Home

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 19-10-2021, ECLI:NL:GHARL:2021:9794, 20/00755

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 19-10-2021, ECLI:NL:GHARL:2021:9794, 20/00755

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Datum uitspraak
19 oktober 2021
Datum publicatie
29 oktober 2021
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2021:9794
Zaaknummer
20/00755

Inhoudsindicatie

BPM. Vermindering (afschrijving).

Uitspraak

locatie Arnhem

nummer 20/00755

uitspraakdatum: 19 oktober 2021

Uitspraak van de vijfde meervoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Doetinchem (hierna: de Inspecteur)

en het incidentele hoger beroep van

[belanghebbende] B.V. te [vestigingsplaats] (hierna: belanghebbende)

tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 13 juli 2020, nummer AWB 19/3543, in het geding tussen belanghebbende en de Inspecteur

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

Aan belanghebbende is een naheffingsaanslag in de belasting van personenauto’s en motorrijwielen (hierna: BPM) opgelegd van € 2.853.

1.2.

De Inspecteur heeft bij uitspraak op bezwaar het bezwaar ongegrond verklaard.

1.3.

Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, de uitspraak van de Inspecteur vernietigd en de naheffingsaanslag BPM verminderd tot € 1.997, de Inspecteur veroordeeld in de proceskosten van belanghebbende en gelast dat de Inspecteur het door belanghebbende betaalde griffierecht vergoedt.

1.4.

De Inspecteur heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. Belanghebbende heeft incidenteel hoger beroep ingesteld.

1.5.

Het onderzoek ter zitting heeft via beeldbellen plaatsgevonden op 8 september 2021. Verschenen en gehoord zijn namens belanghebbende de gemachtigde mr. [naam1] en namens de Inspecteur mr. [naam2] en mr. [naam3] . Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.

2 Vaststaande feiten

2.1.

Belanghebbende heeft op 28 februari 2018 aangifte van BPM gedaan voor een Volkswagen Polo 1.8 TSI GTI (de auto) met als datum van eerste toelating 28 maart 2017. Belanghebbende heeft de handelsinkoopwaarde van de auto, inclusief waardevermindering door schade, bepaald op € 874. De schade bedraagt volgens de bij de aangifte gevoegde taxatie, op de opnamedatum 19 februari 2018, € 16.881. De berekende schade is, minus een correctie van € 200, voor 100% in mindering gebracht. De verschuldigde BPM heeft belanghebbende berekend op € 223. De kilometerstand bedroeg ten tijde van de aangifte 3.764.

2.2.

Op 7 maart 2018 heeft een schouw bij de dienst Domeinen Roerende Zaken (hierna: DRZ) plaatsgevonden. De schade aan de auto was toen deels hersteld. DRZ heeft de handelsinkoopwaarde van de auto, inclusief waardevermindering door schade, bepaald op € 12.579. De door DRZ vastgestelde schade bedraagt € 7.260. DRZ heeft de waardevermindering die als gevolg daarvan in aanmerking moet worden genomen, bepaald op 76% van de vastgestelde schade, zijnde € 5.504.

2.3.

De Inspecteur heeft met datum 14 november 2018 een naheffingsaanslag BPM aan belanghebbende opgelegd van € 2.853.

2.4.

De Rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, de uitspraak van de Inspecteur vernietigd en de naheffingsaanslag BPM verminderd tot € 1.997. De Rechtbank heeft de waarde van de auto berekend op € 8.696, zijnde de handelsinkoopwaarde van de auto in onbeschadigde staat (€ 15.717) minus 85% van de totale schade (€ 8.260). Met een consumentenprijs van de auto van € 30.279 en de historische bruto BPM van € 7.731 is de verschuldigde BPM berekend op € 2.220 ((€ 8.696 / € 30.279) * € 7.731). Omdat op aangifte reeds € 223 is betaald, heeft de Rechtbank de naheffingsaanslag verminderd tot € 1.997 (€ 2.220 -/- € 223).

3 Geschil

3.1.

Tussen partijen is naar aanleiding van de zitting bij de Rechtbank niet langer in geschil dat de handelsinkoopwaarde van de auto in onbeschadigde staat € 15.717 bedraagt. Uitgaande van deze inkoopwaarde minus de door de Inspecteur verdedigde waardevermindering vanwege schade (€ 5.504, zie rapportage Dienst Domeinen), komt de inkoopwaarde op € 10.213, de verschuldigde BPM op € 2.607 en de naheffingsaanslag op € 2.384 (€ 2.607 -/- € 223).

3.2.

In geschil is of de naheffingsaanslag nog verder moet worden verminderd dan het bedrag van € 2.384 in verband met de schade aan de auto. Hierbij is specifiek in geschil:

1) de totale in aanmerking te nemen schade,

2) het percentage van de totale schade dat in aanmerking moet worden genomen, en

3) of een vermindering in aanmerking moet worden genomen vanwege het schadeverleden van de auto.

4 Beoordeling van het geschil

5 Griffierecht en proceskosten

6 Beslissing