Home

Gerechtshof Den Haag, 04-04-2014, ECLI:NL:GHDHA:2014:1328, BK-13-01335.su.mb.def

Gerechtshof Den Haag, 04-04-2014, ECLI:NL:GHDHA:2014:1328, BK-13-01335.su.mb.def

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
4 april 2014
Datum publicatie
16 april 2014
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2014:1328
Formele relaties
Zaaknummer
BK-13-01335.su.mb.def

Inhoudsindicatie

Overdrachtsbelasting. De twee in geding zijnde elementen, te weten de glasopstanden en de andere opstallen, delen niet in de cultuurgrondvrijstelling, omdat de vrijstelling ziet op de verkrijging van de (onder)grond.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Team Belastingrecht

nummer BK-13/01335

meervoudige kamer

Uitspraak van 4 april 2014

in het geding tussen:

[X] B.V. (voorheen [Y] B.V.), statutair gevestigd te [Z] (gemeente Lansingerland), belanghebbende,

en

de directeur van de Belastingdienst/kantoor [P], de Inspecteur,

op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 22 augustus 2013, nummer SGR 13/892.

Aangifte, bezwaar en beroep

1.1. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen een voldoening op aangifte van € 209.439 aan overdrachtsbelasting.

1.2. Bij uitspraak op bezwaar heeft de Inspecteur een teruggaaf van € 11.535 verleend.

1.3. Tegen de uitspraak van de Inspecteur heeft belanghebbende beroep bij de rechtbank ingesteld. Een griffierecht van € 310 is geheven.

1.4. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.

Hoger beroep

2.1. Belanghebbende is van de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep gekomen bij het Hof. Een griffierecht van € 478 is geheven.

2.2. De Inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.

2.3. De mondelinge behandeling van de zaak heeft plaatsgehad ter zitting van het Hof van 21 maart 2014 in Den Haag. Partijen zijn verschenen. Van het verhandelde ter zitting is door de griffier een proces-verbaal opgemaakt.

Feiten

De rechtbank

Geschil in hoger beroep en standpunten van partijen

Beoordeling van het hoger beroep

Proceskosten en griffierechten

Beslissing