Gerechtshof Den Haag, 02-07-2014, ECLI:NL:GHDHA:2014:2297, BK-13/01753
Gerechtshof Den Haag, 02-07-2014, ECLI:NL:GHDHA:2014:2297, BK-13/01753
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 2 juli 2014
- Datum publicatie
- 28 juli 2014
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2014:2297
- Zaaknummer
- BK-13/01753
Inhoudsindicatie
Wet WOZ. Waarde monumentaal ambachtshuis niet te hoog vastgesteld. Belanghebbende heeft zijn stelling dat omgevingsfactoren, in het bijzonder de (voorgenomen) bouw van een appartementencomplex tegenover de woning, tot een aanzienlijk lagere waarde dan de vastgestelde waarde zouden moeten leiden onvoldoende feitelijk onderbouwd. Ook de stelling dat de WOZ-waarden in de afgelopen jaren binnen een bandbreedte van € 797.000 (in 2004) tot € 1.204.000 (in 2009) hebben gelegen en dat daarom, gelet ook op de huidige, dalende markt van onroerende zaken, de aanmerkelijk hogere getaxeerde waarde van de woning van € 1.421.000 onbegrijpelijk is, is naar het oordeel van het Hof geen reden om de vastgestelde waarde van € 1.154.000 te hoog te achten.
Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
meervoudige kamer
nummer BK-13/01753
Uitspraak d.d. 2 juli 2014
in het geding tussen:
[X] te [Z], belanghebbende,
en
de heffingsambtenaar van de gemeente Bernisse, de heffingsambtenaar,
op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam, zittingsplaats Dordrecht, van 3 oktober 2013, nummer DOR 12/1508, betreffende de hierna vermelde beschikking en aanslag.
Beschikking, aanslag, bezwaar en geding in eerste aanleg
1.1. Bij beschikking als bedoeld in artikel 22 van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: de Wet WOZ) is de waarde op 1 januari 2011 (hierna: de waardepeildatum) van de onroerende zaak, plaatselijk bekend als [a-straat 1] te [Z] (hierna: de woning), voor het kalenderjaar 2012 vastgesteld op € 1.154.000 (hierna: de beschikking). Met de beschikking is in één geschrift bekendgemaakt en verenigd de aan belanghebbende opgelegde aanslag in de onroerendezaakbelastingen voor het jaar 2012 (hierna: de aanslag).
1.2. Belanghebbende heeft tegen de beschikking en de aanslag bezwaar gemaakt. Bij twee in één geschrift, gedagtekend 31 oktober 2012, vervatte uitspraken heeft de heffingsambtenaar het bezwaar ongegrond verklaard.
1.3. Belanghebbende heeft tegen de uitspraken van de heffingsambtenaar beroep bij de rechtbank ingesteld. Ter zake is een griffierecht geheven van € 42. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.