Gerechtshof Den Haag, 25-02-2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:369, BK-14-00019 en BK-14-00020
Gerechtshof Den Haag, 25-02-2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:369, BK-14-00019 en BK-14-00020
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 25 februari 2015
- Datum publicatie
- 26 februari 2015
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2015:369
- Zaaknummer
- BK-14-00019 en BK-14-00020
Inhoudsindicatie
In hoger beroep is tussen partijen in geschil het antwoord op de vraag of de aanslagen terecht zijn opgelegd en zo ja, of de aanslagen tot de juiste bedragen zijn opgelegd.
Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
meervoudige kamer
nummers BK-14/00019 en BK-14/00020
Uitspraak d.d. 25 februari 2015
in het geding tussen:
[X] te [Z], belanghebbende,
en
de heffingsambtenaar van de gemeente Rotterdam, de Heffingsambtenaar,
op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 28 november 2013, nummers ROT 13/437 en 13/438, betreffende de hierna vermelde aanslagen.
Aanslagen, bezwaar en geding in eerste aanleg
Aan belanghebbende zijn aanslagen in het bedrijfsreinigingsrecht van de gemeente Rotterdam voor de jaren 2010 en 2011 opgelegd ten bedrage van € 296,38 (2010) en € 301,55 (2011). De aanslagen zijn opgelegd voor het inzamelen en verwerken van bedrijfsafvalstoffen afkomstig uit het object [Y]te [Z].
Belanghebbende heeft tegen beide aanslagen bezwaar gemaakt. Bij uitspraken op bezwaar heeft de Heffingsambtenaar de aanslagen gehandhaafd.
Belanghebbende heeft hiertegen beroepen bij de rechtbank ingesteld.
De rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard.