Home

Gerechtshof Den Haag, 13-04-2016, ECLI:NL:GHDHA:2016:1212, BK-15/00976 tm BK-15/00978

Gerechtshof Den Haag, 13-04-2016, ECLI:NL:GHDHA:2016:1212, BK-15/00976 tm BK-15/00978

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
13 april 2016
Datum publicatie
11 mei 2016
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2016:1212
Zaaknummer
BK-15/00976 tm BK-15/00978

Inhoudsindicatie

Tussen partijen is in geschil of de voordelen die belanghebbende in de jaren 2010 tot en met 2012 ter zake van zijn werkzaamheden in de paprikakwekerijen heeft genoten, dienen te worden aangemerkt als loon uit dienstbetrekking; indien de vraag onder a. ontkennend wordt beantwoord: of de onder a. bedoelde voordelen dienen te worden aangemerkt als winst uit onderneming.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Team Belastingrecht

Meervoudige Kamer

Nummers BK-15/00976 tot en met BK-15/00978

Uitspraak van 13 april 2016

in het geding tussen:

[X] te [Z] , belanghebbende,

en

de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Den Haag, de Inspecteur,

inzake de hoger beroepen van belanghebbende tegen de uitspraken van de rechtbank Den Haag van 28 augustus 2015, nummers SGR 15/1950 IB, SGR 15/1952 IB, SGR 15/1953 IB, betreffende onder 1.1 tot en met 1.3 vermelde aanslagen en beschikkingen.

Navorderingsaanslagen, aanslag, beschikkingen, bezwaar en geding in eerste aanleg

1.1.

De Inspecteur heeft aan belanghebbende op 30 april 2014 voor het jaar 2010 een navorderingsaanslag in de inkomstenbelasting en de premie volksverzekeringen (IB/PVV) opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 34.020 en gelijktijdig bij beschikking € 854 aan heffingsrente in rekening gebracht.

1.2.

Op 23 april 2014 heeft de Inspecteur voor het jaar 2011 een navorderingaanslag IB/PVV opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 37.233 en gelijktijdig bij beschikking € 434 aan heffingsrente in rekening gebracht.

1.3.

Op 19 april 2014 heeft de Inspecteur aan belanghebbende voor het jaar 2012 een primitieve aanslag IB/PVV opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 32.955, alsmede gelijktijdig bij beschikking € 199 aan belastingrente in rekening gebracht.

1.4.

De bezwaren van belanghebbende tegen deze (navorderings)aanslagen en beschikkingen zijn door de Inspecteur bij uitspraak op bezwaar van 6 februari 2015 afgewezen.

1.5.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraken op bezwaar beroep bij de rechtbank ingesteld. De rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard.

Loop van het geding in hoger beroep

Vaststaande feiten

“4.2. Winst uit onderneming

Omschrijving geschil in hoger beroep en standpunten van partijen

Conclusies van partijen

Oordeel van de rechtbank

Beoordeling van het hoger beroep

Proceskosten en griffierecht

Beslissing