Home

Gerechtshof Den Haag, 24-02-2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:559, BK-14-00333

Gerechtshof Den Haag, 24-02-2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:559, BK-14-00333

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
24 februari 2015
Datum publicatie
19 maart 2015
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2015:559
Zaaknummer
BK-14-00333

Inhoudsindicatie

Partijen houdt het antwoord op de vragen verdeeld of de definitieve aanslag is verjaard en of de heffingsrente tot een te hoog bedrag is vastgesteld.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Team Belastingrecht

meervoudige kamer

nummer BK-14/00333

Uitspraak van 24 februari 2015

in het geding tussen:

[X], wonende te [Z], belanghebbende,

en

de Inspecteur van de Belastingdienst/Belastingen, kantoor Leiden, de Inspecteur,

op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 3 maart 2014, nummer SGR 13/3090, betreffende na te vermelden aanslag en beschikking.

Aanslag, beschikkingen, bezwaar en geding in eerste aanleg

1.1.

Aan belanghebbende is voor het jaar 2009 een (primitieve) aanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 65.046. Gelijktijdig met het vaststellen van de (primitieve) aanslag is bij beschikking € 802 aan heffingsrente in rekening gebracht.

1.2.

Belanghebbende heeft tegen de aanslag en de beschikking heffingsrente een bezwaarschrift ingediend bij de Inspecteur.

1.3.

Bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar heeft de Inspecteur belanghebbendes bezwaar tegen voormelde aanslag en beschikking afgewezen.

1.4.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak op bezwaar beroep bij de rechtbank ingesteld. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.

Loop van het geding in hoger beroep

Vaststaande feiten

Omschrijving geschil in hoger beroep en standpunten van partijen

Conclusies van partijen

Oordeel van de rechtbank

Beoordeling van het hoger beroep

Proceskosten

Beslissing