Home

Gerechtshof Den Haag, 22-04-2013, ECLI:NL:GHDHA:2013:4077, BK-12/00335

Gerechtshof Den Haag, 22-04-2013, ECLI:NL:GHDHA:2013:4077, BK-12/00335

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
22 april 2013
Datum publicatie
25 november 2013
Annotator
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2013:4077
Zaaknummer
BK-12/00335

Inhoudsindicatie

Wet WOZ. De door belanghebbende gestelde taxatiekosten komen in deze procedure niet voor vergoeding in aanmerking, reeds omdat het taxatierapport en het aanvullende rapport niet hebben bijgedragen aan de beslissing van de rechtbank, inhoudende dat belanghebbende ontvankelijk wordt verklaard in zijn bezwaar en dat de zaak wordt teruggewezen naar de inspecteur om opnieuw uitspraak te doen.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Team Belastingrecht

meervoudige kamer

nummer BK-12/00335

Uitspraak van 22 april 2013

in het geding tussen:

[X] te [Z], belanghebbende,

en

de heffingsambtenaar van de gemeente Den Haag, de Inspecteur,

op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 29 maart 2012, nummer AWB 11/9074, betreffende de hierna vermelde beschikking en aanslag.

Beschikking, aanslag, bezwaar en geding in eerste aanleg

1.1. Bij beschikking als bedoeld in artikel 22 van de Wet waardering onroerende zaken is de waarde van de onroerende zaak, plaatselijk bekend als [a-straat 1] te [Q] (hierna: de woning), vastgesteld op € 340.000 per 1 januari 2010. De beschikking geldt voor het kalenderjaar 2011.

1.2. Aan belanghebbende is voor het jaar 2011 wegens het genot krachtens eigendom, bezit of beperkt recht van de woning een aanslag in de onroerendezaakbelasting van de gemeente Den Haag naar een heffingsmaatstaf van € 340.000 opgelegd.

1.3. Het biljet waaruit van de beschikking en de aanslag blijkt, is gedagtekend 28 februari 2011.

1.4. Belanghebbende heeft tegen de beschikking en de aanslag bezwaar gemaakt. Bij in één geschrift, gedagtekend 28 november 2011, vervatte uitspraken op bezwaar heeft de Inspecteur belanghebbendes bezwaren tegen de beschikking en de aanslag niet-ontvankelijk verklaard.

1.5. Belanghebbende heeft tegen de uitspraken van de Inspecteur beroep bij de rechtbank ingesteld. In verband hiermee is een griffierecht geheven van € 41. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, de uitspraak op bezwaar vernietigd, de Inspecteur opgedragen een nieuwe beslissing op het bezwaar te nemen met inachtneming van hetgeen in de uitspraak is overwogen, de Inspecteur veroordeeld de proceskosten ten bedrage van € 15 aan belanghebbende te voldoen en de Inspecteur gelast het griffierecht aan belanghebbende te vergoeden.

Loop van het geding in hoger beroep

Vaststaande feiten

Omschrijving geschil in hoger beroep en standpunten van partijen

Conclusies van partijen

Oordeel van de rechtbank

Beoordeling van het hoger beroep

Proceskosten

Beslissing