Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 19-07-2022, ECLI:NL:GHARL:2022:6287, 21/00679
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 19-07-2022, ECLI:NL:GHARL:2022:6287, 21/00679
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 19 juli 2022
- Datum publicatie
- 29 juli 2022
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2022:6287
- Zaaknummer
- 21/00679
Inhoudsindicatie
Wet Woz. Waardevaststelling woning.
Uitspraak
locatie Arnhem
nummer BK-ARN 21/00679
uitspraakdatum: 19 juli 2022
Uitspraak van de negentiende enkelvoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[belanghebbende] te [woonplaats] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland (hierna: de Rechtbank) van 23 april 2021, nummer UTR 20/185, in het geding tussen belanghebbende en
de heffingsambtenaar van de gemeente Hilversum (hierna: de heffingsambtenaar)
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft ten aanzien van belanghebbende bij beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: Wet WOZ) de waarde van de onroerende zaak [adres1] 31 te [woonplaats] (hierna: de onroerende zaak) met waardepeildatum 1 januari 2018, voor het kalenderjaar 2019 vastgesteld op € 332.000. Tegelijk met deze beschikking is de aanslag onroerendezaakbelasting 2019 (OZB) ten bedrage van € 285,18 aan belanghebbende opgelegd.
Het tegen die beschikkingen gemaakte bezwaar is door de heffingsambtenaar bij uitspraken op bezwaar ongegrond verklaard.
Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de Rechtbank. De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.
Het onderzoek ter zitting in hoger beroep heeft plaatsgevonden op 30 juni 2022. Daarbij zijn verschenen en gehoord namens belanghebbende A. van den Dool als haar gemachtigde en namens de heffingsambtenaar [naam1] , bijgestaan door taxateur [de taxateur] via een beeldverbinding.
2 Vaststaande feiten
Belanghebbende is eigenaar van de onroerende zaak. De onroerende zaak is een rijwoning uit het bouwjaar 1956, met een inhoud van 341 m³, een perceel van 188 m², een dakkapel en een berging.
De heffingsambtenaar heeft de voor de onroerende zaak vastgestelde waarde onderbouwd met een in de beroepsfase overgelegde waardematrix, opgemaakt door de taxateur [de taxateur] , waarin de waarde per 1 januari 2018 (hierna: de waardepeildatum) is bepaald op € 332.000. De vastgestelde waarde van de onroerende zaak is bepaald door vergelijking met verkoopgegevens van zes rijwoningen uit [woonplaats] . Ter onderbouwing van de getaxeerde waarde van de onroerende zaak zijn in het rapport onder meer de volgende gegevens vermeld:
Object |
Bouw-jaar woning |
Inhoud woning m3 |
Waarde woning per m3 |
Gemiddelde waarde per m³ na corr |
Opper-vlakte grond m2 |
Bijgebouwen |
Datum koopovereen komst |
Getaxeerde waarde/ verkoopprijs |
Onroerende zaak |
1956 |
341 |
€ 653 |
188 |
Dakkapel € 5.000 Berging € 5.000 |
- |
€ 332.000 |
|
[adres1] 19 |
1956 |
359 |
€ 617 |
€ 670 |
175 |
Dakkapel € 5.000 Berging € 5.000 |
05-04-2018 |
€ 340.000 |
[adres1] 46 |
1956 |
397 |
€ 714 |
€ 714 |
189 |
Dakkapel € 5.000 Berging € 5.000 |
10-05-2018 |
€ 410.000 |
[adres1] 38 |
1956 |
397 |
€ 693 |
€ 693 |
190 |
Dakkapel € 5.000 Berging € 5.000 |
01-06-2018 |
€ 360.000 |
[adres2] 8 |
1956 |
376 |
€ 640 |
€ 696 |
182 |
Dakkapel € 5.000 Berging € 5.000 |
19-12-2020 |
€ 430.000 |
[adres2] 10 |
1956 |
375 |
€ 559 |
€ 640 |
177 |
Dakkapel € 5.000 Berging € 5.000 |
12-12-2020 |
€ 390.000 |
[adres3] 222 |
1956 |
418 |
€ 669 |
€ 619 |
187 |
Dakkapel 2x € 10.000 Berging € 5.000 Luifel € 2.500 |
12-01-2018 |
€ 390.000 |
De kwaliteit, het onderhoud, de uitstraling, doelmatigheid, voorzieningen en ligging (hierna: de KOUDV-factoren) zijn voor de onroerende zaak en de referentieobjecten steeds aangemerkt als gemiddeld (3), behalve de voorzieningen van [adres1] 19 en [adres2] 8 en 10 die als matig (2) zijn gewaardeerd, de voorzieningen van [adres3] 222 die als bovengemiddeld (4) zijn gewaardeerd, de ligging van [adres3] 222 die matig (2) is gewaardeerd), en voorts de kwaliteit van [adres2] 10 die op matig (2) is gewaardeerd.
Als toelichting op de gehanteerde grondprijzen heeft de heffingsambtenaar een grondstaffel opgenomen. Deze is als volgt:
Oppervlakte in m² |
Prijs per m² |
0-100 |
€ 605 |
101-150 |
€ 544 |
151-250 |
€ 302 |
251-750 |
€ 114 |
751 en meer |
€ 6 |
De Rechtbank heeft geoordeeld dat belanghebbende een aantal ter zitting betrokken stellingen te laat heeft ingenomen en heeft deze buiten beschouwing gelaten. Verder heeft de Rechtbank geoordeeld dat de heffingsambtenaar aannemelijk heeft gemaakt dat de waarde niet te hoog is vastgesteld. Het beroep is ongegrond verklaard.
3 Geschil
In geschil is de WOZ-waarde. Belanghebbende stelt dat de WOZ-waarde op € 305.000 moet worden vastgesteld. Verder stelt belanghebbende dat de heffingsambtenaar in de beroepsfase dermate andere gegevens heeft overgelegd, dat daaruit blijkt dat de uitspraak op bezwaar onzorgvuldig is gedaan. Zij is daarom (mogelijk) gedwongen beroep aan te tekenen. Om die reden moet een proceskostenvergoeding voor het beroep en hoger beroep worden toegekend.
De heffingsambtenaar concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.