Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 08-12-2020, ECLI:NL:GHARL:2020:10185, 19/01672
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 08-12-2020, ECLI:NL:GHARL:2020:10185, 19/01672
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 8 december 2020
- Datum publicatie
- 18 december 2020
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2020:10185
- Zaaknummer
- 19/01672
Inhoudsindicatie
Wet Woz. Waardevaststelling woning.
Uitspraak
locatie Arnhem
nummer 19/01672
uitspraakdatum: 8 december 2020
Uitspraak van de drieëntwintigste enkelvoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 8 november 2019, nummer AWB 19/3062, in het geding tussen belanghebbende en
de heffingsambtenaar van Tribuut (hierna: de heffingsambtenaar)
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft bij beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: de Wet WOZ) de waarde van de onroerende zaak [a-straat] 28 te [Z] , per waardepeildatum 1 januari 2018 en naar de toestand op die datum, voor het jaar 2019 vastgesteld op € 279.000. Tegelijk met deze beschikking is de aanslag onroerendezaakbelasting 2019 (OZB) voor zover het betreft het eigenaarsgedeelte vastgesteld op € 356,56.
Op het bezwaarschrift van belanghebbende heeft de heffingsambtenaar bij uitspraak op bezwaar de beschikking en de aanslag gehandhaafd.
Belanghebbende is tegen die uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 13 november 2020. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 Vaststaande feiten
Belanghebbende is eigenaar van de onroerende zaak [a-straat] 28 te [Z] (hierna: de woning). Het betreft een twee-onder-een-kapwoning met een aangebouwde garage en een carport. De woning heeft een inhoud van 480 m³. Het bouwjaar van de woning is 2002.
De heffingsambtenaar heeft bij beschikking de waarde van de woning vastgesteld op € 279.000. Ter onderbouwing van die waarde heeft de heffingsambtenaar een taxatierapport overgelegd van [A] , taxateur. De taxateur heeft de woning vergeleken met [b-straat] 7, 11, 15, 19, 33 en 65 die allemaal rond de waardepeildatum zijn verkocht. Daarnaast heeft de taxateur de woning vergeleken met [a-straat] 50 die op 1 mei 2019 is verkocht, dat wil zeggen zestien maanden na de waardepeildatum. [a-straat] 50 is qua ligging, type woning, uitstraling en inhoud identiek aan de woning. In hoger beroep heeft de taxateur zijn matrix aangevuld met Meinsmasingel 8.
3 Geschil
In geschil is de waarde van de woning op de waardepeildatum.