Gerechtshof Den Haag, 26-04-2013, ECLI:NL:GHDHA:2013:1807, BK-12/00340
Gerechtshof Den Haag, 26-04-2013, ECLI:NL:GHDHA:2013:1807, BK-12/00340
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 26 april 2013
- Datum publicatie
- 26 augustus 2013
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2013:1807
- Formele relaties
- Na verwijzing door: ECLI:NL:HR:2012:BW0929
- Zaaknummer
- BK-12/00340
Inhoudsindicatie
KBL-zaak. Verwijzingszaak HR 6 april 2012, nr. 10/04801. De inspecteur heeft te kennen gegeven dat naar maatstaven van boeterecht het van hem te verlangen bewijs niet is te leveren en heeft zich daarom alsnog verenigd met het standpunt van belanghebbende dat de verhogingen en de boeten moeten vervallen.
Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
meervoudige kamer
nummer BK-12/00340
Uitspraak van 26 april 2013
in het geding tussen:
[X] te [Z], belanghebbende,
en
de directeur van de Belastingdienst Holland-Noord, de Inspecteur,
op het beroep van belanghebbende tegen de uitspraken van de Inspecteur betreffende de hierna vermelde navorderingsaanslagen en beschikkingen.
Navorderingsaanslagen, kwijtscheldingsbesluiten, boetebeschikkingen en bezwaar
1.1.1. Aan belanghebbende zijn over de jaren 1991 tot en met 1997 navorderingsaanslagen in de inkomstenbelasting en de premie volksverzekeringen (IB/PVV) opgelegd. De navorderingsaanslagen zijn opgelegd met een verhoging van 100 percent van de belasting/premie, van welke verhoging geen kwijtschelding is verleend.
1.1.2. Aan belanghebbende zijn over de jaren 1998 en 1999 navorderingsaanslagen in de IB/PVV opgelegd en bij beschikkingen boeten van 100 percent.
1.2. De navorderingsaanslagen, de kwijtscheldingsbesluiten en de boetebeschikkingen zijn, na daartegen gemaakt bezwaar, bij uitspraken van de Inspecteur gehandhaafd.