Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 22-09-2020, ECLI:NL:GHARL:2020:7488, 18/00509 en 18/00510
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 22-09-2020, ECLI:NL:GHARL:2020:7488, 18/00509 en 18/00510
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 22 september 2020
- Datum publicatie
- 2 oktober 2020
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2020:7488
- Zaaknummer
- 18/00509 en 18/00510
Inhoudsindicatie
BPM. Vergoeding van invorderingsrente? Vergoeding wettelijke rente over betaalde griffierecht?
Uitspraak
locatie Arnhem
nummers 18/00509 en 18/00510
uitspraakdatum: 22 september 2020
Uitspraak van de vierde meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[X] h.o.d.n. [Y] te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 2 mei 2018, nummers AWB 17/5321 en 17/5322, in het geding tussen belanghebbende en
de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Doetinchem (hierna: de Inspecteur)
1 Ontstaan en loop van het geding
Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de voldoeningen van belasting van personenauto’s en motorrijwielen (hierna: BPM) voor twee auto’s, auto 1 en auto 2.
De Inspecteur heeft bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar het bezwaar tegen de voldoening voor auto 1 gegrond verklaard en het bezwaar tegen de voldoening voor auto 2 ongegrond verklaard.
Belanghebbende is tegen die uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep voor auto 1 ongegrond verklaard en het beroep voor auto 2 gegrond verklaard, de uitspraak van de Inspecteur voor auto 2 vernietigd en de BPM voor auto 2 vastgesteld. Voorts heeft de Rechtbank een proceskostenvergoeding toegekend en de Inspecteur gelast het betaalde griffierecht te vergoeden.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.
Het Hof heeft bij tussenuitspraak van 2 april 2020 de gemachtigde van belanghebbende geweigerd en belanghebbende bij brief van dezelfde datum in de gelegenheid gesteld binnen vier weken een nieuwe gemachtigde aan te stellen. Een afschrift van de tussenuitspraak is aan de brief gehecht. Belanghebbende heeft op deze brief niet gereageerd.
Het Hof heeft partijen gevraagd of zij ter zitting willen worden gehoord. Partijen hebben binnen de gestelde termijn van twee weken daarop niet gereageerd. Het Hof heeft vervolgens bepaald dat het onderzoek ter zitting achterwege blijft.
2 Vaststaande feiten
Belanghebbende heeft op 16 februari 2017 BPM op aangifte voldaan voor auto 1. Belanghebbende heeft op 2 maart 2017 BPM op aangifte voldaan voor auto 2.
3 Geschil
In geschil is of belanghebbende recht heeft op vergoeding van rente op de voet van artikel 28c Invorderingswet 1990 (hierna: IW). Voorts is in geschil of belanghebbende recht heeft op vergoeding van rente over de betaalde griffierechten.