Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 29-03-2022, ECLI:NL:GHARL:2022:2516, 21/00193
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 29-03-2022, ECLI:NL:GHARL:2022:2516, 21/00193
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 29 maart 2022
- Datum publicatie
- 8 april 2022
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2022:2516
- Formele relaties
- Cassatie: ECLI:NL:HR:2023:803
- Zaaknummer
- 21/00193
Inhoudsindicatie
Wet Woz. Waardevaststelling recreatiewoning.
Uitspraak
locatie Leeuwarden
nummer 21/00193
uitspraakdatum: 29 maart 2022nummer 07/005620111
Uitspraak van de vijftiende enkelvoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[belanghebbende] te [woonplaats1] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 5 januari 2021, nummer LEE 19/4390, in het geding tussen belanghebbende en
de heffingsambtenaar van de gemeente Westerveld (hierna: de heffingsambtenaar).
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft bij beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: de Wet WOZ) de waarde van de onroerende zaak [adres1] 7 te [plaats1] (hierna: de onroerende zaak), per waardepeildatum 1 januari 2018 en naar de toestand op die datum, voor het jaar 2019 vastgesteld op € 197.000. Tegelijk met deze beschikking is voorts de aanslag onroerendezaakbelasting vastgesteld.
Op het bezwaarschrift van belanghebbende heeft de heffingsambtenaar bij uitspraak op bezwaar de vastgestelde waarde alsmede de opgelegde aanslag gehandhaafd.
Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de rechtbank Noord-Nederland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep bij uitspraak van 5 januari 2021 ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 15 februari 2022 te Leeuwarden. Daarbij zijn verschenen en gehoord [naam1] als gemachtigde van belanghebbende, alsmede [naam2] namens de heffingsambtenaar, bijgestaan door [naam3] .
De gemachtigde van belanghebbende heeft een pleitnota voorgedragen en deze, met toestemming van de heffingsambtenaar met bijlagen, overgelegd.
Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 De vaststaande feiten
De onroerende zaak is een in 1975 gebouwde vrijstaande recreatiewoning op een park met een berging en een tuinhuis. De onroerende zaak heeft een kaveloppervlakte van 1.222 m².
De onroerende zaak is in het kader van een verbouwing vergroot en gerenoveerd. De renovatie is in 2015 gestart en medio augustus 2017 afgerond.
3 Het geschil, de standpunten en conclusies van partijen
In geschil is of de waarde van de onroerende zaak op de waardepeildatum niet te hoog is vastgesteld.
Belanghebbende beantwoordt deze vraag ontkennend en concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank, vernietiging van de uitspraak op bezwaar en vermindering van de waarde van de onroerende zaak op waardepeildatum tot € 176.000.
De heffingsambtenaar beantwoordt de hiervoor – onder 3.1 – vermelde vraag bevestigend en concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.
Beide partijen hebben voor hun standpunt aangevoerd wat is vermeld in de van hen afkomstige stukken. Daaraan hebben zij ter zitting toegevoegd hetgeen is vermeld in het aan deze uitspraak gehechte proces-verbaal van de zitting.