Home

Gerechtshof Den Haag, 06-06-2014, ECLI:NL:GHDHA:2014:2199, BK-13-01259_13-01261

Gerechtshof Den Haag, 06-06-2014, ECLI:NL:GHDHA:2014:2199, BK-13-01259_13-01261

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
6 juni 2014
Datum publicatie
7 juli 2014
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2014:2199
Zaaknummer
BK-13-01259_13-01261

Inhoudsindicatie

Loonbelasting. Naheffing. Privégebruik auto.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Team Belastingrecht

meervoudige kamer

nummers BK-13/01259 t/m BK-13/01261

Uitspraak van 6 juni 2014

in het geding tussen:

[X] Holding B.V., statutair gevestigd te [Z], belanghebbende,

en

de directeur van de Belastingdienst/kantoor [P], de Inspecteur,

op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 16 juli 2013, nummers SGR 12/11754, SGR 13/2116 en SGR 13/2115.

Naheffingsaanslagen, beschikkingen, bezwaar en beroep

1.1. Aan belanghebbende zijn over de tijdvakken 2008, 2009 en 2010 naheffingsaanslagen in de loonbelasting en de premie volksverzekeringen (€ 5.472, € 5.508 en € 5.289), en bij beschikkingen boeten (50, 50 en 100 percent) opgelegd. Telkens is bij beschikking heffingsrente (€ 549, € 365 en € 218) in rekening gebracht.

1.2. Bij uitspraken op bezwaar heeft de Inspecteur de naheffingsaanslagen, de boete voor 2010 en de beschikkingen heffingsrente gehandhaafd, de boeten voor 2008 en 2009 tot 25 percent verminderd, met dien verstande dat alle boeten ook zijn gematigd met 5 percent wegens tijdsverloop.

1.3. Tegen de uitspraken van de Inspecteur heeft belanghebbende beroep bij de rechtbank ingesteld. Aan griffierechten is € 628 (€ 310 plus € 318) geheven.

1.4. Wegens het uitblijven van een beslissing op de bezwaren tegen de naheffingsaanslagen voor 2008 en 2010 heeft belanghebbende de Inspecteur in gebreke gesteld en dwangsommen aangezegd. Bij beschikkingen van 2 april 2013 heeft de Inspecteur de verzoeken om toekenning van een dwangsom afgewezen.

1.5. De rechtbank heeft de beroepen tegen de beschikkingen van 2 april 2013 gegrond verklaard, die beschikkingen vernietigd, de Inspecteur veroordeeld tot het betalen van een dwangsom aan belanghebbende van € 920, het beroep tegen de uitspraak op bezwaar die ziet op de boetebeschikking voor 2010 gegrond verklaard, de uitspraak op bezwaar die ziet op die boetebeschikking vernietigd, die boetebeschikking vernietigd, de beroepen voor het overige ongegrond verklaard en de Inspecteur opgedragen het in de zaak SGR 13/2115 betaalde griffierecht van € 318 aan belanghebbende te vergoeden.

Hoger beroep

2.1. Belanghebbende is van de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep gekomen bij het Hof. Een griffierecht van € 478 is geheven.

2.2. De Inspecteur heeft een verweerschrift ingediend en incidenteel hoger beroep ingesteld. Belanghebbende heeft het incidentele hoger beroep beantwoord.

2.3. Ter zake van het hoger beroep heeft belanghebbende gerepliceerd en de Inspecteur gedupliceerd.

2.4. De mondelinge behandeling van de zaak heeft plaatsgehad ter zitting van het Hof van 2 mei 2014 in Den Haag. Partijen zijn verschenen. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt.

Feiten

De rechtbank

Omschrijving geschil en standpunten van partijen

Beoordeling van het hoger beroep en het incidentele hoger beroep

Proceskosten