Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 28-06-2022, ECLI:NL:GHARL:2022:5415, 21/00616
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 28-06-2022, ECLI:NL:GHARL:2022:5415, 21/00616
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 28 juni 2022
- Datum publicatie
- 8 juli 2022
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2022:5415
- Zaaknummer
- 21/00616
Inhoudsindicatie
Belastingrente.
Uitspraak
locatie Arnhem
nummer 21/00616
uitspraakdatum: 28 juni 2022
Uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
Maatschap [belanghebbende] te [vestigingsplaats] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank) van 21 april 2021, nummer AWB 20/1236, in het geding tussen belanghebbende en
de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Utrecht (hierna: de Inspecteur)
1 Ontstaan en loop van het geding
Aan belanghebbende is belastingrente vergoed over het tijdvak 1 januari 2015 tot en met 31 maart 2015 van € 252.
De Inspecteur heeft bij uitspraak op bezwaar de vergoeding belastingrente verhoogd tot € 502.
Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de Rechtbank. De Rechtbank heeft zich onbevoegd verklaard en bepaald dat uitsluitend een vordering bij de civiele rechter kan worden ingesteld.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 17 mei 2022. Daarbij zijn verschenen en gehoord [naam1] , [naam2] en mr. A. Plantinga, als de gemachtigde van belanghebbende, alsmede [naam3] , [naam4] , en [naam5] namens de Inspecteur. De zaken 21/00516 en 21/00616 zijn ter zitting gelijktijdig behandeld. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 Vaststaande feiten
Dit Hof heeft op 18 juni 2019 uitspraak gedaan in een geschil tussen belanghebbende en de Inspecteur met betrekking tot de aftrek van voorbelasting.1 In deze uitspraak heeft het Hof beslist over teruggaven omzetbelasting, alsmede aan de Inspecteur gelast dat aan belanghebbende over de teruggaven belastingrente wordt vergoed op de voet van artikel 30ha Algemene wet inzake rijksbelastingen (hierna: AWR).
Naar aanleiding van deze uitspraak heeft belanghebbende met dagtekening 17 oktober 2019 een kennisgeving teruggaaf omzetbelasting ontvangen over het eerste kwartaal 2015, waarop tevens een bedrag aan te vergoeden belastingrente is vermeld van € 252.
Belanghebbende heeft tegen de vergoeding belastingrente bezwaar gemaakt.
De Inspecteur heeft bij uitspraak op bezwaar de vergoeding belastingrente verhoogd tot € 502.
Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de Rechtbank. De Rechtbank heeft zich onbevoegd verklaard en bepaald dat uitsluitend een vordering bij de civiele rechter kan worden ingesteld.
3 Geschil
In geschil is de hoogte van de vergoeding belastingrente.