Gerechtshof Den Haag, 26-06-2013, ECLI:NL:GHDHA:2013:3330, BK-12-00014
Gerechtshof Den Haag, 26-06-2013, ECLI:NL:GHDHA:2013:3330, BK-12-00014
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 26 juni 2013
- Datum publicatie
- 4 september 2013
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2013:3330
- Formele relaties
- Eerste aanleg: ECLI:NL:RBSGR:2011:BV0506, Bekrachtiging/bevestiging
- Zaaknummer
- BK-12-00014
Inhoudsindicatie
Loonbelasting. Naheffing. Belanghebbende was in de onderhavige jaren als zelfstandige werkzaam in de glazenwasserijbranche. Belanghebbende heeft niet aan de op hem rustende administratie- en bezwaarplicht voldaan. Omkering en verzwaring van de bewijslast. Schatting van de omzet.
Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
meervoudige kamer
nummer BK-12/00014
Uitspraak d.d. 26 juni 2013
in het geding tussen:
[X] te [Z], belanghebbende,
en
de directeur van de Belastingdienst Haaglanden, de Inspecteur,
op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank ’s-Gravenhage (thans: Den Haag) van 28 november 2011, nr. AWB 10/4923 LB/PVV, betreffende de hierna vermelde naheffingsaanslag en beschikking.
Aanslag, beschikking, bezwaar en geding in eerste aanleg
1.1. Aan belanghebbende is een naheffingsaanslag loonbelasting/premie volksverzekeringen over het tijdvak 1 januari 2001 tot en met 31 december 2005 opgelegd ten bedrage van € 380.322 (hierna: de naheffingsaanslag). Voorts is bij beschikking een bedrag van € 41.252 aan heffingsrente aan belanghebbende in rekening gebracht (hierna: de beschikking heffingsrente).
1.2. De Inspecteur heeft bij uitspraak op bezwaar van 6 juli 2010 het bezwaar van belanghebbende tegen de naheffingsaanslag gegrond verklaard, de naheffingsaanslag verminderd tot € 283.414 en de beschikking heffingsrente dienovereenkomstig gewijzigd.
1.3. Belanghebbende heeft daartegen bij brief van 14 juli 2010, ontvangen bij de rechtbank op 15 juli 2010, beroep ingesteld.
1.4. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, de uitspraak op bezwaar vernietigd, de naheffingsaanslag tot € 147.094 verminderd, de Inspecteur gelast de beschikking heffingsrente dienovereenkomstig te wijzigen, bepaald dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde besluit; de Inspecteur veroordeeld de proceskosten tot een bedrag van € 1.196 aan belanghebbende te vergoeden en gelast dat de Inspecteur het door belanghebbende betaalde griffierecht van € 41 aan hem vergoedt.