Home

Gerechtshof Den Haag, 17-07-2013, ECLI:NL:GHDHA:2013:2710, BK-12-00367

Gerechtshof Den Haag, 17-07-2013, ECLI:NL:GHDHA:2013:2710, BK-12-00367

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
17 juli 2013
Datum publicatie
7 augustus 2013
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2013:2710
Formele relaties
Zaaknummer
BK-12-00367

Inhoudsindicatie

Vennootschapsbelasting. Belanghebbende (een BV) is sinds 11 januari 2005 een 100%-dochtervennootschap van A BV. A BV heeft ten behoeve van haar dga een pensioenregeling getroffen en daartoe in eigen beheer een pensioenvoorziening gevormd. Belanghebbende heeft van A BV per 31 december 2005 de pensioenverplichting en de lijfrenteverplichtingen overgenomen en tevens daarvoor een overnamevergoeding ontvangen. Belanghebbende is een lichaam als bedoeld in art. 19a, eerste lid, onderdeel d, Wet LB 1964. In geschil is de waardering van de pensioenverplichting ultimo 2005. Subsidiair neemt belanghebbende het standpunt in dat gezien de ontwikkelingen in sterftetabellen en marktrente, een opwaardering van de pensioenverplichting dient plaats te vinden van € 50.764. Het Hof volgt belanghebbende in zijn subsidiaire standpunt, zodat de balanswaarde van de pensioenverplichting exclusief kostenopslag per ultimo 2005 op € 1.418.945 + € 50.764 = € 1.469.709 dient te worden gesteld. Anders dan belanghebbende meent, leidt een beroep op onderdeel B.2.1 van het besluit van de staatssecretaris van Financiën van 3 juli 2008, nr. CPP2008/447M, Stcrt. 2008, 133 niet tot een verderstrekkend oordeel.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Team Belastingrecht

meervoudige kamer

nummer BK-12/00367

Uitspraak d.d. 17 juli 2013

in het geding tussen:

[X] B.V., gevestigd te [Z], belanghebbende,

en

de directeur van de Belastingdienst Haaglanden, de Inspecteur,

op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank ’s-Gravenhage (thans rechtbank Den Haag) van 1 maart 2012, nummer AWB 10/4647, betreffende na te vermelden aanslag en beschikking.

Aanslag, beschikking, bezwaar, geding in eerste aanleg

1.1. Aan belanghebbende is voor het jaar 2005 een aanslag in de vennootschapsbelasting opgelegd naar een belastbaar bedrag van € 525.719. Bij gelijktijdig genomen beschikking is een bedrag van € 28.705 aan heffingsrente in rekening gebracht.

1.2. Bij uitspraken op bezwaar heeft de Inspecteur belanghebbendes bezwaren tegen de aanslag en de beschikking afgewezen.

1.3. Belanghebbende heeft tegen de uitspraken op bezwaar beroep bij de rechtbank ingesteld. De rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard.

Loop van het geding in hoger beroep

Vaststaande feiten

Omschrijving geschil in hoger beroep en standpunten van partijen

Conclusies van partijen

Oordeel van de rechtbank

B.1.2. Vaststelling marktrente

B.1.3. Sterftegrondslagen

B.2.1. Algemeen

B.2.2. Vaststelling marktrente

Goedkeuring inzake aangepaste marktrente

B.2.3. Sterftegrondslagen

Beoordeling van het hoger beroep

Proceskosten en griffierecht

Beslissing