Home

Gerechtshof Arnhem, 22-05-2001, AB2166, 99-01869

Gerechtshof Arnhem, 22-05-2001, AB2166, 99-01869

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem
Datum uitspraak
22 mei 2001
Datum publicatie
4 juli 2001
ECLI
ECLI:NL:GHARN:2001:AB2166
Zaaknummer
99-01869

Inhoudsindicatie

-

Uitspraak

Gerechtshof Arnhem

enkelvoudige belastingkamer

nummer 99/01869

Proces-verbaal mondelinge uitspraak

belanghebbende : [X]

te : [Z]

verweerder : de Inspecteur van de Belastingdienst/Particulieren [P]

aangevallen beslissing : uitspraak op bezwaar

betreft : aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen 1997

nummer : [H.76]

mondelinge behandeling : op te

waarbij verschenen : belanghebbende, alsmede de Inspecteur

gronden:

1. Belanghebbende is in februari van het onderhavige jaar 1997 als fotograaf in dienst getreden bij een in [Q] gevestigde werkgever. Zijn werkgebied beslaat geheel Nederland, in verhouding werkt hij veel in Groningen en Friesland. Enige malen per week moet hij voor zijn werk in [Q] zijn.

2. Op 24 april 1997 is belanghebbende verhuisd naar [R]. Tot die datum woonde hij in [S].

3. Tussen partijen is in geschil of belanghebbende aanspraak kan maken op aftrek van verhuiskosten.

4. In dezen doet zich niet een situatie voor als bedoeld in artikel 7b van de Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 1990. Belanghebbende is noch binnen een afstand van 10 km van [Q] gaan wonen, noch is door de verhuizing de afstand van zijn woning naar [Q] met ten minste 50 percent bekort.

5. Verhuiskosten komen alsdan slechts als aftrekbare kosten uit dienstbetrekking in aanmerking indien de (nieuwe) dienstbetrekking tot verhuizing noopte. Hetgeen belanghebbende - die door zijn nieuwe werkgever niet tot verhuizing verplicht is - in dit verband heeft aangevoerd en met name de kortere reistijd naar [Q] (circa een half uur korter) en de gestelde tijdsbesparing (in de spits) tot 60 minuten die reizen vanuit [R] naar Noord, Noordwest- en Oost-Nederland zou opleveren vergeleken met reizen vanuit [S], rechtvaardigen een dergelijke conclusie niet.

slotsom:

Het beroep is niet gegrond.

proceskosten:

Het Hof acht geen termen aanwezig voor een kostenveroordeling als bedoeld in artikel 5a van de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken.

beslissing:

Het Gerechtshof bevestigt de uitspraak van de Inspecteur.

Aldus gedaan en in het openbaar uitgesproken op door F.J.P.M. Haas, lid van de enkelvoudige belastingkamer, in tegenwoordigheid van mr. A.W.M. van der Waerden als griffier.

Waarvan opgemaakt dit proces-verbaal.

De griffier, Het lid van de voormelde kamer,

(A.W.M. van der Waerden) (F.J.P.M. Haas)

Afschriften zijn aangetekend per post verzonden op 28 mei 2001

Tegen deze mondelinge uitspraak is geen beroep in cassatie mogelijk; dat kan alleen tegen een schriftelijke uitspraak van het Gerechtshof. Ieder van de partijen kan binnen vier weken na de verzenddatum van dit proces-verbaal het Gerechtshof verzoeken de mondelinge uitspraak te vervangen door een schriftelijke. De vervanging van een mondelinge uitspraak door een schriftelijke strekt ertoe de mondelinge uitspraak in een andere vorm vast te leggen. Bij de vervanging van een mondelinge uitspraak mag het Gerechtshof de gedane uitspraak niet aan een heroverweging onderwerpen.

De partij die om een vervangende schriftelijke uitspraak verzoekt is hiervoor griffierecht verschuldigd en krijgt daarover bericht van de griffier. Het griffierecht dat de belanghebbende betaalt ter verkrijging van een schriftelijke uitspraak, komt in mindering op het griffierecht dat de griffier van de Hoge Raad zal heffen als de belanghebbende beroep in cassatie instelt.