Gerechtshof Den Haag, 20-05-2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:1230, BK-14-00605 t-m BK-14-00608
Gerechtshof Den Haag, 20-05-2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:1230, BK-14-00605 t-m BK-14-00608
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 20 mei 2015
- Datum publicatie
- 26 mei 2015
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2015:1230
- Formele relaties
- Cassatie: ECLI:NL:HR:2016:1269, Bekrachtiging/bevestiging
- Zaaknummer
- BK-14-00605 t-m BK-14-00608
Inhoudsindicatie
In hoger beroep is in geschil of de Inspecteur de onder 1.1 tot en met 1.4 vermelde naheffingsaanslagen terecht en niet tot te hoge bedragen heeft vastgesteld.
Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
meervoudige kamer
nummers BK-14/00605 tot en met BK-14/00608
Uitspraak d.d. 20 mei 2015
in het geding tussen:
[X] b.v. te [Z], belanghebbende,
en
de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Den Haag, de Inspecteur,
op de hoger beroepen van de Inspecteur tegen de uitspraken van de rechtbank Den Haag van 1 mei 2014, nummers SGR 13/10177, SGR 13/10183, SGR 13/10186 en SGR 13/10187 betreffende de onder 1.1 tot en met 1.4 vermelde naheffingsaanslagen en beschikkingen.
Naheffingsaanslagen, beschikkingen, bezwaren en geding in eerste aanleg
De Inspecteur heeft met dagtekening 29 november 2012 aan belanghebbende voor het tijdvak 1 januari tot en met 31 december 2007 een naheffingsaanslag loonheffingen (aanslagnummer […]) tot een bedrag van € 17.872 opgelegd (hierna: de naheffingsaanslag 2007). Gelijktijdig met de vaststelling van de naheffingsaanslag 2007 is belanghebbende bij beschikking heffingsrente tot een bedrag van € 2.867 in rekening gebracht.
De Inspecteur heeft met dagtekening 21 maart 2013 aan belanghebbende voor het tijdvak 1 januari tot en met 31 december 2008 een naheffingsaanslag loonheffingen (aanslagnummer […]) tot een bedrag van € 28.847 opgelegd (hierna: de naheffingsaanslag 2008). Gelijktijdig met de vaststelling van de naheffingsaanslag 2008 is belanghebbende bij beschikking heffingsrente tot een bedrag van € 3.389 in rekening gebracht.
De Inspecteur heeft met dagtekening 26 februari 2013 aan belanghebbende voor het tijdvak 1 januari tot en met 31 december 2009 een naheffingsaanslag loonheffingen (aanslagnummer […]) tot een bedrag van € 10.649 opgelegd (hierna: de naheffingsaanslag 2009). Gelijktijdig met de vaststelling van de naheffingsaanslag 2009 is belanghebbende bij beschikking heffingsrente tot een bedrag van € 865 in rekening gebracht.
De Inspecteur heeft met dagtekening 26 februari 2013 aan belanghebbende voor het tijdvak 1 januari tot en met 31 december 2010 een naheffingsaanslag loonheffingen (aanslagnummer […]) tot een bedrag van € 13.249 opgelegd (hierna: de naheffingsaanslag 2010). Gelijktijdig met de vaststelling van de naheffingsaanslag 2010 is belanghebbende bij beschikking heffingsrente tot een bedrag van € 745 in rekening gebracht.
Belanghebbende heeft tegen de onder 1.1 tot en met 1.4 vermelde naheffingsaanslagen en beschikkingen bezwaar gemaakt. Bij in één geschrift verenigde uitspraken op bezwaar heeft de Inspecteur de bezwaren ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraken op bezwaar beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag (hierna: de rechtbank). Bij in één geschrift verenigde uitspraken heeft de rechtbank de beroepen gegrond verklaard, de uitspraken op bezwaar alsmede de onder 1.1 tot en met 1.4 vermelde naheffingsaanslagen vernietigd en de Inspecteur opgedragen aan belanghebbende het betaalde griffierecht van € 318 te vergoeden.