Home

Gerechtshof Den Haag, 17-10-2014, ECLI:NL:GHDHA:2014:3453, BK-14-00211

Gerechtshof Den Haag, 17-10-2014, ECLI:NL:GHDHA:2014:3453, BK-14-00211

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
17 oktober 2014
Datum publicatie
29 oktober 2014
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2014:3453
Formele relaties
Zaaknummer
BK-14-00211

Inhoudsindicatie

Sectorindeling werknemersverzekeringen. Het bepaalde in art. 2 van de Regeling indeling van het bedrijfs en beroepsleven, zoals dat luidt na inwerkingtreding van het besluit van 22 mei 2003, kan, niet alleen gelet op de duidelijke bewoordingen maar ook op de bedoeling, niet anders worden uitgelegd dan dat belanghebbende, een gemeente, voor al haar activiteiten als overheidswerkgever moet worden ingedeeld in sector 64. Belanghebbende heeft geen feiten en omstandigheden gesteld en, voor zover gesteld en door de inspecteur betwist, aannemelijk gemaakt die de conclusie rechtvaardigen dat met de indeling in sector 64 een algemeen beginsel van behoorlijk bestuur, in het bijzonder het zorgvuldigheidsbeginsel, wordt geschonden.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Team Belastingrecht

meervoudige kamer

nummer BK-14/00211

Uitspraak van 17 oktober 2014

in het geding tussen:

de gemeente Rotterdam, belanghebbende,

en

de inspecteur van de Belastingdienst/kantoor [P] (dan wel kantoor [Q]), de Inspecteur,

op het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de Inspecteur van 13 februari 2014, nummer 1428.10.810/0018.76.387.

Beschikking, bezwaar en beroep

1.1.

Bij de in het kader van de sectorindeling voor de werknemersverzekeringen gegeven beschikking van 21 november 2013 heeft de Inspecteur belanghebbende met ingang van 1 januari 2014 integraal ingedeeld in sector 64, Overheid, provincies, gemeenten en waterschappen.

1.2.

Bij de uitspraak op het bezwaar van belanghebbende heeft de Inspecteur de beschikking gehandhaafd.

1.3.

Tegen de uitspraak van de Inspecteur heeft belanghebbende beroep bij het Hof ingesteld. Een griffierecht van € 318 is geheven.

1.4.

De Inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.

1.5.

De mondelinge behandeling van de zaak heeft plaatsgehad ter zitting van het Hof van 5 september 2014 in Den Haag. Partijen zijn verschenen. Van het ter zitting verhandelde is een proces-verbaal gemaakt.

Feiten

Sectorindelingen

Geschil en standpunten van partijen

Beoordeling van het beroep

Proceskosten

Beslissing