierna: de heffingsambtenaar)

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

De heffingsambtenaar heeft aan belanghebbende over het belastingjaar 2015 een aanslag forensenbelasting opgelegd van € 1.025 (hierna: de aanslag).

1.2.

Op het bezwaarschrift van belanghebbende heeft de heffingsambtenaar bij uitspraak op bezwaar het bezwaar ongegrond verklaard.

1.3.

Belanghebbende is tegen die uitspraak op bezwaar in beroep gekomen bij de rechtbank Overijssel (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.

1.4.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.

1.5.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 23 november 2018. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.

2 Vaststaande feiten

2.1.

Belanghebbende is sinds 1975 eigenaar van een recreatiewoning aan de [a-straat 1] te [A] (gemeente Ommen)(hierna: de woning).

2.2.

De woning wordt niet verhuurd.

2.3.

De woning is gelegen aan een zandpad. Het zandpad wordt door belanghebbende en zijn buren onderhouden.

2.4.

De heffingsambtenaar heeft met dagtekening 31 januari 2016 de aanslag opgelegd.

3 Geschil

In geschil is of de aanslag tot dit bedrag kon worden opgelegd. Belanghebbende verdedigt het standpunt dat ten hoogste een aanslag ter hoogte van € 500 kon worden opgelegd.

4 Beoordeling van het geschil

5 Griffierecht en proceskosten

6 Beslissing