Gerechtshof Den Haag, 01-06-2016, ECLI:NL:GHDHA:2016:1655, BK-15/00992
Gerechtshof Den Haag, 01-06-2016, ECLI:NL:GHDHA:2016:1655, BK-15/00992
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 1 juni 2016
- Datum publicatie
- 9 juni 2016
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2016:1655
- Zaaknummer
- BK-15/00992
Inhoudsindicatie
In hoger beroep is in geschil of de waarde van de woning zoals vastgesteld bij uitspraak op bezwaar te hoog is vastgesteld.
Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
meervoudige kamer
nummer BK-15/00992
Uitspraak van 1 juni 2016
in het geding tussen:
[X] te [Z] , belanghebbende,
en
de heffingsambtenaar van de gemeente Leidschendam- [C], de heffingsambtenaar,
op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de Rechtbank Den Haag van 30 juli 2015, nummer SGR 15/3182 (hierna: de Rechtbank) betreffende de onder 1.1 vermelde beschikking en aanslag.
Beschikking, aanslag, bezwaar en geding in eerste aanleg
De heffingsambtenaar heeft bij beschikking op grond van artikel 22 van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: de Wet WOZ) de waarde op 1 januari 2013 (hierna: de waardepeildatum) van de onroerende zaak, plaatselijk bekend als [Y] te [Z] (hierna: de woning), voor het kalenderjaar 2014 vastgesteld op € 598.000 (hierna: de beschikking). Met de beschikking is in één geschrift bekendgemaakt en verenigd de aan belanghebbende voor het jaar 2014 opgelegde aanslag in de onroerendezaakbelastingen van de gemeente Leidschendam- [C] (hierna: de aanslag).
De heffingsambtenaar heeft het daartegen gemaakte bezwaar gegrond verklaard en de waarde van de woning nader vastgesteld op € 560.000.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak op bezwaar beroep ingesteld bij de Rechtbank. Er is een griffierecht geheven van € 45. De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.